Les 01 - Inleiding in de Nederlandse literatuurgeschiedenis

Les 1
Inleiding in de Nederlandse literatuurgeschiedenis
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Les 1
Inleiding in de Nederlandse literatuurgeschiedenis

Slide 1 - Tekstslide

PTA

Slide 2 - Tekstslide

Let op!

Je hebt iedere les je boeken nodig en je schrift.

Je leesboek heb je vaak nodig. 
Op school laten liggen....?

Slide 3 - Tekstslide

Inhoud
  • Historisch werk: Reinaert de Vos (1250).
  • § 17 t/m 27 (uit het literatuurgedeelte). Deze geven de geschiedenis van 1000 tot nu.



Slide 4 - Tekstslide

Deze les:
  • Wat kun je verwachten van deze lessen?
  • Waarom doen we dit?
  • Kennismaking met de paragrafen in het boek: Hoe ziet de verdeling in periodes eruit?
  • Duo-opdracht: opdracht 5 blz. 175 - tijdlijn maken. 

Slide 5 - Tekstslide

Historische letterkunde
Wat kan je verwachten?
  • Je gaat een beeld krijgen van de verschillende tijdvakken.
  • We zoomen in op de Middeleeuwen en verdiepen ons in dit tijdvak. 
  • Je leest een historisch werk (Reinaert de Vos). Deze telt mee voor je lijst.
  • We gaan groepsopdrachten doen.
  • Je gaat creatief aan de slag met het verwerken van het plot.
  • Je gaat een keer voor de klas iets presenteren (misschien meerdere keren).
  • Je krijgt een PTA over literatuurgeschiedenis en deze gast>>>>>>>>>
  • Je gaat veel zelf uitzoeken, lezen en ontdekken.

Slide 6 - Tekstslide

Waarom?

Literatuuronderwijs heeft als doel om leerlingen niet alleen literatuur te leren waarderen, maar hen ook de tools te geven om kritisch, creatief en empathisch te denken, te schrijven en de wereld om hen heen te begrijpen.

Slide 7 - Tekstslide

Waarom is dit een belangrijk onderwerp?
  • Begrip van historische context: Je leert hoe de maatschappij, politiek en cultuur van invloed waren op de geschreven teksten. 
  • Literaire analysevaardigheden: Je leert hoe je teksten kunt lezen en begrijpen. Je kan iets zeggen over de stijl en de thema's in het verhaal. Je oefent met kritisch denken en het interpreteren van verhalen.
  • Cultureel bewustzijn: Je krijgt inzicht in hoe mensen vroeger dachten en wat ze deden. Je krijgt inzicht in het veranderen van ideeën, normen en waarden door de tijd heen.

Slide 8 - Tekstslide

Waarom is dit een belangrijk onderwerp?
  • Taalvaardigheid: Het lezen van oude verhalen daagt je uit om complexe taalstructuren te doorgronden en het vergroot je woordenschat.
  • Vergelijking met hedendaagse literatuur: Door oude en hedendaagse literatuur met elkaar te vergelijken, kan je ontdekken wat er door de tijd heen is veranderd in thema's en tradities in literatuur.
  • Cultureel erfgoed en diversiteit: Je komt in aanraking met teksten uit andere tijden en/of andere culturen. Hierdoor ontwikkel je een breder begrip voor andere culturen.

Slide 9 - Tekstslide

Wat is historische letterkunde?
Historische letterkunde = historische literatuurwetenschap.

Doel: bestuderen en analyseren van literaire werken in
hun historische context.
Dat betekent dat een tekst onderzocht wordt in relatie tot de tijd en de samenleving waarin het is geschreven.

Slide 10 - Tekstslide

Werktijd - Duo
Tijdlijn:
- Werk met potlood.
- Noteer jullie gelezen boek(en) in de tijdlijn.
- Noteer de uitspraken uit opdracht 5 blz. 175 WB in de tijdlijn. Zoek het op in je TB.

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Bespreken

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide



algoritme
bloemlezing
construeren
integratie



kaliedoscoop
kloon
wegbereider

Slide 15 - Tekstslide

Exit ticket

Slide 16 - Tekstslide

Lesdoel:
Aan het eind van deze les begrijp je wat historische letterkunde is, weet je waarom het belangrijk is en heb je kort kennisgemaakt met de verschillende tijdvakken.

Slide 17 - Tekstslide

Heb je het lesdoel van vandaag behaald?
😒🙁😐🙂😃

Slide 18 - Poll

Welke twee dingen heb je
geleerd in deze les?

Slide 19 - Open vraag

Op deze vraag heb ik nog
antwoord nodig.

Slide 20 - Open vraag