les formuleren les 5 (incongruentie)


Pak vast:
- een pen

Formuleren les 4
Huiswerk nakijken, uitleg incongruentie, oefenen
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les


Pak vast:
- een pen

Formuleren les 4
Huiswerk nakijken, uitleg incongruentie, oefenen

Slide 1 - Tekstslide

Oefenen met verwijsfouten. Reader blz. 13
Opdracht E, F, G
Maak opdracht E, zin 4 en 8
En opdracht F (alles wat je nog niet had, let op, eentje is niet fout!) en opdracht G

We kijken ze zo na


Slide 2 - Tekstslide

Oefenen met verwijsfouten. Reader blz. 13
Maak opdracht E, zin 4 en 8

  • 4 over wie (de jongen)
  • 8 met wie (de vrouw)

Slide 3 - Tekstslide

F Oefenen met verwijsfouten. Reader blz. 13
1. Het lekkerste wat ik ooit heb gegeten, is truffelpasta met kaas.
2. Mijn broertjes zijn erg rommelig, dus mijn moeder heeft hun duidelijk gemaakt dat ze elke week zelf moeten stofzuigen.
3. De kinderen met wie wij vroeger speelden, zijn inmiddels allemaal verhuisd.
4. Mijn moeder bakt elk jaar zelf oliebollen, wat altijd erg lekker is.
5. Alles wat ik voor de toetsweek moet leren, houd ik bij in deze app.
6. Het hondje waarmee ik regelmatig een rondje ga lopen, is van mijn buren.

Slide 4 - Tekstslide

F Oefenen met verwijsfouten. Reader blz. 13

7. Denk je dat ik voor hen beter wat vegetarisch kan klaarmaken, of is vis ook
goed? (geen fout)
8. Het installatiewerk is gedaan door ervaren monteurs over wie nog nooit een klacht is ingediend.

Slide 5 - Tekstslide

G Oefenen met verwijsfouten. Reader blz. 13
  1. het (het boek, onzijdig ev)
  2. dat Fien haar nagellak of dat ze haar eigen nagellak
  3. al haar landgoederen (familie)
  4. Het meisje waar mee
  5. Het
  6. de medewerker met wie
  7. wat (hele zin)
  8. zijn (het, onzijdig, ev) 

Slide 6 - Tekstslide

Incongruentie 
Incongruentie = iets past niet bij elkaar (niet congruent)
In taal: persoon en getal moeten bij elkaar passen
Kijk maar:                                     De vogel zit op de stok (enkelvoud)

Slide 7 - Tekstslide

Incongruentie 
Incongruentie = iets past niet bij elkaar (niet congruent)
In taal: persoon en getal moeten bij elkaar passen
Kijk maar:                                     De vogel zit op de stok (enkelvoud) 
                                                           De vogels zitten op de stok (meervoud)

Slide 8 - Tekstslide

Incongruentie 
Incongruentie = iets past niet bij elkaar (niet congruent)
In taal: persoon en getal moeten bij elkaar passen
Kijk maar:                                     
                                                           De vogel zitten op de stok (INCONGRUENTIE)

Slide 9 - Tekstslide

Incongruentie 
Dus: het onderwerp zegt enkelvoud, en de persoonsvorm zegt meervoud (of andersom)
Drie smaakjes:
  1.  Het ow lijkt ev, maar is mv (of andersom)
  2.  Het ow en pv staan heel ver uit elkaar
  3.  Het mv wordt per ongeluk voor ow aangezien

Slide 10 - Tekstslide

Incongruentie 
  1.  Het ow lijkt ev, maar is mv (of andersom)

Een aantal leerlingen hoopt/hopen op een fijne kerst.
Hij denkt dat alle media de linkse politiek steunt/ steunen.

Slide 11 - Tekstslide

Incongruentie 
  1.  Het ow lijkt ev, maar is mv (of andersom)

  • Een aantal leerlingen hoopt/hopen op een fijne kerst.
  • Hij denkt dat alle media de linkse politiek steunt/ steunen.

Slide 12 - Tekstslide

Incongruentie 
  1.  Het ow lijkt ev, maar is mv (of andersom)

  • Een aantal leerlingen hoopt/hopen op een fijne kerst.
  • Hij denkt dat alle media de linkse politiek steunt/ steunen.
  • Een kudde schapen loopt op de weg.

Slide 13 - Tekstslide

Incongruentie 
2. Het ow en pv staan heel ver uit elkaar

Het gebruik van gas en elektriciteit in de sociale huurwoningen van de wijk Noord zal/zullen verder toenemen.

Slide 14 - Tekstslide

Incongruentie 
2. Het ow en pv staan heel ver uit elkaar

Het gebruik van gas en elektriciteit in de sociale huurwoningen van de wijk Noord zal/zullen verder toenemen.

Slide 15 - Tekstslide

Incongruentie 
3.  Het mv wordt per ongeluk voor ow aangezien

  • De leerlingen wordt/worden gevraagd hun hand op te steken.

  • [Aan] de leerlingen wordt (iets) gevraagd.



