Fase 2 lesweek 5.3

Lezen + Luisteren 2F + 3F 
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Lezen + Luisteren 2F + 3F 

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een kleine quiz over lezen + luisteren  
Log in bij LessonUp

Code linksonder

Naam + achternaam 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een tekstdoel?
timer
0:20
A
Artikel
B
Recept
C
Instrueren
D
Blog

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Wat voor een soort tekst is dit?
A
Nieuwsbericht
B
Ingezonden brief
C
Reclametekst
D
Column

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het doel van deze tekst?
A
Amuseren
B
Overtuigen
C
Informeren

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is globaal en oriënterend lezen?

Slide 6 - Open vraag

Globaal lezen: Je leest de inleiding en het slot, en alle 1e en laatste zinnen van een alinea om achter de hoofdzaken te komen.

Oriënterend lezen: gebruik je als je snel wilt zien of een bepaalde tekst voor jou interessant of bruikbaar is. Lees de titel, tussenkopjes, bron.
Staat in de volgende zin een signaalwoord, zo ja welk?

Als je eerst je huiswerk afmaakt , gaan we straks naar voetbalwedstrijd.

Slide 7 - Open vraag

Als: voorwaarde 
Lees onderstaande leessituaties. Welke leesstrategie pas je toe?
Situatie 1: 
Om 07.00 uur valt de krant door de brievenbus. Voordat je naar school gaat, wil je snel weten wat het belangrijkste nieuws is.
Situatie 2: 
Voor je opleiding moet je een verslag inleveren over voeding. Je hebt op het internet een tekst gevonden over vitamines. Je wilt weten of je de tekst kunt gebruiken.
Situatie 3: 
Je hebt morgen een toets over bewegingsleer. Je leest de tekst in je boek en je aantekeningen
Situatie 4:
Je wilt een pretpark bezoeken en bent benieuwd naar de coronaregels. Je bezoek de website van het pretpark.
Orienterend lezen
Globaal lezen
Intensief lezen
Zoekend lezen
Studerend lezen

Slide 8 - Sleepvraag


Oriënterend: als je snel wilt zien of een bepaalde tekst interessant is. 

Globaal: alleen de hoofdzaken
 
Intensief: je leest de tekst aandachtig door. Woorden die je niet begrijpt zoek je op. 

Studerend: Je wilt de tekst niet alleen begrijpen maar ook in je hoofd opnemen. 

Zoekend:  zoekt naar specifieke info in de tekst. 
Staat in de onderstaand zin en signaalwoord, zo ja welk?
Om op tijd op school te zijn, neemt Jan de e-bike van zijn vader.
A
Nee, in deze zin niet.
B
Ja, het woordje "om" .

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Signaalwoord 
       tijd
Signaalwoord  
conclusie
Signaalwoord
doel-middel
Intussen
Daarmee
Dus
Daarna
Tijdens 
Daartoe
Met de bedoeling 
Vandaar

Slide 10 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tekstopbouw
Iedere tekst heeft een opbouw/structuur. Meestal is dit:

- inleiding
- middenstuk/kern
- slot 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tekstopbouw: inleiding
Inleiding gebruik je om
- aandacht te trekken
- het onderwerp te benoemen of te omschrijven
- beschrijving van de aanleiding 
- samenvatting
- is vaak 1 alinea

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tekstopbouw: kern
De kern (middenstuk)
- is het langste deel van de tekst
- hierin lees je vaak over de deelonderwerpen
- bestaat uit 1 of meerdere alinea's 
- normaliter is 1 deelonderwerp per alinea
- soms met tussenkopjes

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tekstopbouw: slot
Het slot van een tekst :
- conclusie van de tekst
- samenvatting van de inhoud 
- oplossing
- aansporing tot
- open einde
- is vaak maar 1 alinea


Je geeft geen nieuwe informatie in het slot!

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tekstopmaak
1. Titel
2. Ondertitel
3. tussenkopjes
4. Lead
5. Afbeeldingen + bijschriften
6. Grafieken + tabellen
7. Bron

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Titel + Ondertitel
Titel:
        - geeft kernachtig weer waar de tekst over gaat
        - trekt de aandacht van de lezer

Ondertitel 
        - vult de titel aan
        - meestal kleinere lettergrootte dan de titel

          
 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tussenkopjes + Lead
Tussenkopjes
   - vrijwel dezelfde functies als een titel
   - onderwerp van het tekstdeel
   - nieuw deelonderwerp
Lead
   - Vetgedrukt stukje tekst (los van de hoofdtekst) 
   - een samenvatting geven
   - lezer nieuwsgierig maken

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afbeeldingen + bijschriften
Afbeeldingen + bijschriften
     - trekken vaak de aandacht
     - bijschriften verduidelijken de afbeelding

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tabellen + grafieken
Tabellen + grafieken
         - relevante informatie
         - geven inzicht 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verwerkingsopdracht 2F 
Studiereader  2F
Examentraining centraal examen
Hoofdstuk 1 lezen
Theorie 2 Meerkeuzevragen
Opdrachten 4 + 5
Theorie 3 meerkeuzevragen beantwoorden
Opdrachten 6 + 7 + 8

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verwerkingsopdracht 2F 

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verwerkingsopdracht 3F 
Studiereader 3F
Examentraining centraal examen
Hoofdstuk 1 lezen
Theorie 2 Meerkeuzevragen
Opdrachten 5 + 6
Theorie 3 meerkeuzevragen beantwoorden
Opdrachten  7 + 8 + 9

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verwerkingsopdracht 3F

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies