Wanneer maakt een onderneming winst of verlies?

• Economie & organisatie
• Secundair onderwijs

Korte Quiz

Is de volgende zin juist of onjuist?

De omzet is het geld dat je ontvangt door de verkoop van goederen of diensten.

1. juist
2. onjuist

Wat wordt bedoeld met "opbrengst"?

1. Het geld dat je moet betalen voor het gebruik van goederen of diensten om iets te produceren of te verkopen.
2. Het geld dat je ontvangt voor de verkoop van goederen of diensten
3. Het geld dat je verdient met investeringen

Wat wordt verstaan onder het begrip "kost"?

1. Het geld dat je ontvangt voor de verkoop van goederen of diensten.
2. Het geld dat je moet betalen voor het gebruik van goederen of diensten om iets te produceren of te verkopen.
3. Het geld dat je verdient met je werk

'braindump'

Bij een braindump zet je alles wat er in je hoofd omgaat op digitaal/papier.

Schrijf alle gedachten, ideeën en associaties op die in je opkomen, zonder ze te beoordelen."

Wat weet je nog over de vorige les?
Vul vervolgens je hulpkaart aan!

Waarover gaat de les van vandaag?

Wat leren we vandaag?

• Oefeningen maken: omzet begrijpen en toepassen in excel
• Oefeningen maken: afzet begrijpen en toepassen in excel
• Wat zijn kosten/handelsgoederen?
• Wat is winst en verlies?
• Hoe bereken je winst en verlies?
• Vroeger klaar                 extra opdracht 

WAAROM?

Explore 2/b pg 69 

1. Indeling: groepjes van 2 leerlingen
2. Rolverdeling:* GOOGLE SPREADSHHET expert                                                              * Formule checker
3. Hulpmiddelen voorzien (hulpkaart/internet)
4. Vroeger klaar:  extra Actions vragen leerkracht
5. Bespreking oplossing klassikaal (10 min)
6. Hulp nodig: vinger in de lucht

Wat heb je nodig:

• Computer 
• Cursus 
• Schrijfgerief 

Groepjes

Wat zijn handelsgoederen?

Wat zijn handelsgoederen?

               Kosten die je maakt als je de goederen aankoopt 

                                      =                                         handelsgoederen

Kosten?

Kosten?

Explore 3/b pg 70

1. Indeling: groepjes van 2 leerlingen
2. Rolverdeling:* Excel expert                                                                                                  * Formule checker
3. Hulpmiddelen voorzien (stappenplan/internet)
4. Bespreking oplossing klassikaal (10 min)
5. Hulp nodig: leerkracht
6. Vroeger klaar: extra opdracht

Wat heb je nodig:

• Computer 
• Cursus 
• Schrijfgerief 

Exit ticket