osmose en diffusie

2.3 celmembranen en transport
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

2.3 celmembranen en transport

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Diffusie
opgeloste stof gaat van HOGE concentratie naar LAGE concentratie

Dit kost geen energie = passief transport

Slide 3 - Tekstslide

De diffusiesnelheid is afhankelijk van:

  • Diffusieoppervlak 
  • Diffusieafstand 
  • Concentratie- of drukverschil 
  • Temperatuur
  • Medium

Slide 4 - Tekstslide

Bouw van membraan

Slide 5 - Tekstslide

Hydrofoob en hydrofiel
Hydro = water
Hydrofiel = “houdt van water”
Molecuul dat wel oplost in water

Hydrofoob = “bang voor water”
Molecuul dat niet oplost in water

Deel a is hydrofiel
Deel b is hydrofoob


Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Dus: transport van stoffen van een hoge concentratie naar een lage concenratie kost geen energie (passief) en transport van stoffen van een hoge naar een lage concentratie kost wel energie (actief)

Slide 9 - Tekstslide

Osmose
water gaat van LAGE concentratie naar HOGE concentratie

Dit kost geen energie = passief transport

Slide 10 - Tekstslide

Lagere osmostische waarde =


Hogere osmostische waarde =

Dezelfde osmostische waarde =
isotoon

Slide 11 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen osmose en diffusie?

Slide 12 - Open vraag

Je ademt in waardoor er gaswisseling plaatsvind in de longblaasjes. Leg met behulp van diffusie uit hoe gaswisseling plaatsvind.

Slide 13 - Open vraag

opdrachten maken 3.3
maak 37 t/m 41

Slide 14 - Tekstslide