Ik ken de symbolen, namen en formules van alle niet-metaal elementen en van 30 metalen uit mijn hoofd.
Ik kan een reactievergelijking opstellen en kloppend maken.
Ik kan van een gegeven chemisch proces berekenen of er sprake is van een overmaat of ondermaat
Ik kan aantoningsreacties toepassen om stoffen aan te tonen.
Ik beschrijf fotosynthese van glycose als een chemisch proces waarbij licht wordt omgezet tot chemische energie.