In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
2.2 Europese wereldrijken
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
- Je kunt beschrijven dat er in de 19e eeuw Europese wereldrijken ontstonden.
- Je kunt de Nederlandse koloniën noemen en uitleggen hoe Nederlands-Indië ontstond.
- Je kunt vier oorzaken van het modern imperialisme noemen en beschrijven welke rol racisme daarbij speelde.
Slide 2 - Tekstslide
Modern imperialisme
Het streven van Europese landen vanaf 1800 om zoveel mogelijk gebied in Azië en Afrika te veroveren en te besturen, en toegang te krijgen tot grondstoffen
Slide 3 - Tekstslide
Modern imperialisme is een ........ van het nationalisme
A
gevolg
B
oorzaak
Slide 4 - Quizvraag
Een gebied waarover de Europeanen heersen, noemen we ookwel een....
A
Staat
B
Provincie
C
Kolonie
D
Gemeente
Slide 5 - Quizvraag
De bevolking kwam vaak in opstand tegen de Europeanen. Toch konden de Europeanen blijven winnen. Waarom?
A
Betere wapens
B
Meer doorzettingsvermogen
C
Meer mensen
Slide 6 - Quizvraag
Nederlandse koloniën
- Suriname
- Nederlandse Antillen
- Indonesië
Slide 7 - Tekstslide
Nederlands-Indië
- Veel volkeren --> Inheems
- Bestuur: gebruik van inheemse vorsten
- Vanaf 1800 met veel geweld uitbreiding van de macht
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Lees de tekst 'oorzaken van het modern imperialisme'. Wat zijn de vier oorzaken van het modern imperialisme?
Slide 10 - Open vraag
Oorzaken modern imperialisme
1. Behoefte aan grondstoffen
2. Behoefte aan afzetgebied
3. Makkelijker gebied veroveren door nieuwe uitvindingen
4. Nationalisme
Slide 11 - Tekstslide
Racisme
Slide 12 - Woordweb
Leerdoelen
- Je kunt beschrijven dat er in de 19e eeuw Europese wereldrijken ontstonden.
- Je kunt de Nederlandse koloniën noemen en uitleggen hoe Nederlands-Indië ontstond.
- Je kunt vier oorzaken van het modern imperialisme noemen en beschrijven welke rol racisme daarbij speelde.
Slide 13 - Tekstslide
Klaar?
Ga dan je weektaak maken om de stof nog een keertje extra te verwerken.