In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Verhaalsommen
met 5 uitgewerkte sommen
Slide 1 - Tekstslide
Rekenen verhaalsommen
Stappenplan
1. Lees de opgave rustig en goed door.
2. Welke som moet je uitrekenen om een antwoord te geven op de vraag?
3. Reken de som uit.
4. Reken de som nog eens na.
5. Heb je antwoord gegeven op de vraag die is gesteld?
Slide 2 - Tekstslide
Check aan het eind of je antwoord hebt gegeven op de vraag!
Wat moet je doen bij verhaalsommen?
Slide 3 - Tekstslide
Hoe los ik dit op?
Oplossing
1) Ik reken eerst uit hoeveel 6 berichten kosten. Als 1 bericht €25.000 kost, zijn 6 berichten 6 x €25.000= €150.000
2) Per jaar betaal ik vaste kosten (die heb je dus altijd, of je nou 1 of 3 of 10 berichten stuurt)
De totale kosten zijn dus: €235.000 + €150.000=€385.000
Amber Alert
Vaste kosten:
235.000 euro per jaar
Kosten per bericht:
25.000 euro
Amber Alert is een landelijk waarschuwingssysteem. Vorig jaar werden er 6 berichten verstuurd.
Hoe hoog waren de totale kosten vorig jaar?
De kosten waren: .... euro
Slide 4 - Tekstslide
Nu jullie.
Probeer het eerst zelf.
Schrijf de sommen om de vraag op te lossen in je schrift.
Klik daarna op het oog en kijk of je berekening klopt.
Slide 5 - Tekstslide
oplossing
Ze koopt het kaartje bij de kassa. In de advertentie staat dat de prijs bij de kassa €18,00. Ze heeft een kortingsbon van 20%. Normaal betaal je 100% (zonder korting dus) maar bij 20 % korting betaal je maar 100-20=80%. ik moet uitrekenen hoeveel is 80% van €18,00. Doe dat met rekenmachine op de volgende manier:
1% (vind je altijd door te delen door 100): €18,00:100 = €0,18
80% (is dus 80 keer 1%): 80 x €0,18 = €14,40. Ze betaalt dus €14,40.
Mevrouw de Groot heeft een kortingsbon. Hiermee krijgt ze bij de kassa 20 % korting op een entree kaartje van Drievliet (pretpark).
Hoeveel moet mevrouw de Groot betalen?
Ze moet .... euro betalen.
Entree ticket: €16,00
Bestel online en je krijgt €2,00 korting. Koop je je ticket aan de kassa, dan betaal je €18,00 per persoon. Er zijn ook tickets met arrangement verkrijgbaar
Slide 6 - Tekstslide
Snoepomzet in Nederland naar recordhoogte.
14,3 miljoen mensen gaven per jaar 2,4 miljard euro uit aan snoep.
Hoeveel euro is dit gemiddeld per persoon?
oplossing
Gemiddelde uitrekenen betekent hoeveel € is aan snoep uitgegeven per persoon. 14,3 miljoen mensen geven per jaar 2,4 miljard euro uit aan snoep. Gemiddelde is: 2,4 miljard : 14,3 miljoen maar miljoen en miljard mag ik niet zomaar delen op elkaar. Ik moet de getallen dus voluit schrijven. Klik op het vraagteken als je daar uitleg bij nodig hebt.
14,3 miljoen is: 14.300.000 en 2,4 miljard is: 2.400.000.000
Gemiddelde per persoon: 2.400.000.000:14.300.000=€167,83216...
Geld heeft 2 cijfers achter de komma.
Het antwoord is dus: €167,83
Omschrijven van miljoen naar cijfers
Onthouden:
miljoen heeft 6 nullen
miljard heeft 9 nullen
14,3 miljoen als getal schrijven.
Als je alleen het getal zonder komma had was het 14 miljoen.
dus 14.000.000 (14 met 6 nullen erachter)
Als er een komma in staat en 1 of meer cijfers dan vervangen de cijfers de eerste nullen en is de komma weg.
Hier 14,3 miljoen. Achter de 14 komen 6 nullen maar de ,3 vervangt de eerste nul. Er blijven nog 5 nullen achter die je achter de 143 schrijft. Dus 14,3 miljoen = 14.300.000
Schrijf altijd om de 3 cijfers een punt maar begin achteraan!
Op je rekenmachine type je nooit een punt bij een groot getal!
Slide 7 - Tekstslide
Drie plantenbakken met deze maat worden met aarde gevuld. In 1 zak zit 20 liter aarde.
Je hebt ..... zakken nodig.
oplossing
Onthouden: 1 dm³ = 1 liter
Inhoud= lengte x breedte x hoogte
Inhoud van de bak is: 3 x 4 x 7 = 84 dm³ dus 84 liter per bak. Voor 3 bakken: 3 x 84 = 252 liter. In 1 zak zit 20 liter aarde. Hoevaak past 20 liter in 252 liter. Aantal zakken x 20 = 252. Oplossen met een deelsom (omgekeerde keersom) Dus 252:20= 12,6 zakken.
Ik de winkel kan ik alleen hele zakken kopen dus antwoord is 13 zakken. (en inderdaad houd ik dan wat over)
Slide 8 - Tekstslide
Je hebt liter melk nodig per persoon. Je maakt het recept voor 7 mensen. In 1 pak melk zit 1,5 liter.
Je hebt ..... pakken melk nodig
oplossing
Voor 1 persoon heb ik 1/4 liter nodig dus voor 7 personen: 7 x 1/4. 1/4 kan je op je rekenmachine intypen als 1:4 (de breukstreep is hetzelfde als het : teken) dus 1/4 = 1:4=0,25
7 personen: 7x 0,25 = 1,75. Ik heb dus 1,75 liter melk nodig.
In 1 pak zit 1,5 liter. Ik heb dus aan 1 pak net niet genoeg, dus ik moet 2 pakken kopen.
41
Slide 9 - Tekstslide
Gereden afstand = 4.247 km
Eindstand = 37.476 km
Bereken de beginstand in km.
Beginstand is ........................ km
oplossing
Als ik rij met mijn auto loopt mijn km teller op. Ik weet hoeveel km ik heb gereden en waar na de rit mijn km teller op staat. De som is dus:
beginstand+gereden km = eindstand
beginstand+4.247 km=37.476 km
Hier maak ik een minsom van: 37.476 km - 4.247 km = 33.229 km. Dus de beginstand = 33.229 km
let op: getallen op je rekenmachine zonder punten schrijven!!!
Slide 10 - Tekstslide
Maak een foto van je uitwerkingen van alle vragen en zet ze hier in als antwoord. Ik zie dan of je er iets mee hebt gedaan en wellicht levert dat extra punten op bij je toets.