Slide 16 - Tekstslide

Incongruentie 
3.  Het mv wordt per ongeluk voor ow aangezien

  • De leerlingen wordt/worden gevraagd hun hand op te steken.

  • [Aan] de leerlingen wordt (iets) gevraagd.



Slide 17 - Tekstslide

Incongruentie 
Maak opdracht H en I van blz. 13 uit je reader.



Slide 18 - Tekstslide

Na de omwenteling kon de Libische bevolking eindelijk middels verkiezingen ... stem laten horen.
A
Zijn
B
Haar
C
Het
D
Zij

Slide 19 - Quizvraag

Zo'n groot bedrijf zal voor ... werknemers toch wel een goede afvloeiingsregeling hebben; of heeft ... nooit over dat soort voorzieningen nagedacht?
A
haar, zij
B
hen, hij
C
zijn, het
D
zijn, zij

Slide 20 - Quizvraag

Friesland heeft ... grote meren, Emmeloord ... Poldertoren en deze Noord-Hollandse vesting heeft ... zeventiende-eeuwse verdedigingswerken om toeristen aan te trekken.
A
Hem, zijn, zijn
B
Haar, haar, zijn
C
Haar, hem, het
D
Zijn, zijn, haar

Slide 21 - Quizvraag

Onze bibliotheek gaat al ... leden voorzien van een chipkaart, waarmee ze maandelijks tien uur gratis kunnen internetten.
A
Haar
B
Zijn
C
Hem
D
Het

Slide 22 - Quizvraag

Heeft de arts ... niet verteld dat ... in de tropen veel risico lopen op besmettelijke ziekten?
A
hen , ze
B
hun, hun
C
hen, hun
D
hun, ze

Slide 23 - Quizvraag

Misschien moet je maar aan ... vragen of ... je na het feest naar het station kunnen brengen.
A
hun, hun
B
hun, ze
C
hen, ze
D
hen, hen

Slide 24 - Quizvraag

Vroeg of laat zal een van ... met de waarheid voor de dag moeten komen.
A
Hun
B
Hen
C
Ze
D
Zij

Slide 25 - Quizvraag

Toen ... hem om een extra verlofdag vroegen, zei de rector tegen ... dat hij daar geen mogelijkheden voor zag.
A
Hun, hun
B
Zij, hen
C
zij, zij
D
zij, hun

Slide 26 - Quizvraag

De aannemer had voor de verbouwing de verkeerde kozijnen besteld, ... hem op een flinke kostenpost kwam te staan.
A
Deze
B
Dat
C
Dit
D
Wat

Slide 27 - Quizvraag

Het oude handschrift... daar tentoongesteld is, beschrijft het verhaal van ridder Walewijn en het zwevende schaakbord.
A
Dat
B
Die
C
Wat
D
Wie

Slide 28 - Quizvraag

Een voorzitter ... zoveel mensen klagen, kan beter opstappen en zijn positie ter beschikking stellen.
A
waarover
B
over wie

Slide 29 - Quizvraag

1. Elise heeft de jongen ... ze prachtige cd's cadeau kreeg, hartelijk bedankt.
A
Waaraan
B
Aan wie
C
Van wie
D
Wie

Slide 30 - Quizvraag

2. Heb je het gereedschap ... je het toilet gerepareerd hebt, bij de GAMMA gekocht of bij de Praxis?
A
Waarmee
B
Waar
C
Waaraan
D
Wat

Slide 31 - Quizvraag

3. Van de directie mocht Niels het t-shirt ... de tekst 'I'm the devil' stond, op school niet meer dragen.
A
Op wie
B
Waaraan
C
Waar
D
Waarop

Slide 32 - Quizvraag

4. Als ze de kans kreeg, las Meline stiekem alle sms'jes ... haar vriend antwoord had gegeven.
A
Waarop
B
Waaraan
C
Aan wie
D
Waar

Slide 33 - Quizvraag

oefenen
Incongruentie: maak opdracht H en I van blz. 13 uit je reader.



Slide 34 - Tekstslide

Opdracht H en I nakijken
  1. graast (een kidde is ev)
  2. staat (een paar is ev)
  3. werd (een trucje is ev)
  4. moesten (de leerlingen is mv)
  5. werden (de regels is mv)
  6.  waren (de boeken is mv)
  7. heeft (een aantal is ev)
  8. moest (groep is ev)

Slide 35 - Tekstslide

Opdracht H en I nakijken
  1. graast (een kidde is ev)
  2. staat (een paar is ev)
  3. werd (een trucje is ev)
  4. moesten (de leerlingen is mv)
  5. werden (de regels is mv)
  6.  waren (de boeken is mv)
  7. heeft (een aantal is ev)
  8. moest (groep is ev)

Slide 36 - Tekstslide

Opdracht H en I nakijken
  1. verliet
  2. wordt
  3. gaat
  4. wordt
  5. kan
  6. besteedden
  7. is
  8. wordt
  9. worden

Slide 37 - Tekstslide

Opdracht H en I nakijken
  • 10 blijkt
  • 11 vond
  • 12 heeft

Slide 38 - Tekstslide