Oefenen Proefwerk Lezen + Woordenschat

Oefenen voor het proefwerk
Wat weet je al?
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Oefenen voor het proefwerk
Wat weet je al?

Slide 1 - Tekstslide

Welke woordraadstrategieën ken je?

Slide 2 - Woordweb

Wat betekent ‘fysiek’?
A
geestelijk
B
heel enthousiast
C
lichamelijk
D
met veel resultaat

Slide 3 - Quizvraag

Wat betekent ‘verlichten’?
A
een heel goed uithoudingsvermogen hebben
B
iets minder zwaar of makkelijker te dragen maken
C
kracht en zin hebben om iets te doen
D
onderzoeken hoe iets in elkaar zit

Slide 4 - Quizvraag

Welk woord past in de zin?
Vaak zijn een paar glazen water heel […], als je hoofdpijn hebt.
A
creatief
B
fanatiek
C
energiek
D
effectief

Slide 5 - Quizvraag

Een scherpe pijn aan de buitenkant van de enkel is een […] van een verstuikte enkel.
A
diagnose
B
psychisch
C
symptoom
D
effectief

Slide 6 - Quizvraag

Uitleg
In welke zin is het woord juist gebruikt, als je let op de betekenis?

Slide 7 - Tekstslide

In welke zin is het woord ‘gunstig(e)’ juist is gebruikt?
A
De resultaten van de spellingtoets waren gunstig: iedereen had een onvoldoende.
B
Hamid kreeg een gunstig bericht van zijn arts: het gips mag eindelijk van zijn pols af.
C
Kim is gunstig op haar oudere broer, omdat hij veel langer op mag blijven dan zij.
D
Kyra heeft haar rugtas heel gunstig versierd met gekleurde kraaltjes en linten.

Slide 8 - Quizvraag

In welke zin is het woord ‘risico’ juist gebruikt?
A
Als wij Italiaanse risico maken, doen we er altijd champignons en kaas door.
B
De monteur kwam tot het risico dat het koffieapparaat niet te repareren was.
C
Er is een risico dat de rivier overstroomt, als het dagenlang erg hard regent.
D
Om het risico te vergroten, hangen in de hele school rookmelders en brandblussers.

Slide 9 - Quizvraag

"Veel slapen en gezond eten kunnen HELPEN om te herstellen van griep."
Noteer een synoniem van 'helpen'

Slide 10 - Open vraag

Wesley blijft vandaag thuis, omdat hij zijn klasgenoten niet wil infecteren met zijn verkoudheid.
Noteer een synoniem van "infecteren"

Slide 11 - Open vraag

Als Nederland vanavond wint tegen Qatar, zal de kans op het kampioenschap toenemen.
Noteer een synoniem van "toenemen".

Slide 12 - Open vraag

Uitleg
Welke uitdrukking past het best bij de zin?

Slide 13 - Tekstslide

Felix heeft hoofdpijn en is misselijk, dus hij blijft vandaag in bed.
A
beter voorkomen dan genezen
B
de vinger aan de pols houden
C
een bittere pil moeten slikken
D
in de lappenmand zijn

Slide 14 - Quizvraag

Enrique dacht dat hij over zou gaan naar klas 2, maar hij had één 5 te veel.
A
beter voorkomen dan genezen
B
een bittere pil moeten slikken
C
een doekje voor het bloeden
D
zo fris als een hoentje zijn

Slide 15 - Quizvraag

Ik ken woordenschat...
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Poll