Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
B5 Neurale regulatie
Neurale regulatie
Thema 5 Regeling
1 / 27
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
In deze les zitten
27 slides
, met
tekstslides
en
1 video
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Neurale regulatie
Thema 5 Regeling
Slide 1 - Tekstslide
Je leert vandaag..
- Hoe impulsen door een zenuwcel geleid worden
- Hoe myelineschedes zorgen dat dit geleiden sneller gaat
(=sprongsgewijze impulsgeleiding)
- Hoe een impuls doorgegeven wordt aan de volgende zenuwcel in een synaps
Slide 2 - Tekstslide
voorkennis
- impulsoverdracht in een synaps gaat met neurotransmitters
- er zitten
transporteiwitten
in het celmembraan (thema 1)
Slide 3 - Tekstslide
voorkennis - transport door het membraan
A=
Passief transport
: met het concentratieverval mee (met of zonder transporteiwitten).
B=
Actief transport
: tegen het concentratieverval in. Kost altijd energie! Altijd met behulp van transporteiwitten
Slide 4 - Tekstslide
voorkennis - synaps
Slide 5 - Tekstslide
Zenuwcel
(neuron)
Zenuwcel bestaat uit:
1. Dendriet
2. Cellichaam
3. Celkern
4. Axon
5. Myelineschede
6. Synaps
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
een cel in rust
Tussen de binnenkant en de buitenkant van het membraan zit een
ladingsverschil
.
Binnenkant cel t.o.v. buitenkant is -70mV
(rustpotentiaal)
.
Slide 8 - Tekstslide
Impulsgeleiding
Vindt plaats door ionenkanalen:
Natrium-kanaal
Kalium-kanaal
Natrium-kalium pomp
Slide 9 - Tekstslide
Een zenuwcel in rust
Buiten de cel veel natrium
In de cel veel kalium
De kanalen staan dicht
er is altijd wel een beetje lekkage
maar de natrium-kalium pomp stuurt de gelekte ionen weer terug
hier is dus altijd ATP voor nodig
Slide 10 - Tekstslide
Impulsgeleiding
Het membraan van de zenuwcel wordt geprikkeld.
Hierdoor gaan de ionenkanalen open.
Hierdoor stromen de +ionen door het membraan waardoor het ladingsverschil van het membraan verandert.
Drempelwaarde: Als het ladingsverschil -50 mV wordt ontstaat er een impuls (het is alles of niets)
Een impuls verloopt in fasen.
Slide 11 - Tekstslide
Een impuls fase 1
De zenuwcel is in rust
Het natriumkanaal en het kaliumkanaal zijn allebei dicht
ladingsverschil = -70 mV
Slide 12 - Tekstslide
Een impuls fase 2a
Zodra de zenuwcel wordt geprikkeld door het binden van neurotransmitters gaan er een paar natriumkanalen open.
Natrium gaat van buiten de cel naar binnen.
Hierdoor neemt het ladingsverschil af (gaat van -70 mV richting 0).
Slide 13 - Tekstslide
Een impuls fase 2b
Als het ladingsverschil de drempelwaarde heeft bereikt gaan alle natriumpoorten open (ongeveer bij -50mV)
Het ladingsverschil stijgt snel naar +20mV.
Er is een impuls.
Slide 14 - Tekstslide
Een impuls fase 3
Zodra het ladingsverschil +20mV is geworden gaan de natriumkanalen weer dicht.
Nu gaan alle kaliumkanalen open.
Kalium gaat van binnen de cel naar buiten
Het ladingsverschil daalt weer.
Slide 15 - Tekstslide
Een impuls fase 4
De kaliumkanalen sluiten een beetje te langzaam waardoor het ladingsverschil tijdelijk onder de -70 mV daalt (naar -90 mV).
Slide 16 - Tekstslide
Een impuls fase 5
Uiteindelijk sluiten ook de kaliumkanalen weer en is het rustpotentiaal weer hersteld.
De ionen zitten nu wel op de verkeerde plek!
Slide 17 - Tekstslide
Na de impuls
Na de impuls is er veel K de cel uit gegaan en veel Na de cel ingegaan
Het normale evenwicht is andersom
De natrium-kaliumpomp herstelt het normale evenwicht door K de cel in te pompen en Na de cel uit
het celmembraan is op deze plek even niet gevoelig voor een nieuwe prikkel tot de ionen weer op de goede plek zitten.
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Video
herhaling - de 5 fases van een actiepotentiaal
Slide 20 - Tekstslide
Impulsfrequentie
Je lichaam vertaalt prikkels naar impulsen. Hoe
sterker
de prikkel hoe meer impulsen er worden gegenereerd.
Bijvoorbeeld: Een heel hard geluid = heel veel impulsen per seconde. Een zacht geluid = een paar impulsen per seconde
Slide 21 - Tekstslide
Thema 6 regeling en waarnemen
Paragraaf 4
Slide 22 - Tekstslide
De nut van een myelineschede
Impulsgeleiding is best wel traag
Myelineschedes (cellen van Schwann) zorgen ervoor dat een impuls sprongsgewijs kan worden doorgegeven
Hierdoor wordt de impulsgeleiding veel sneller (50x zo snel)
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
drempelwaarde- actiepotentiaal
Slide 25 - Tekstslide
bestudeer de animatie op de volgende slide
Impulsoverdracht
Door binding van een neurotransmitter openen de ionkanalen in de synapsspleet.
Het openen van de ionkanalen is een prikkel voor de ionkanalen die een daarnaast liggen. Die openen dan ook.
Een impuls gaat lopen.
Slide 26 - Tekstslide
Huiswerk
Bestudeer B5 en maak opdr. 36 t/m 41
Slide 27 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Th 5 - Bs 5 - deel 2
April 2021
- Les met
45 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
H4 Thema 5 Basisstof 5 Neurale regulatie
Maart 2024
- Les met
24 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
H4 Thema 5 Basisstof 5 Neurale regulatie
Februari 2021
- Les met
33 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
H4 Thema 5 Basisstof 5 Neurale regulatie
Januari 2024
- Les met
40 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
V5 Thema 7 B5 Neurale regulatie
September 2021
- Les met
47 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
H4 Thema 5 B5 Neurale regulatie
Februari 2023
- Les met
35 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
H4 Thema 5 B5 Neurale regulatie
Januari 2021
- Les met
38 slides
Biologie
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
V5 Thema 1 B5 Neurale regulatie
September 2024
- Les met
45 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5