geeft jou aan wat je beheerst en wat je nog moet leren of oefenen. Hierdoor volg je je eigen leerproces.
is een hééééél goede oefening om je voor te bereiden voor een (summatieve) toets.
kun je zo vaak oefenen als nodig is.
Schrijf de berekeningen in een schrift.
Proef jouw "soep" tussendoor en met regelmaat.
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3
In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Formatieve toets H3
Een formatieve toets:
geeft jou aan wat je beheerst en wat je nog moet leren of oefenen. Hierdoor volg je je eigen leerproces.
is een hééééél goede oefening om je voor te bereiden voor een (summatieve) toets.
kun je zo vaak oefenen als nodig is.
Schrijf de berekeningen in een schrift.
Proef jouw "soep" tussendoor en met regelmaat.
Slide 1 - Tekstslide
Zit het spiekbriefje in je geheugen?
Slide 2 - Tekstslide
Hiernaast staan zes verschillende grafieken. Hoe heten de grafieken D en E?
A
horizontale grafiek
B
vloeiende kromme
C
lineaire grafiek
D
periodieke grafiek
Slide 3 - Quizvraag
Bij welke grafieken is er sprake van een lineair verband?
(Typ: .... en ...... en ...... (met hoofdletters)
Slide 4 - Open vraag
Welk grafiek is periodiek?
(Typ alleen de hoofdletter van de grafiek.)
Slide 5 - Open vraag
Geef voor elke situatie aan of hier een lineaire grafiek of een vloeiende kromme bij getekend kan worden.
Jasper verdient als vakkenvuller €4,80 per uur.
A
lineaire grafiek
B
vloeiende kromme
Slide 6 - Quizvraag
Geef voor elke situatie aan of hier een lineaire grafiek of een vloeiende kromme bij getekend kan worden.
Een plant groeit elke dag met 0,5 cm.
A
lineaire grafiek
B
vloeiende kromme
Slide 7 - Quizvraag
Geef voor elke situatie aan of hier een lineaire grafiek of een vloeiende kromme bij getekend kan worden.
Het aantal mensen dat besmet is met een virus verdubbelt elke week.
A
lineaire grafiek
B
vloeiende kromme
Slide 8 - Quizvraag
Geef voor elke situatie aan of hier een lineaire grafiek of een vloeiende kromme bij getekend kan worden.
Linda verdient per maand met het lopen van folders €0,10 per adres. Ook krijgt ze €7,50 onkostenvergoeding per maand.
A
lineaire grafiek
B
vloeiende kromme
Slide 9 - Quizvraag
Geef voor elke situatie aan of hier een lineaire grafiek of een vloeiende kromme bij getekend kan worden.
Marco leent geld bij de bank. Hij moet elk jaar 1,8% rente betalen.
A
lineaire grafiek
B
vloeiende kromme
Slide 10 - Quizvraag
Een loodgieter gebruikt de formule K= 20 + 15t Hierin is K de kosten in euro's en t de tijd in uren.
Wat is het begingetal?
Slide 11 - Open vraag
Een loodgieter gebruikt de formule K= 20 + 15t Hierin is K de kosten in euro's en t de tijd in uren.
Wat is de richtingscoëfficiënt?
Slide 12 - Open vraag
Michael heeft een nieuwe laptop gekocht die hij maandelijks met hetzelfde bedrag afbetaalt.
Hierbij hoort de formule B= 3200 - 160t. Hierin is B het bedrag in euro en t de tijd in maanden.
De laptop heeft __________ euro gekost.
Slide 13 - Open vraag
Michael heeft een nieuwe laptop gekocht die hij maandelijks met hetzelfde bedrag afbetaalt.
Hierbij hoort de formule B= 3200 - 160t. Hierin is B het bedrag in euro en t de tijd in maanden.
Elke maand betaalt hij _____ euro.
Slide 14 - Open vraag
Michael heeft een nieuwe laptop gekocht die hij maandelijks met hetzelfde bedrag afbetaalt.
Hierbij hoort de formule B= 3200 - 160t. Hierin is B het bedrag in euro en t de tijd in maanden.
Michael moet na 6 maanden nog _______ euro afbetalen.
Slide 15 - Open vraag
Michael heeft een nieuwe laptop gekocht die hij maandelijks met hetzelfde bedrag afbetaalt.
Hierbij hoort de formule B= 3200 - 160t. Hierin is B het bedrag in euro en t de tijd in maanden.
De laptop is volledig afbetaald na __________ maanden.
Slide 16 - Open vraag
Michael heeft een nieuwe laptop gekocht die hij maandelijks met hetzelfde bedrag afbetaalt.
Hierbij hoort de formule B= 3200 - 160t. Hierin is B het bedrag in euro en t de tijd in maanden.
Welk getal is de richtingscoëfficiënt?
Slide 17 - Open vraag
Michael heeft een nieuwe laptop gekocht die hij maandelijks met hetzelfde bedrag afbetaalt.
