BK1 Fictie Perron 3 - hier-en-nu verhalen en personen in verhalen

Fictie
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Fictie

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  • Hier-en-nu verhalen
  • Personen in een verhaal
  • Uiterlijk van verhaalpersonen
  • Innerlijk van verhaalpersonen

Slide 2 - Tekstslide

Hier-en-nu verhalen

- herkenbaar: speelt in een tijd en    omgeving die je kent
- taalgebruik lijkt op dat van jezelf
- gaan over problemen uit deze tijd
- de verhalen zijn realistisch
- vertelt over hoe mensen denken
- je kunt leren over hoe iets voor        iemand is


Slide 3 - Tekstslide

Wat past het beste bij een hier-en-nu verhaal?
A
een kasteel
B
een school

Slide 4 - Quizvraag

Wat past het beste bij een hier-en-nu verhaal?
A
foute vrienden
B
een vreemd land

Slide 5 - Quizvraag

Wat past het beste bij een hier-en-nu verhaal?
A
iemand van 40 jaar
B
iemand van 14 jaar

Slide 6 - Quizvraag

Wat past het beste bij een hier-en-nu verhaal?
A
je leert over gevoelens van andere mensen
B
je leert over een ander land of een andere tijd

Slide 7 - Quizvraag

Personen in een verhaal

Hoofdpersoon:

De belangrijkste persoon.
Zij moeten een probleem oplossen, maken een gebeurtenis mee.



Slide 8 - Tekstslide

Personen in een verhaal

Bijpersonen:
Zijn noodzakelijk.

Hebben geen hele grote rol.

Zijn soms belangrijk, maar niet het hele verhaal.

Slide 9 - Tekstslide

Personen in een verhaal
Achtergrondpersonen:
Zijn bedoeld als 'opvulling'.
Ze hebben geen rol in het verhaal.

Slide 10 - Tekstslide

Draco Malfidus: bijpersoon
Harry Potter: hoofdpersoon
Ron Wemel: hoofdpersoon
Hermelien: hoofdpersoon
Professor Anderling: bijpersoon
Albus Perkamentus: bijpersoon

Slide 11 - Tekstslide

Het uiterlijk van verhaalpersonen

Tijdens het lezen krijg je een idee hoe de personages eruitzien.

  1. De schrijver beschrijft het uiterlijk in het boek.
  2. De hoofdpersoon zegt zelf iets over zijn uiterlijk.
  3. Een ander personage zegt iets over het uiterlijk van de hoofdpersoon.

Slide 12 - Tekstslide

Het innerlijk van verhaalpersonen

Tijdens het lezen krijg je een idee hoe de personages is (karakter, gevoelens). Je kunt met de persoon meeleven.

  1. De schrijver beschrijft het uiterlijk in het boek.
  2. De hoofdpersoon zegt zelf iets over zichzelf.
  3. Een ander personage zegt iets over de hoofdpersoon.
  4. De schrijver laat de hoofdpersoon iets doen (weggooien)

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Programma
  • Hier-en-nu verhalen
  • Personen in een verhaal
  • Uiterlijk van verhaalpersonen
  • Innerlijk van verhaalpersonen

Slide 15 - Tekstslide