Een voorraadgrootheid laat zien wat de waarde van iets op een bepaald moment is. Een voorbeeld is de hoeveelheid spaargeld die je op een bepaald moment hebt.
Een stroomgrootheid geeft de waardeverandering over een bepaalde periode weer. Een voorbeeld is de rente die je op je spaargeld krijgt.
Slide 6 - Tekstslide
Opofferingskosten
Wat zijn de opofferingskosten voor Fatima als zij haar tijd besteedt aan het koken in plaats van schoonmaken?
Fatima: koken = 6 uur / schoonmaken = 12 uur
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Absoluut en comparatief
Absoluut voordeel = de ene persoon kan een taak sneller of goedkoper uitvoeren.
Comparatief voordeel = iemand heeft een comparatief voordeel bij de taak waar hij in vergelijking met een ander het minst slecht in is.