In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Chromosomen, Gewone celdeling (mitose) & virussen
Basisstof 5, 6
&
Plusstof 3
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen:
Tijdens deze les leer je:
Wat chromosomen zijn.
Wat DNA is.
Wat erfelijke eigenschappen zijn.
Wat de celdeling is.
Hoe de gewone celdeling werkt.
Wat een virus is.
Slide 2 - Tekstslide
De cel kern regelt alles in de cel.
Erfelijke eigenschappen
Decelkern regelt alles in de cel.
Chromosomen berstaan uit DNA en eiwitten.
DNA bevat de informatie voorerfelijke eigenschappen.
basisstof 5
Slide 3 - Tekstslide
Chromosomen portret
Afbeelding 25
basisstof 5
Slide 4 - Tekstslide
Elk organisme heeft een vast aantal chromosomen in zijn celkern.
De celkern van een lichaamscel van de mens bevat 46 chromosomen.
Aantal chromosomen
basisstof 5
Slide 5 - Tekstslide
Waaruit bestaan chromosomen?
A
DNA en eiwit
B
Weefsel
C
Cellen
D
Celkern
Slide 6 - Quizvraag
De chromosomen in de cellen van je lever bevatten de informatie voor je oogkleur?
Onjuist
Juist
Slide 7 - Poll
Vorming van nieuwe cellen.
Dit proces noem je gewone celdeling of mitose.
basisstof 6
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Video
Gewone celdeling
Stap 1: Kopiëren
Stap 2: Spiraliseren
Stap 3, 4 & 5: Kerndeling
Stap 5 & 6: Kerndeling
basisstof 6
Slide 10 - Tekstslide
Gewone celdeling heet ook wel:
Slide 11 - Open vraag
Het doel van de mitose
A
maken van nieuwe cellen voor groei, vervanging en herstel
B
maken van cellen voor de voortplanting.
Slide 12 - Quizvraag
Waar vindt de mitose plaats in ons lichaam? A) Alleen de huid B) Overal in het lichaam C) overal in het lichaam, niet in eierstok en teelbal. D) In de eierstokken en in de teelballen
A
Alleen in de huid
B
Overal in het lichaam
C
Overal in het lichaam, niet in eierstok en teelbal
D
In de eierstokken en in de teelballen
Slide 13 - Quizvraag
Bij mitose wordt het aantal chromosomen in de dochtercellen
A
gehalveerd
B
niet veranderd
C
verdubbeld
Slide 14 - Quizvraag
Een virus vertoon niet alle levenskenmerken en bestaat niet uit cellen.
Virussen zijn erg klein.
Virussen
Plusstof 3
Slide 15 - Tekstslide
De bouw van een virus
Plusstof 3
Slide 16 - Tekstslide
Een virus kan zich niet zelfstandig voortplanten.
Om zich voort te kunnen planten hebben zijn een gastheercel nodig.
Voortplanting van een virus
Plusstof 3
Slide 17 - Tekstslide
Virussen kunnen hun gast heer ziek maken.
Hiv (humaan immunodeficiëntievirus) is de veroorzaker van aids.
Een virus gebruikt de witte bloedcellen als gastheercel.
Virusziekten
Plusstof 3
Slide 18 - Tekstslide
Noem minimaal twee ziektes die worden veroorzaakt door een virus.
Slide 19 - Open vraag
Opdrachten maken!
Basisstof 5
Basisstof 6
Plusstof 3
Slide 20 - Tekstslide
Mini leerdoelen Quiz!
Bassistof 5: Chromosomen
Bassistof 6: Gewone celdeling
Plusstof 3: Virussen
Slide 21 - Tekstslide
Sleep de juist stap naar het juiste plaatje van de gewone celdeling.
Stap 5
Stap 4
Stap 2
Stap 1
Stap 3
Stap 6
Slide 22 - Sleepvraag
In de celkern van een huidcel van de mens zitten ..... chromosomen.
A
46
B
42
C
23
D
21
Slide 23 - Quizvraag
Virussen is géén organisme
Waar!
Niet waar!
Slide 24 - Poll
Noem twee functies van de gewone celdeling(mitose).