Present simple

Present simple
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsISK

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Present simple

Slide 1 - Tekstslide

PLANNING
DE MAANDEN VAN HET JAAR
WANNEER GEBRUIKEN WE HOOFDLETTERS?
PRESENT SIMPLE

Slide 2 - Tekstslide

LESDOELEN
  1. AAN HET EIND VAN DE LES KUN JE UITLEGGEN WAT DE PRESENT SIMPLE EN PRESENT CONTINUOUS IS
  2. JE KUNT UITLEGGEN WANNEER JE HOOFDLETTERS GEBERUIKT IN EEN ZIN
  3. JE WEET HOE JE DE MAANDEN KUNT SCHRIJVEN
  4. JE KENT EEN AANTAL ONREGELMATIGE WERKWOORDEN

Slide 3 - Tekstslide

BIRTHDAY MONTHS
January - February
March - April
May - June 
July - August
September - October
November - December

Slide 4 - Tekstslide

CAPITALS - HOOFDLETTERS
WANNEER GEBRUIKEN WE HOOFDLETTERS IN HET ENGELS?
  • ''IK'' IN HET ENGELS: I am happy
  • DAGEN, MAANDEN:  Thursday 14 December
  • STEDEN, LANDEN, PROVINCIES: New York
  • NAMEN: Samita

Slide 5 - Tekstslide

WHEN IS IT CHRISTMAS? SCHRIJF DE DATUM UIT IN HET ENGELS

Slide 6 - Open vraag

PRESENT SIMPLE
De tegenwoordige tijd noemen we in de Engelse taal de present simple.

I run home. -  Ik ren naar huis.


Slide 7 - Tekstslide

PRESENT SIMPLE METHODE
We gebruiken de present simple als we het hebben over:

  • feiten, - FACTS
  • gewoonten, - HABITS
  • en dingen die we met regelmaat doen. - THINGS WE DO REGULARLY (ROUTINE)


Slide 8 - Tekstslide

VOORBEELDEN
  • This book has a red color. (feit) FACTS
  • Bart always bites his nails. (gewoonten) HABIT
  • These kids often play with each other. (regelmatigheid) ROUTINE

Slide 9 - Tekstslide

SHIT RULE
We voegen een -s toe indien je een werkwoord gebruikt in de 3e persoon enkelvoud: He swims, My sister plays hockey

She, He en IT, alles binnen de 3e persoon enkelvoud:
- she --> she swims fast.
- he --> he swims fast.
- it --> it swims fast.

Slide 10 - Tekstslide

PRESENT CONTINUOUS (ing-vorm)
De duurvorm in de tegenwoordige tijd noemen we in de Engelse taal de present continuous.

Het vindt allemaal NU plaats.

Slide 11 - Tekstslide

METHODE
Om de present continuous te maken heb je altijd 2 werkwoorden nodig. Namelijk een vervoeging van to be + werkwoord met -ing erachter

Ik... -            I am playing


Slide 12 - Tekstslide

VOORBEELDEN
HE IS DANCING
SHE IS TRAINING
THEY ARE WALKING
WE ARE LEARNING
I AM TEACHING

Slide 13 - Tekstslide

VORMEN VAN TO BE? TEGENWOORDIGE TIJD
I AM
HE ..
SHE ...
WE
YOU

Slide 14 - Tekstslide

VERLEDEN TIJD VORM VAN TO BE
I WAS 
HE W...
SHE
WE W...

Slide 15 - Tekstslide

WORKSHEET
ALBINA, DIMA, AIZA, SAMIRA, HEAVEN AND VLADYSLAV worksheet advanced - homework as well
The rest British council worksheet.

Slide 16 - Tekstslide