3.1 Machthebbers in Europa II

1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Glorious Revolution
Protestantse edelen kwamen in opstand tegen Jacubus II. Ze wilden hem vervangen door zijn dochter en haar man Willem III.

Tijdens de Glorious Revolution viel Willem III (ook stadhouder van de Republiek) Engeland binnen en werd koning van Engeland.

Slide 4 - Tekstslide

De Republiek
  • De republiek der Zeven Verenigde Nederlanden bestond uit 7 gewesten

  • Deze werden bestuurd door Staten, deze bestonden uit de verschillende regenten: bestuurders

  • Vaak ware het een aantal rijke mannen/families bij elkaar: oligarchie

Slide 5 - Tekstslide

Stadhouder
  • De Republiek had geen koning, maar een stadhouder. Dit waren altijd nakomelingen van Willem van Oranje

  • De stadhouder was de hoogste regent, want bevelhebber leger en vloot, dus veel macht

  • Na de 80-jarige Oorlog kwam er kritiek op de functie van de stadhouder, was het nog wel nodig nu er geen oorlog meer is?

Slide 6 - Tekstslide

Staten-Generaal
stadhouder
regent
Staten
gewesten
oligarchie
de hoogste regent
het bestuur van een gewest
de bestuurders (in de Staten-Generaal)
een gebied dat zichzelf bestuurt
hier kwamen bestuurders samen om beslissing te maken op landsniveau
als een land bestuurd wordt door een klein groepje (rijke) mensen

Slide 7 - Sleepvraag

het bestuur van
Nederland in 2022

Slide 8 - Woordweb

Geef minimaal twee verschillen tussen het bestuur van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden en het bestuur van Nederland nu

Slide 9 - Open vraag

Geef een overeenkomst tussen het bestuur van de Zeven Verenigde Nederlanden en het bestuur van Nederland nu

Slide 10 - Open vraag

Zelfstandig werken
Lees eerst 'De Engelse koning' + 'Het bestuur van de Republiek' + (alleen vwo) 'De positie van de stadhouder' van §3.1 in je tekstboek.


Maak vervolgens in je werkboek:
H2C: §3.1 - Opdracht 3 t/m 7
V2B: §3.1 - Opdracht 4 t/m 9

Klaar? Steek je vinger op!

Slide 11 - Tekstslide

Welk woord weg?
A
Stadhouder
B
Regent
C
Gewest

Slide 12 - Quizvraag

Welk woord weg?
A
Republiek
B
Democratie
C
Oligarchie

Slide 13 - Quizvraag