1.
Vraagintroductie: inbrenger vertelt kort en beknopt;
2. Probleemverkenning: de groep stelt vragen. Let op: open vragen stellen,
goed luisteren, samenvatten. Bevraag inhoud, relatie, werkwijze, gevoel;
3. Probleemdefinitie: alle deelnemers formuleren één of meer probleem,
daarna herformuleert de inbrenger zo nodig het probleem;
4. Advisering: iedere deelnemer geeft minimaal één advies, de inbrenger schrijft mee.
Aan het eind geeft de inbrenger aan wat hij/zij wel of niet aanspreekt.
Bij advisering beginnen we altijd met; ALS IK JOU WAS....!!!
5. Evaluatie: de groep evalueert het intervisieproces: hoe ging het en wat
heeft het opgeleverd?