In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Nederlands A2 - B1
Slide 1 - Tekstslide
Vul het juiste voorzetsel in: Gefeliciteerd ........ je nieuw baan!
Slide 2 - Open vraag
Vul het juiste voorzetsel in: Mijn zoon lacht altijd ........... zijn eigen grapjes.
Slide 3 - Open vraag
Vul het juiste voorzetsel in: Heb je al gereageerd ........ die mail?
Slide 4 - Open vraag
Vul het juiste voorzetsel in: Hebben jullie nog vragen .... het huiswerk?
A
naar
B
op
C
over
D
van
Slide 5 - Quizvraag
Vul het juiste voorzetsel in: Ik kom informeren ....... de cursusprijzen.
A
naar
B
op
C
over
D
van
Slide 6 - Quizvraag
Vul het juiste werkwoord in de goede vorm in: Op een feestje vind ik het moeilijk om een gesprek in het Nederlands te .......
A
maken
B
doen
C
voeren
D
geven
Slide 7 - Quizvraag
Vul het juiste werkwoord in de goede vorm in: De kinderen ............ veel rommel in de woonkamer.
A
hebben
B
maken
C
doen
D
stellen
Slide 8 - Quizvraag
Vul het juiste werkwoord in de goede vorm in: Ik wil een klacht ...... over de taxichauffeur.
Slide 9 - Open vraag
Vul het juiste werkwoord in de goede vorm in: Mijn moeder is er niet. Zal ik een boodchap aan haar .............?
A
aannemen
B
doorgeven
C
stellen
D
indienen
Slide 10 - Quizvraag
Geef een synoniem voor het woord tussen haakjes: Ik ben (nieuwsgierig)______naar zijn plannen
Slide 11 - Open vraag
Geef een synoniem voor het woord tussen haakjes: Het is niet (relevant)______voor de les van vandaag.
Slide 12 - Open vraag
Geef een synoniem voor het woord tussen haakjes: Je (krijgt) __________ je boek de volgende les.
A
arriveert
B
neemt aan
C
ontvangt
Slide 13 - Quizvraag
Je mening geven in het Nederlands
Slide 14 - Woordweb
instemmen / niet instemmen
Slide 15 - Woordweb
Schrijfopdracht
Beschrijf de voordelen en de nadelen van zelfscankassa's in de supermarkt en van afrekenen bij de 'gewone' kassa. Beschrijf ten slotte wat je zelf het fijnst vindt (75- 100 woorden).