Freerunnen en de present simple

Freerunnen en de present simple
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Freerunnen en de present simple

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
Aan het einde van de les kun je korte stukjes tekst begrijpen, vertalen en vragen beantwoorden. Je kunt de present simple herkennen en toepassen in een zin.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over freerunnen en de present simple?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is freerunnen?
Freerunnen is een sport waarbij je over obstakels heen springt, rent en acrobatische bewegingen maakt. Het is een combinatie van atletiek, turnen en parkour.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present Simple
De present simple wordt gebruikt voor gewoontes, feiten en algemene waarheden. Bijvoorbeeld: 'I always wake up at 7 AM.' 'Cats have fur.'

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lezen en vertalen
Lees de volgende tekst over freerunnen en vertaal het naar het Nederlands: 'Freerunning is a popular sport that originated in France. It requires strength, agility, and creativity.'

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen beantwoorden
Beantwoord de volgende vragen over de vertaalde tekst: 1. Waar is freerunnen ontstaan? 2. Welke eigenschappen zijn nodig voor freerunnen?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Present Simple oefening
Maak een zin met de present simple over freerunnen.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lezen en vragen beantwoorden
Lees de volgende tekst over een bekende freerunner en beantwoord de vragen: 'David Belle is a famous freerunner. He started freerunning at the age of 15.' 1. Wie is een bekende freerunner? 2. Op welke leeftijd begon hij met freerunnen?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afsluiting
Wat heb je geleerd over freerunnen en de present simple? Welke nieuwe woorden heb je geleerd? Schrijf een korte samenvatting van de les.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.