Even wad eten - les 2

Even 'wad' eten
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Even 'wad' eten

Slide 1 - Tekstslide

Jij bent bezig met de lessenserie: 
Even 'wad' eten

In deze lessenserie ga je wat leren over het leven op het wad. Er leven talloze dieren op het wad. Sommige van deze dieren zijn niet zichtbaar, maar zijn er wel. 

Slide 2 - Tekstslide

Aan het eind van deze tweede les weet jij ....

...... welke vogels er rondom het wad leven.
...... welke aanpassingen vogels hebben 
      zodat zij op het wad kunnen leven.


Slide 3 - Tekstslide

Waar ging de
vorige les over?

Slide 4 - Woordweb

De Waddenzee is een bron van voedsel, daarom zijn er miljoenen vogels te vinden rondom de Waddenzee. 

Vogelliefhebbers vermaken zich dan ook opperbest op één van de Waddeneilanden. 
Zij zoeken naar verschillende soorten vogels, tellen hoeveel aantallen er zijn of observeren diergedrag. En dit met behulp van een verrekijker. Knap hoor! 


Slide 5 - Tekstslide

In de volgende opdracht maak jij kennis met een aantal soorten vogels die leven rondom het wad. 

Er zijn een aantal vogels gespot door de verrekijker. Kun jij ontdekken om welke vogels het gaat? 


Slide 6 - Tekstslide

Wat moet je doen?

1. Download of open de app 'wadvogels' van 
   de vogelbescherming.
2. Zoek met behulp van deze app op, welke
    vogels je ziet. Dit mag in tweetallen.
3. Noteer dit op het werkblad. 
4. Na 10 minuten worden de resultaten
     klassikaal besproken.

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Aanpassingen van vogels 

Als het eb wordt, trekken honderden vogels het wad op om voedsel te zoeken. Je kunt de vogels op het wad onderverdelen in zichtjagers en tastjagers. 
 
Zichtjagers zijn te herkennen aan grote ogen en korter snavels. De prooi-dieren waarop zij jagen leven vooral dicht aan het oppervlak of net onder de sliblaag.  
 

Slide 14 - Tekstslide

Tastjagers zijn te herkennen aan de lange snavels en kleinere ogen. Deze vogels hebben aan het eind van hun snavel een gevoelig tastcentrum waarmee ze snel prooien kunnen lokaliseren. 

Slide 15 - Tekstslide

Is deze vogel een zicht- of een tastvogel?

Slide 16 - Open vraag

Is deze vogel een zicht- of een tastvogel?

Slide 17 - Open vraag

Is deze vogel een zicht- of een tastvogel?

Slide 18 - Open vraag

Is deze vogel een zicht- of een tastvogel?

Slide 19 - Open vraag

Tastvogels, praktische opdracht

Tastjagers hebben een erg gevoelig uiteinde van de snavel en hiermee kunnen ze snel achterhalen of er een prooi in de bodem zit. Door snel in de bodem te prikken voelen ze de eventuele aanwezigheid van een prooi. 

 

Slide 20 - Tekstslide

In deze opdracht gaan jullie in groepjes het voedsel-zoekgedrag van de tastjagers nabootsen. In een bak met zaagsel zitten knikkers verstopt. Jullie worden om de beurt geblinddoekt en iedereen krijgt 30 seconden om zoveel mogelijk knikkers te voelen met één vinger. Heb je een knikker gevonden, mag je hem eruit halen.  

Hoeveel knikkers vind jij in 30 seconden? 

Slide 21 - Tekstslide

Wie is de beste tastjager?!
Hoeveel knikkers heb jij gevonden in 30 seconden?

Slide 22 - Open vraag

Deze lessenserie heb jij aandacht besteedt aan ...

.... het getij.
.... dieren in en op het wad.
.... aanpassingen van wadvogels om te leven op
     het wad.

Slide 23 - Tekstslide

Benoem twee dingen die jij deze les hebt geleerd:

Slide 24 - Open vraag

Wat vond jij van de lessenserie 'even wad eten' ?
A
Leuk
B
Interessant
C
Saai
D
Niet zo bijzonder

Slide 25 - Quizvraag

Heb jij nog tips voor deze lessenserie?

Slide 26 - Open vraag