Hierbij hoort de formule B= 3200 - 160t. Hierin is B het bedrag in euro en t de tijd in maanden.
Welk getal is het begingetal?
Slide 18 - Open vraag
Michael heeft een nieuwe laptop gekocht die hij maandelijks met hetzelfde bedrag afbetaalt.
Hierbij hoort de formule B= 3200 - 160t. Hierin is B het bedrag in euro en t de tijd in maanden.
Welke informatie geeft de rc?
A
Elke maand komt er 160 euro bij.
B
Elke maand gaat er 160 euro af.
C
Elke maand komt er 3200 euro bij.
D
Elke maand gaat er 3200 euro af.
Slide 19 - Quizvraag
Michael heeft een nieuwe laptop gekocht die hij maandelijks met hetzelfde bedrag afbetaalt.
Hierbij hoort de formule B= 3200 - 160t.
Hierin is B het bedrag in euro en t de tijd in maanden.
Teken in je schrift de grafiek bij de tabel.
Slide 20 - Tekstslide
Hoe heb je de grafiek van de vorige opdracht gemaakt?
Zie de grafiek hiernaast.
A
goed
B
bijna goed
C
niet goed
D
niet gemaakt
Slide 21 - Quizvraag
Michael heeft een nieuwe laptop gekocht die hij maandelijks met hetzelfde bedrag afbetaalt.
Hierbij hoort de formule B= 3200 - 160t. Hierin is B het bedrag in euro en t de tijd in maanden.
Wat is het minimum van de grafiek?
Slide 22 - Open vraag
Michael heeft een nieuwe laptop gekocht die hij maandelijks met hetzelfde bedrag afbetaalt.
Hierbij hoort de formule B= 3200 - 160t. Hierin is B het bedrag in euro en t de tijd in maanden.
Wat is het maximum van de grafiek?
Slide 23 - Open vraag
In de tabel is t de tijd in minuten en I de inhoud in liters.
Bereken de richtingscoëfficiënt. Wanneer dit niet kan, typ dan: Niet mogelijk.
Slide 24 - Open vraag
In de tabel is t de tijd in minuten en I de inhoud in liters.
Bereken de richtingscoëfficiënt. Wanneer dit niet kan, typ dan: Niet mogelijk.
Slide 25 - Open vraag
In de tabel is t de tijd in minuten en I de inhoud in liters.
Bereken de richtingscoëfficiënt. Wanneer dit niet kan, typ dan: Niet mogelijk.
Slide 26 - Open vraag
In de tabel is t de tijd in minuten en I de inhoud in liters.
Bereken de richtingscoëfficiënt. Wanneer dit niet kan, typ dan: Niet mogelijk.
Slide 27 - Open vraag
Sara wil graag trainen bij een boksschool. Ze heeft de keuze uit Bob's Gym of uit Colosseum Boxing. In de tabellen hiernaast zie je de prijzen van deze boksscholen. Hierin is t de tijd in maanden en A de abonnementskosten in euro's. Wat is de formule van Bob's Gym? (typ zonder spaties)
Slide 28 - Open vraag
Sara wil graag trainen bij een boksschool. Ze heeft de keuze uit Bob's Gym of uit Colosseum Boxing. In de tabellen hiernaast zie je de prijzen van deze boksscholen. Hierin is t de tijd in maanden en A de abonnementskosten in euro's. Wat is de formule van Colosseum Boxing? (typ zonder spaties)
Slide 29 - Open vraag
In de grafiek is I de inkomsten in euro en t de tijd in uren.
Schrijf de formule die bij de grafiek hoort. (typ zonder spaties)
Slide 30 - Open vraag
In het assenstelsel hiernaast zie je drie grafieken. Rond indien nodig op één decimaal.
Grafiek I heeft een r.c. van .......... (typ een komma, dus geen punt)
Slide 31 - Open vraag
In het assenstelsel hiernaast zie je drie grafieken. Rond indien nodig op één decimaal.
Grafiek II heeft een r.c. van .......... (typ een komma, dus geen punt)
Slide 32 - Open vraag
In het assenstelsel hiernaast zie je drie grafieken. Rond indien nodig op één decimaal.
Grafiek III heeft een r.c. van .......... (typ een komma, dus geen punt)
Slide 33 - Open vraag
In het assenstelsel hiernaast zie je drie grafieken.
Een andere grafiek loopt evenwijdig aan grafiek II en gaat door het punt (0,-20). Schrijf de formule op van deze grafiek. Rond indien nodig af op twee decimalen.
Slide 34 - Open vraag
In het assenstelsel hiernaast zie je drie grafieken.
Een andere grafiek heeft hetzelfde begingetal als grafiek III. Schrijf de formule op van deze grafiek.
Slide 35 - Open vraag
Blijf oefenen, totdat je het zonder veel moeite kunt.