22-02-02 Start autonome zenuwstelsel

Microfoon gedempt
Camera aan
Gebruik de Chat voor vragen of zet je microfoon even aan.
Doe actief mee
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
BSP apothekersassistentenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

Microfoon gedempt
Camera aan
Gebruik de Chat voor vragen of zet je microfoon even aan.
Doe actief mee

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Autonome zenuwstelsel

Slide 2 - Tekstslide

Het zenuwstelsel is een netwerk van cellen dat informatie kan opnemen en verwerken. Het verbindt alle delen van het lichaam met elkaar. Het is de verbinding met zintuigen voor het verwerken van waarnemingen. Het is gericht op overleven.
Autonoom= zelfsturend.

Programma van deze les
- Planning van deze periode

- Uitleg werking van het autonome zenuwstelsel 

- Uitleg neurotransmitters

- Maken van de opdracht autonome zenuwstelsel



Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen van vandaag:

-  Je kent de functie van het autonome zenuwstelsel.
- Je kent de werking van het sympathische- en parasympathische zenuwstelsel.
- Je kent de werking van de bijbehorende neurotransmitters en receptoren beschrijven. 




Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke fobie ken jij?

Slide 5 - Woordweb

Welke signalen geeft jou lichaam af bij een fobie?

Slide 6 - Tekstslide

CSZ→ grote hersenen, kleine hersenen, hersenstam en het ruggemerg
PZS→ zenuwen→ 12 paar hersenzenuwen, 31 paar ruggenmergzenuwen

Slide 7 - Tekstslide

Andere benaming voor willekeurig zenuwstelsel= somatische zenuwstelsel of animale zenuwstelsel → stuurt dwarsgestreepte spieren (skeletspieren, sterk maar vermoeibaar)
Autonoom zenuwstelsel → glad spierweefsel ( muv hart) minder sterk dan dwarsgestreepte spieren maar onvermoeibaar.

Slide 8 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het autonome zenuwstelsel is onderverdeeld in ....
A
Centrale - en perifere zenuwstelsel
B
Motorische - en somatische zenuwstelsel
C
parasympatische- en sympatische zenuwstelsel
D
Willekeurig- en onwillekeurig zenuwstelsel

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Neuriet = axon ← zeer lange uitloper, geleiden impulsen van het cellichaam af.
Dendriet → korte uitloper, geleiden impulsen naar cellichaam
synaps = schakelplaats, verbinding met een andere zenuwcel of spiercel


Slide 13 - Tekstslide

Een zenuw is een verzameling van een groot aantal neurieten buiten het czs en is omgeven door bindweefsel.  

Bij een elektrische impuls vindt er in de schakelplaats een overdracht plaats van een neurotransmitter.

Slide 14 - Tekstslide

Neurotranmitters = overdrachtstoffen. 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Sympathisch zenuwstelsel →Fight or Flight
Parasympatisch zenuwstelsel → Rest & Digest

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke lichaamsfuncties zullen geactiveerd worden door het sympathische zenuwstelsel?

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 1

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Maak de bijbehorende opdracht over het autonome zenuwstelsel. 

timer
20:00

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vr. 2 Waarom is het noodzakelijk dat ieder systeem zijn eigen neurotransmitter heeft?

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vr. 4 Waarom er geen adrenaline in slecht doorbloed weefsel geïnjecteerd worden ?

Slide 26 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat heb jij geleerd in deze les?
Ik kan de functie van het autonome zenuwstelsel beschrijven
Ik kan de werking van het sympathische- en parasympathische zenuwstelsel uitleggen
Ik begrijp de werking van de verschillende neurotransmitters en receptoren.
Ik heb twee van de drie leerdoelen behaald
Ik heb alle drie de leerdoelen behaald

Slide 27 - Poll

Deze slide heeft geen instructies