Economie T4 1.1 Je moet keuzes maken!

§1.1 Je moet keuzes maken
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

§1.1 Je moet keuzes maken

Slide 1 - Tekstslide

SE1
in week 44
lesstof H1, H2 en H8

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. Wat voor behoeften kun je hebben?
  2. Welke betekenis heeft schaarste in de economie?
  3. Hoe wordt je beïnvloed  bij keuzes die je maakt?

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoel 1
Wat voor behoeften kun je hebben?

Slide 4 - Tekstslide

Behoeften
  • Wanneer je een behoeften hebt kom je in actie om deze te vervullen.
  • Er maken onderscheid in twee soorten behoeften:
1. Primaire behoeften (belangrijk om te leven)
2. Secundaire behoeften (maken het leven aangenaam)

Het rangschikken van de behoeften van belangrijk naar minder belangrijk heet prioriteiten stellen.

Slide 5 - Tekstslide

Leerdoel 2
Welke betekenis heeft schaarste in de economie?

Slide 6 - Tekstslide

Schaarste volgens Google
Schaarste is een eigenschap van alle economische goederen (die beschikbaar zijn, maar niet gratis). ... Relatieve schaarste (ook wel schaarste in de economische zin) houdt in dat er productiemiddelen of tijd moeten worden opgeofferd om het product voort te brengen.

Slide 7 - Tekstslide

Denk je dat jij last hebt van schaarste?
Ja
Nee

Slide 8 - Poll

Keuzes maken
Bij schaarste worden er keuzes gemaakt bij het maken van goederen en diensten.

Een bakker heeft meel, een kneedmachine en een oven om brood te bakken. Kun je het op dat moment voor iets anders gebruiken?

Nee, hij maakt keuzes en offert iets op.
Schaarste is het op offeren van (productie)middelen om het product te maken

Slide 9 - Tekstslide

Is alles schaars?
Overleg met elkaar en geef antwoord.
Ja
Nee

Slide 10 - Poll

Vrije groederen
Schaarse goederen hebben een prijs.

Vrije goederen hebben dat niet. 

Voorbeelden zijn: Zon(licht), zeewater, wind of vrije natuur.

Je maakt er gebruik van zonder te betalen.

Slide 11 - Tekstslide

Leerdoel 3
Hoe wordt je beïnvloed bij keuzes die je maakt?

Slide 12 - Tekstslide

Doelgroep
Commerciële bedrijven richten zich op een doelgroep van mensen.

Doelgroep, een groep mensen van de dezelfde leeftijd en interesses.

Slide 13 - Tekstslide

Waarom zijn jongeren interessant voor bedrijven?

Slide 14 - Woordweb

Jongeren :
Hebben over algemeen veel geld te besteden.
Hebben invloed op de koopbeslissing bij hen thuis.
Blijven vaak trouw aan een bepaald merk of bedrijf.

Denk aan een auto of telefoon.

Slide 15 - Tekstslide

Wat heeft invloed op jouw koopgedrag?

Slide 16 - Woordweb

Wat heeft invloed op jouw koopgedrag
  • Commerciële beïnvloeding
  • Sociale beïnvloeding
  • Leeftijd
  • De ontwikkeling van jouw inkomen.
  • De tijd waarin je leeft
  • Technologische ontwikkeling
  • Kennis van producten.

Slide 17 - Tekstslide

Je wordt beïnvloed
Fabrikanten en winkeliers willen je overhalen om iets te kopen. Daarom maken ze gebruik van de Marketing Mix
1. Productbeleid
2. Prijsbeleid
3. Plaatsbeleid
4. Promotiebeleid
5. Personeelsbeleid
6. Presentatiebeleid

Slide 18 - Tekstslide

Leerdoelen
  1. Wat voor behoeften kun je hebben?
  2. Welke betekenis heeft schaarste in de economie?
  3. Hoe wordt je beïnvloed  bij keuzes die je maakt?

Slide 19 - Tekstslide

Huiswerk 
blz 10-13, maken vraag: 3, 7, 14, 15, 16

blz 28, maken vraag 3 en 9

Slide 20 - Tekstslide