23/24 - 38 - 3H - CZ

23/24 Nederlands
Klas 3 - havo
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

23/24 Nederlands
Klas 3 - havo

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud van dit college
Doel: aan het eind van dit college weet je waarom je standaard Nederlands leert op school. 

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Waarom?
  • Mensen uit verschillende delen van het land begrijpen elkaar.  
  • Formele situaties: bij sollicitatiegesprekken, in brieven en andere manieren van communicatie. 
  • Vooroordelen bij taalfouten in formele situaties. 
  • Lastig bij dyslexie

Slide 4 - Tekstslide

Goede communicatie
1. Respect en begrip tonen aan anderen
2. Je boodschap duidelijk overbrengen
3. Luisteren
4. Afstemmen op anderen/situaties
5. Non-verbaal communiceren

Slide 5 - Tekstslide

Benodigdheden
  • Leesboek
  • Chromebook
  • KLIK-omgeving 
  • Pen, potlood, gum en puntenslijper
  • Markeerstiften
  • Kleurpotloden en stiften 

Slide 6 - Tekstslide

Voorkennis
Strategie
Doel
Aanpak
1. Oriënterend
Vaststellen waarover een tekst gaat (onderwerp).
Je bekijkt de tekst. Je kijkt naar: 
- de titel; 
- de illustraties (plaatjes);
- tussenkopjes (titels van tekstgedeeltes);
- anders gedrukte woorden;
Je leest de eerste alinea.
2. Globaal
Vaststellen welke kanten van het onderwerp worden besproken (deelonderwerp).
Je leest de eerste en laatste zin van iedere alinea. 
3. Precies
Een tekst helemaal goed begrijpen.
Je leest de tekst nauwkeurig van begin tot eind. 
4. Zoekend
Bruikbare informatie in een tekst vinden. 
Je let op tussenkopjes, anders gedrukte woorden en opvallende tekens (bolletjes, nummers en sterretjes). 

Slide 7 - Tekstslide

Voorkennis
Onderwerp
Elke tekst gaat ergens over. Dat noem je het onderwerp van een tekst.
Je kunt met één woord of met een paar woorden zeggen wat het onderwerp is. Als je weet wat het onderwerp van een tekst is, begrijp je de tekst beter wanneer je hem helemaal gaat lezen.

Hoofdgedachte
De hoofdgedachte van een tekst is één volledige zin die het belangrijkste samenvat wat in de tekst over het onderwerp gezegd wordt. 
Let op: de hoofdgedachte van een tekst is nooit een vraag.

Slide 8 - Tekstslide

Voorkennis
Tekstdoel
Elke tekst heeft een doel: de schrijver wil iets bereiken.   
1. amuseren verhaal, mop, strip                 
2. informeren artikel, studieboek, verslag                       
3. instrueren recept, bijsluiter medicijnen, spelregels                   
4. overtuigen betoog, ingezonden brief, recensie 5. activeren advertentie, advies, flyer     

Tekstverbanden
Een auteur samenhang in zijn tekst aanbrengt door verbanden te leggen.
Je weet wat de volgende verbanden inhouden:


Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Evaluatie van het college
Doel: aan het eind van dit college weet je waarom je standaard Nederlands leert op school. 

- Heb jij nog vragen of zijn er dingen onduidelijk? 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video