Paragraaf 3 Vakantiewerk

Paragraaf 3 Vakantiewerk
Uitleg en maken paragraaf 8.3
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Paragraaf 3 Vakantiewerk
Uitleg en maken paragraaf 8.3

Slide 1 - Tekstslide

Sectoren?
Welke weet je? 
Geef voorbeelden van de verschillende sectoren.

Slide 2 - Tekstslide

  • Sector techniek
  • Sector detailhandel
  • Sector administratie
  • Agrarische sector
  • Zorgsector
  • Horecasector 
Welke sectoren zijn er?

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
Ik kan uitleggen wat er in een arbeidsovereenkomst staat.

Slide 4 - Tekstslide


8.3 Vakantiewerk (B)

Slide 5 - Tekstslide

  • Een arbeidsovereenkomst is
     een overeenkomst met de
     rechten en plichten
     (arbeidsvoorwaarden) van de
     werkgever en werkgever.

  • Vraag 1: Tussen welke 2 partijen
     is deze arbeidsovereenkomst
     gesloten?
Arbeidsovereenkomst

Slide 6 - Tekstslide

  • De vaste arbeidsovereenkomst
     (onbepaalde tijd) is een
     arbeidsovereenkomst zonder einddatum.
  • De tijdelijke arbeidsovereenkomst
     (bepaalde tijd) is een arbeidsovereenkomst
      met einddatum.

  • Vraag 2: Is er sprake van een tijdelijke
     arbeidsovereenkomst of een vaste
     arbeidsovereenkomst? Leg je antwoord uit.


Soorten arbeidsovereenkomst

Slide 7 - Tekstslide

  • Arbeidsvoorwaarden zijn de rechten en
      plichten van de werkgever en de
      werknemer.
  • De voorwaarden moeten voldoen aan de
      wet (Wet op het minimumloon,
      Arbeidtijdenwet).

  • Vraag 3: Een arbeidsovereenkomst schept
      rechten en plichten. Een recht is iets dat je
      mag en een plicht is iets dat je moet. Noem
      voor een voorbeeld van beide.
Arbeidsvoorwaarden
"Ik heb recht op loon van mijn baas en de plicht om daarvoor te werken voor mijn baas."
"Ik heb recht op het werk dat de werknemer voor mij doet en de plicht om de werknemer daarvoor te betalen."

Slide 8 - Tekstslide

  • Het minimumloon is het wettelijk
     vastgestelde loon dat een werkgever
     ten minste moet betalen aan
     werknemers.

  • Vraag 4: Kees verdient het
     minimumloon van iemand van 21
     jaar en ouder. Hoeveel verdient Kees
     bruto?
Minimum(jeugd)loon

Slide 9 - Tekstslide

  • De proeftijd is de periode waarin de
      werknemer zonder opgaaf van reden
      ontslagen mag  worden of ontslag mag
      nemen.

  • Vraag 5: Een proeftijd betekent dat je eerst
     een tijdje proef gaat draaien. Is er in deze
     overeenkomst sprake van een proeftijd?
     Zo ja, hoelang?
Proeftijd

Slide 10 - Tekstslide

  • De opzegtermijn is de periode tussen het moment waarop je tegen je werkgever zegt dat je stopt met je baan en de dag waarop je voor het laatst werkt.

  • Vraag 6: Als je wil stoppen bij je werkgever moet je dat op tijd aangeven. Je krijgt dan te maken met een opzegtermijn. Hoelang is de opzegtermijn in deze overeenkomst als Kees 3 jaar voor de Dockshop heeft gewerkt?
Opzegtermijn
In dienst
Opzegtermijn
Korter dan 5 jaar
1 maand
Tussen de 5 en 10 jaar
2 maanden
Tussen de 10 en 15 jaar
3 maanden
15 jaar of langer
4 maanden

Slide 11 - Tekstslide

Een arbeidsovereenkomst kan eindigen op de volgende manieren:
  • in de proeftijd (zonder opgave van reden);
  • als ouders van kinderen jonger dan 16 jaar
      binnen 4 weken bezwaar maken;
  • op afgesproken einddatum;
  • na een opzegtermijn;
  • op staande voet als werknemer 'iets
     ontoelaatbaars' heeft gedaan, zoals
     bijvoorbeeld diefstal.
Einde van de arbeidsovereenkomst

Slide 12 - Tekstslide

Huiswerk
Maken  paragraaf 8.3

Slide 13 - Tekstslide