Mantelzorg

Mantelzorg
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
Sociale vaardighedenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Mantelzorg

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Heb jij zelf
mantelzorgtaken (gehad)?

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Video

Wat roept dit filmpje bij je op?

Slide 5 - Open vraag

Welke signalen van overbelasting van een mantelzorger zijn er?

Slide 6 - Woordweb

Signalen overbelasting
Lichamelijk
Psychisch 
Verandering in gedrag 
Hoofd- / buikpijn
Schaamte- / schuldgevoelens
Rusteloos
Verhoogde bloeddruk
Concentratieproblemen 
Chaotisch 
Pijn in nek, schouders
Vergeetachtigheid
Agressief 
Hyperventilatie 
Lusteloosheid 
Uiterlijk verwaarlozen 
Duizeligheid
Slaapproblemen 
Meer roken, drinken
Vermoeidheid
Sneller geëmotioneerd 
Gebruik van kalmerende middelen  
Afnemende of toenemende eetlust
Veel piekeren

Slide 7 - Tekstslide

Gesprekssoorten:
  • Monoloog
  • Dialoog 
  • Tirade
  • Groepsgesprek  

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Persoonsgerichte communicatie
  • Sluit aan bij de taal van de mantelzorger
  • Ga uit van het perspectief van de mantelzorger
  • Stel open vragen, vat samen en vraag door
  • Geef heldere informatie 
  • Stem de zorg af met de mantelzorger 

Slide 10 - Tekstslide

SOFA model
  • S > Samenwerken
  • O > Ondersteunen
  • F > Faciliteren
  • A >  Afstemmen 

Slide 11 - Tekstslide

Rollen SOFA model
  • Zorgverlener
  • Hulpvrager
  • Betrokkene
  • Ervaringsdeskundige 

Slide 12 - Tekstslide

Wat wordt er bedoeld met de mantelzorger als zorgverlener?

Slide 13 - Open vraag

Wat wordt er bedoeld met de mantelzorger als hulpvrager?

Slide 14 - Open vraag

Wat wordt er bedoeld met de mantelzorger als betrokkene?

Slide 15 - Open vraag

Wat wordt er bedoeld met de mantelzorger als ervaringsdeskundige?

Slide 16 - Open vraag

Welke vragen heb je m.b.t. het gesprek aangaan met een mantelzorger?

Slide 17 - Woordweb

In welke vorm(en) komt mantelzorg
intramuraal voor?

Slide 18 - Woordweb