Vragen en ontkenningen maken

• Engels
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

Vragen en ontkenningen maken in de present simple

(tegenwoordige tijd)

Maak een vraag:
The girls are nice.

Are the girls nice?

Er staat een vorm van to be in de zin (am/are/is)

Dan zet je die vorm vooraan + onderwerp + rest van de zin ?

Maak een vraag:
Donna has got long hair.

Has Donna got long hair?

Er staat een vorm van have got in de zin (has got/have got)

Dan zet je Have/Has vooraan + onderwerp + woordje got +
rest van de zin ?

Maak een vraag:
I live in London.

Do I live in London?

Er staat een ander werkwoord in de zin 

Dan zet je Do/Does vooraan + onderwerp + hele werkwoord (zonder s!) + rest van de zin ?

Maak een vraag:
He lives in Paris.

Does he live in Paris?

Er staat een ander werkwoord in de zin

Dan zet je Do/Does vooraan + onderwerp + hele werkwoord (zonder s!) + rest van de zin ?

Maak een vraag:
He has got a cat.

Has he got a cat?

Er staat een vorm van have got in de zin (has got/have got)

Dan zet je Have/Has vooraan + onderwerp + woordje got +

rest van de zin ?

Maak een vraag:
(let op!) He has a pet.

Does he have a pet?

Er staat een ander werkwoord (ook have zonder got!!!) in de zin

Dan zet je Do/Does vooraan + onderwerp + hele werkwoord (zonder s!) + rest van de zin ?

Maak een ontkennende zin:
John is ten years old.

John is not (isn't) ten years old.

Er staat een vorm van to be in de zin (am/are/is)

Woordje not komt na de vorm van to be.

Maak een ontkennende zin:
I live in London.

I do not live (don't live) in London.

Er staat een ander werkwoord in de zin.

do/does + not + hele werkwoord

(don't / doesn't)                                        

Maak een ontkennende zin:
Mary has got two dogs.

Mary has not got (hasn't got) two dogs.

Er staat een vorm van have got in de zin (have got/has got)

Woordje not komt tussen have/has en het woordje 'got' in.

Maak een ontkennende zin:
(let op!) Sue has two dogs.

Sue does not have (doesn't have) two dogs.

Er staat een ander werkwoord in de zin (ook have/has ZONDER GOT!!)

do/does + not + hele werkwoord

(don't / doesn't)