W15 - 1VH Spelling H5 + Lezen H6 NN

Hallo leerlingen,

Hoe gaat het nu met jullie? Zoals jullie gehoord zullen hebben, gaan we voorlopig nog niet naar school. We moeten nog even geduld hebben. Voor deze week dus weer een nieuwe taak in Lesson-Up. Lees mijn uitleg en die in je boek goed en maak daarna pas de opdrachten.
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
Middelbare school

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Hallo leerlingen,

Hoe gaat het nu met jullie? Zoals jullie gehoord zullen hebben, gaan we voorlopig nog niet naar school. We moeten nog even geduld hebben. Voor deze week dus weer een nieuwe taak in Lesson-Up. Lees mijn uitleg en die in je boek goed en maak daarna pas de opdrachten.

Slide 1 - Tekstslide

Opdrachten voor de week van 6 t/m 10 april (week 15)
We beginnen met het huiswerk van vorige week goed na te kijken aan de hand van de antwoorden. Nogmaals: verbeter de fouten en doe dit serieus! Deze week sluiten we hfdst. 6 af van Spelling en we maken een begin met hfdst. 5 van Lezen. Vergeet vooral ook niet in je boek te lezen. Hebben jullie inmiddels een boek uitgekozen voor de pitch? 
Succes met deze weektaak!

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Over werkwoordsvormen en werkwoordstijden
Je leert de verschillende werkwoordsvormen herkennen en correct spellen. Je leert ook de verschillende werkwoordstijden herkennen en benoemen.

Open je boek op bladzijde 186 en lees de theorie in het groene stuk. Bestudeer de uitleg in de dia's en maak daarna de opdrachten uit je boek. Je maakt de startopdracht en opdracht 1 t/m 4 van bladzijde 186 en 187. 

Slide 8 - Tekstslide

de volledige namen van de vormen
                            infinitief  (inf) of hele werkwoord
                            persoonsvorm tegenwoordige tijd (pvtt)
                            persoonsvorm verleden tijd (pvvt)
                            voltooid deelwoord (vd)
                            onvoltooid deelwoord (od)

 

Slide 9 - Tekstslide

de volledige namen van de tijden  
onvoltooid tegenwoordige tijd = ott
onvoltooid verleden tijd               = ovt
voltooid tegenwoordige tijd       = vtt
voltooid verleden tijd                     = vvt

Slide 10 - Tekstslide

In welke zin is het werkwoord (persoonsvorm) goed gespeld
A
Wij verfte het huis.
B
Wij verfden het huis.
C
Wij verften het huis
D
Wij verfdden het huis.

Slide 11 - Quizvraag


Het is belangrijk dat je weet hoe je de verleden maakt. Daarom krijg je nu een filmpje te zien waarin dit nog een keer goed wordt uitgelegd bij zowel zwakke als bij sterke werkwoorden. Kijk en luister hier goed naar!

Slide 12 - Tekstslide

0

Slide 13 - Video

de persoonsvorm
In de voltooide tijd is de persoonsvorm een vorm van het werkwoord hebben of zijn. Verderop in de zin staat dan een voltooid deelwoord.

Bijvoorbeeld: Mijn zusje heeft een mooie tekening gemaakt.
                             Zij is vanochtend niet naar school gegaan.

Slide 14 - Tekstslide

zwakke werkwoorden
Wanneer je de volgende link aanklikt kun je ook nog een keer oefenen met de zwakke werkwoorden. 

Je kunt altijd nog even kijken op bladzijde 66  van je boek naar de uitleg hierover. 

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Link

Puzzel
Voordat je aan de opdrachten begint kun je in de volgende link een puzzel maken om te zien of je de lesstof hebt begrepen. Klik steeds op een cijfer om te zien wel werkwoord je moet vervoegen en vul dit in. 
Wanneer je het zwarte balkje 'theorie' aanklikt kun je nog een keer de behandelde lesstof over de werkwoordsvormen en werkwoordstijden bekijken.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Link

We gaan deze week ook beginnen met  Lezen, hoofdstuk 5. Enkelen van jullie hebben al vooruit gewerkt en dat betekent misschien dat je minder huiswerk hoeft te maken. Doe wel mee en lees alles goed; dan kun je misschien al de eerste verbeteringen aanbrengen.

Sla je boek open op bladzijde 132 en lees de theorie in het groene gedeelte. Hier leer je tekstdoelen herkennen. Bekijk de extra uitleg hierna en maak opdracht 1, 2 en 3 van blz. 132 t/m 135. Opdracht 4 gaat, net als opdracht 3, ook over tekst 2. Je moet hier een samenvatting maken in maximaal 150 woorden. Misschien wil je hier alvast aan beginnen, want volgende week staat deze opdracht bij het huiswerk voor week 16. Je mag altijd vooruit werken.


Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Nog even herhalen
  • Je hebt dus altijd een doel met je tekst. Je wilt dat de lezer zich vermaakt; dan is je tekstdoel amuseren.
  • Je wilt dat iemand iets weet, bijvoorbeeld een nieuwsbericht; dan ga je informeren.
  • Jouw mening is zo belangrijk dat je wilt dat de ander dezelfde mening     heeft; dan  wil je overtuigen.
  • Je wilt iemand aanzetten om iets te doen. Dan wil je iemand overhalen of activeren.

Slide 21 - Tekstslide

Waarom is het goed om tekstdoelen te kunnen herkennen?
A
zo weet je wat de schrijver wil bereiken
B
om er meer van te kunnen begrijpen en te leren
C
dan word je niet te snel overtuigd of overgehaald
D
om teksten te beoordelen en er kritisch naar te kijken

Slide 22 - Quizvraag

Welke tekstdoelen ken je?
A
informeren, amuseren en overhalen
B
informeren, amuseren, overhalen, uitleggen, activeren en betogen
C
informeren, amuseren, overtuigen en activeren
D
ik ken geen tekstdoelen

Slide 23 - Quizvraag

Kan reclame meerdere tekstdoelen hebben?
A
ja
B
nee

Slide 24 - Quizvraag

Wat zijn voorbeelden van tekstdoelen?
A
artikel, tijdschrift, krant
B
informeren, amuseren, activeren, overtuigen
C
informerende tekst, activerende tekst, amuserende tekst

Slide 25 - Quizvraag

Als het gaat om tekstdoelen, van wie is het dan het doel?
A
de docent Nederlands
B
de schrijver van de tekst
C
de lezer van de tekst
D
schrijver én lezer

Slide 26 - Quizvraag

Kan een tekst meerdere tekstdoelen hebben?
A
Ja
B
Nee

Slide 27 - Quizvraag

Dit was de weektaak voor week 15. Ik wens jullie veel succes met de opdrachten. Zorg dat je een boek hebt uitgekozen voor de Pitch, want volgende week wil ik graag de titel weten. Lees je andere boek snel uit en begin dan met dit boek. 

Jullie mogen me mailen in Magister of naar ovm@rijswijkslyceum.nl

Veel succes!

Slide 28 - Tekstslide