Havo 2 - 9 februari 2021

Havo 2 - 9 februari 2021
Procenten en staafdiagrammen
(getal & ruimte 10 editie: opgave 21, 22, 23, 25, 26)
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Havo 2 - 9 februari 2021
Procenten en staafdiagrammen
(getal & ruimte 10 editie: opgave 21, 22, 23, 25, 26)

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide


Hoeveel winst was er in 2009?
A
0,312000=3600
B
0,312000=8400
C
0,712000=8400
D
0,712000=3600

Slide 3 - Quizvraag


Hoeveel winst was er in 2010?

(2009 was 8400 euro)
A
0,758400=6300
B
0,258400=6300
C
0,258400=2100
D
0,758400=2100

Slide 4 - Quizvraag

Welke formule hoort er bij een procentuele verandering?
A
NIEUWOUDNIEUW100
B
OUDOUDNIEUW100
C
OUDNIEUWOUD100
D
NIEUWNIEUWOUD100

Slide 5 - Quizvraag

Hoeveel procent was de winst in 2010 (6300 euro) minder dan in 2008 (12 000 euro)?


procentueleverandering=OUDNIEUWOUD100
A
47,5
B
52,5
C
45,7
D
55,2

Slide 6 - Quizvraag

Beelddiagram
Beeld

Slide 7 - Tekstslide

Hoeveel vakanties waren er in 2010 in totaal naar deze zes landen?
A
27,5
B
200 000
C
4 500 000
D
5 500 000

Slide 8 - Quizvraag

Berekening
27,5 x 200 000 = 5 500 000

Slide 9 - Tekstslide

Welke berekening gebruik je om uit te rekenen hoeveel % naar Spanje ging?
(totaal was 5 500 000)
A
55000001600000100
B
0,165500000
C
16000005500000100
D
0,551600000

Slide 10 - Quizvraag

Het aantal vakanties naar Frankrijk was 54% hoger dan het aantal vakanties naar Spanje (1600000). Welke berekening hoort hierbij?
A
0,541600000
B
1,541600000
C
0,461600000
D
1,461600000

Slide 11 - Quizvraag

1,54 x 1600000 = 2464000
Rond af op honderdduizendtallen.

Slide 12 - Woordweb

Afronden
1,54 x 1600000 = 2 464 000
Rond af op honderdduizendtallen.

2500 000

Slide 13 - Tekstslide

Het aantal vakanties naar Turkije neemt met 5% toe.

Welke berekening hoort hierbij?
A
5200000
B
1,05800000
C
1,05200000
D
1,05800000

Slide 14 - Quizvraag

Staafdiagram
  • lengte staaf geeft hoeveelheid aan
  • bij elke staaf staat waar het over gaat
  • de staven staan los van elkaar

Slide 15 - Tekstslide

Hoeveel auto's van het type FIAT werden er in deze periode verkocht?

Slide 16 - Woordweb

Hoeveel auto's van het type CITROEN werden er in deze periode verkocht?
A
2000
B
3000
C
4000
D
5000

Slide 17 - Quizvraag


534 000 auto's in totaal.

Hoeveel % was Renault?
A
5340006000100
B
0,35534000
C
5340007000100
D
0,7534000

Slide 18 - Quizvraag

Hoeveel procent is dat?
percentage=5340007000100=
A
0,013
B
0,01
C
1,3
D
1,31

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Tekstslide

Welk woord moet er op de plek van de letter A staan?
A
aantal
B
merk
C
kleur
D
auto

Slide 21 - Quizvraag

getal C?
A
2000
B
5000
C
8000
D
10 000

Slide 22 - Quizvraag

getal B?
A
1000
B
2000
C
3000
D
4000

Slide 23 - Quizvraag

Wat vond je van deze les tot nu toe?

Slide 24 - Open vraag

Maak nu nog 21 en 23.

Slide 25 - Tekstslide