In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
GMK
Hartfalen
Hartritmestoornissen
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Video
Aan het begin van de video wordt een oorzaak van hartfalen genoemd. Welke en verklaar dit
Slide 3 - Open vraag
Noem drie verschijnselen van hartfalen
Slide 4 - Open vraag
Welke vier niet medicamenteuze adviezen worden in de video genoemd?
Slide 5 - Open vraag
Welke twee geneesmiddelen kunnen in een later stadium worden toegevoegd?
Slide 6 - Open vraag
Behandeling hartfalen
gericht op:
Verlaging van de weerstand in de bloedvaten -> door verlaging van de bloeddruk --> verminderen hoeveelbloed of spanning in de wand verlagen: ACE remmers en Diuretica
Vergroten van de hartkracht: hartglycosiden: Digoxine: versterking van de contractiekracht van het hart. Hierdoor worden het slagvolume en het hartminuutvolume vergroot;
Slide 7 - Tekstslide
Digoxine heeft een smalle therapeutische breedte en een lange halfwaardetijd, leg uit....
Slide 8 - Open vraag
Begrippen
Smalle therapeutische breedte - gnm. waarbij er een klein verschil zit tussen de werkzame en de toxische dosis
De halfwaardetijd is de tijd die nodig is om de hoeveelheid van het geneesmiddel in het bloed te halveren, bij digoxine duurt dit dus lang.
Hierdoor dus gevaar voor overdosering!!
Slide 9 - Tekstslide
Bij welke hartaandoening is er iets mis met de elektrische prikkels?
A
Hartfalen
B
Hartritmestoornis
C
Angina pectoris
Slide 10 - Quizvraag
Hartritmestoornissen
Stoornis in de prikkelgeleiding van het hart.
Behandeling vaak combi met antistollingsmiddel vanwege, door de ritmestoornis, een verhoogd risico is op trombose in de hartboezems.
Behandeling: Bètablokkers, calciumantagonisten en hartglycosiden
Slide 11 - Tekstslide
Voor welke indicatie wordt digoxine gebruikt
A
Angina pectoris
B
Hartfalen
C
Hypertensie
D
Hypercholesterolemie
Slide 12 - Quizvraag
Slide 13 - Video
casus
Casus: Hartritmestoornissen bij een 68-jarige patiënt
Achtergrond:
De 68-jarige meneer Janssen komt op de Spoedeisende Hulp (SEH) met klachten van hartkloppingen, duizeligheid en kortademigheid. Hij heeft een voorgeschiedenis van hypertensie en diabetes type 2. Meneer Janssen gebruikt momenteel metformine 850 mg tweemaal daags en amlodipine 5 mg eenmaal daags.
Slide 14 - Tekstslide
Onder welke groep van amlodipine?
A
bètablokker
B
ace-remmers
C
calciumantagonist
D
diuretica
Slide 15 - Quizvraag
casus
Presentatie:
Bij aankomst is zijn hartslag onregelmatig met een frequentie van 140 slagen per minuut. Zijn bloeddruk is 132/85 mmHg. Er worden geen acute neurologische afwijkingen gevonden. Het ECG toont een onregelmatig, smal QRS-complex zonder duidelijke P-toppen, passend bij atriumfibrilleren.
Slide 16 - Tekstslide
een ander woord voor atriumfibrilleren is
A
boezemfibrilleren
B
kamerfibrilleren
C
ventrikelfibrilleren
Slide 17 - Quizvraag
casus
Behandeling:
Na overleg met de cardioloog wordt besloten tot de volgende aanpak:
Frequentiecontrole:
Meneer Janssen krijgt een intraveneuze bolus van metoprolol 5 mg, gevolgd door een onderhoudsdosering van metoprolol 50 mg tweemaal daags.
Slide 18 - Tekstslide
Onder welke groep van metoprolol?
A
bètablokker
B
ace-remmers
C
calciumantagonist
D
diuretica
Slide 19 - Quizvraag
casus
Antistolling:
Gezien het verhoogde risico op trombo-embolieën wordt gestart met een directe orale anticoagulantia, namelijk apixaban 5 mg tweemaal daags.
Slide 20 - Tekstslide
casus
Eventuele cardioversie:
Indien de symptomen aanhouden en de frequentiecontrole onvoldoende effect heeft, wordt elektrische cardioversie overwogen.