Verwerking 'Perenbomen bloeien wit'

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Welkom V3J!

Ga zitten en leg je spullen op de hoek van de tafel:

• Nieuw Nederlands + schrift
• leesboek
• plenda 

Welkom V3K! 

Ga alvast zitten volgens de plattegrond en leg je spullen op de hoek van de tafel:

• Nieuw Nederlands + schrift
• leesboek
• plenda 

Pak je leesboek en ga lekker lezen!

Deze les

Verwerkingsopdracht (1) 'Perenbomen bloeien wit'

Aan het eind van de les:

• kun je literaire begrippen toepassen op het verhaal.

Huiswerk V3K

Vrijdag 11 november:

Verwerkingsvragen 'Perenbomen bloeien wit' af + inleveren via Teams.

Huiswerk V3J

Vrijdag 18 november:

Verwerkingsvragen 'Perenbomen bloeien wit' af + inleveren via Teams.

Verwerkingsvragen

1. Verklaar waarom het boek zo heet, zowel letterlijk als figuurlijk.
2. Beschrijf het innerlijk en uiterlijk van: Gerson, Kees, Klaas, Daan, Gerard, Anna, Jan.
3. Beschrijf de perspectieven in dit verhaal. Vanuit wie beleef je het allemaal en wat voor effect heeft dat?
4. Welke ruimtes kwamen in het verhaal voor? Beschrijf ze kort.
5. Benoem een of meer situaties waarin het weer ook een rol speelt in het verhaal.

Verwerkingsvragen

6.  De verteltijd is 137 pagina’s. Hoe veel tijd verstrijkt er in het  

      verhaal (vertelde tijd)?
7.   Benoem een stuk uit het verhaal waarin een stuk tijd werd   

      over geslagen (tijdsprong).
8.   Benoem een stuk uit het verhaal waarin er veel details    

      werden gegeven, zodat je er langer over deed om het te                  lezen dan dat het kostte om het te beleven (tijdsvertraging).

Verwerkingsvragen

9.   Benoem een stuk uit het verhaal dat kort werd benoemd in plaats van              

      beleefd, zodat het langer duurde om het te beleven dan het te lezen             

      (tijdsverdichting).

10.  Benoem in ieder geval drie dingen die steeds terugkomen in het verhaal, die 

       steeds herhaald worden. Een voorbeeld hiervan is de zin ‘ perenbomen  

       bloeien wit’, waarmee er steeds terug gegaan wordt naar het belangrijkste  

       moment in het boek dat alles in gang zette (motorisch moment). Het          

       kunnen ook voorwerpen, situaties of gevoelens zijn, maar ook situaties die in  

       veel meer films of boeken voorkomen (abstracte motieven, leidmotieven of 

       klassieke motieven).

Verwerkingsvragen

11.  Wat zou de schrijver met dit boek willen overbrengen?            

      Probeer dat in een zin te noteren (thema). 

Opdracht deze les

Werk in tweetallen. Neem de verwerkingsvragen samen door. Geef een zo volledig mogelijk overzicht van het gelezen boek. Dit mag puntsgewijs of in een mindmap. 

Klaar? 

Maak een samenvatting van de theorie van Lezen H1+2

Lezen in je leesboek

Huiswerk V3K

Vrijdag 11 november:

Verwerkingsvragen 'Perenbomen bloeien wit' af + inleveren via Teams.

Huiswerk V3J

Vrijdag 11 november:

Verwerkingsvragen 'Perenbomen bloeien wit' af + inleveren via Teams.