In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
2.3 -> Klimaatverandering en extremer weer
2.2 -> Gevolgen
Spanje en Nederland vergeleken
Slide 2 - Tekstslide
Verzilting in Spanje ontstaat door:
A
Planten te veel water opnemen uit de bodem
B
te weinig watergebruik in de landbouw
C
Verdroging
D
Verkeerde irrigatie in de landbouw
Slide 3 - Quizvraag
In grote delen van Spanje is het al heel droog. Als het nog droger wordt is er geen landbouw meer mogelijk.
A
waar
B
niet waar
Slide 4 - Quizvraag
In Spanje wordt er veel grondwater opgepompt. Hierdoor daalt de grondwaterspiegel, met verdroging als gevolg.
A
waar
B
niet waar
Slide 5 - Quizvraag
Wat is geen gevolg van de 3 droogteproblemen van Spanje?
A
Verzilting
B
Verdroging
C
irrigatie
D
Verwoestijning
Slide 6 - Quizvraag
Het risico in Spanje op verwoestijning is heel groot als er : 1. een gebied heel droog is, 2. als er al veel erosie is, 3. als er bosbranden zijn en 4. als er meer grondwater wordt opgepompt dan er met neerslag weer in de grond zakt.
A
waar
B
niet waar
Slide 7 - Quizvraag
Door de ongelijke neerslagverdeling krijgt Spanje in de herfst/winter te maken met...
A
Overstromingen van de zee
B
Overstromingen van rivieren
C
Droogte en weinig neerslag
D
Veel sneeuw overlast
Slide 8 - Quizvraag
Welke drie soorten landdegradatie kun je onderscheiden
A
overbeweiding, ontbossing, verzilting
B
bodemerosie, verwoestijning, onbossing
C
verzilting, bodemerosie, overbeweiding
D
bodemerosie, verwoestijning, verzilting
Slide 9 - Quizvraag
'Druppelirrigatie kan verzilting voorkomen'.
A
goed
B
fout
Slide 10 - Quizvraag
Verzilting: welke uitspraak is fout.
A
Verzilting = toename zoutgehalte in de bodem.
B
Verzilting ontstaat door te weinig water en komt in NL dus niet voor.
C
Meeste planten kunnen niet tegen zout --> belemmert opname voedingsstoffen.
D
Oplossingen = druppelirrigatie (met meststoffen) en drainage.
Slide 11 - Quizvraag
Slide 12 - Video
Slide 13 - Video
2.3 Klimaatverandering en extremer weer
Natuurlijk en versterkt effect.
Natuurlijk is goed - zorgt voor een leefbare temperatuur op aarde.
De mens versterkt dit effect door het toevoegen van CO2 en CH4 (methaan). Dit is slecht!
Gevolg: het wordt warmer op aarde, zeespiegel stijgt.
Slide 14 - Tekstslide
Nederland
Zomer + 2 tot 3 graden
Winter + 2 tot 4 graden
In de winter natter
Hoosbuien (hoge neerslagintensiteit!) in de zomer, maar ook perioden van (lange) droogte .
Zomers met extremere temperaturen (meer hittegolven).
Slide 15 - Tekstslide
Spanje
Zomer gemiddeld 2 tot meer dan 6 graden warmer.
Winter gemiddeld 2 tot 3,5 graden warmer.
langere droge perioden + meer verdamping -> waterproblemen
Slide 16 - Tekstslide
Zeespiegelstijging
Gletsjers en landijs smelten
2. Het zeewater wordt door hogere temperaturen iets warmer. Warmer water zet uit en neemt meer ruimte in beslag. -> grootste oorzaak zeespiegelstijging
Zeespiegelstijging
Slide 17 - Tekstslide
2.4 Bronnen: gevolgen
Slide 18 - Tekstslide
Bron 1: Verdroging en verzilting
Temperatuurstijging en verminderde neerslag leiden tot verdroging en vergroting kans op verzilting (irrigatie).
Verzilting ook door:
oppompen grondwater (zout uit grote diepte komt aan oppervlakte)
stijgende zeespiegel (zout zeewater dringt via ondergrond land binnen)
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Bron 3: Risico op verwoestijning
4 factoren:
hoe droog een gebied is
hoeveel erosie er optreedt
hoe vaak er bosbranden zijn
of er duurzaam met grondwater wordt omgegaan
Slide 21 - Tekstslide
bv; voorkomen tijgermug, langer hooikoorts, meer kans op overlijden
Bron 4: Gezondheid
Temperatuurstijging heeft gevolgen voor de gezondheid, zoals:
meer hart- en vaatziekten
slechtere luchtkwaliteit
meer allergiedagen
meer besmettelijke ziekten, zoals de Aziatische tijgermug
Slide 22 - Tekstslide
Bron 5: Meer kans op bosbranden
Door klimaatverandering kunnen in natuurparken:
planten en dieren verdwijnen. (gevolg: de voedselpiramide in deze gebieden stort in)
Een hogere CO₂-concentratie en de hogere temperatuur kunnen in de toekomst leiden tot hogere landbouwopbrengsten. Maar: alleen als er voldoende water beschikbaar is:
Spanje: te weinig water, dus minder landbouwopbrengst
Nederland: extreem weer kan leiden tot minder landbouwopbrengst (hagel, buien, droogte).