Les 3 lijdend voorwerp

Lesdoel:
Na de les:

  • kun je het lijdend voorwerp in een zin herkennen.
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Lesdoel:
Na de les:

  • kun je het lijdend voorwerp in een zin herkennen.

Slide 1 - Tekstslide

GRAMMATICA
 ZINSDELEN


Lijdend voorwerp

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Stappenplan grammatica zinsdelen


Zinnen ontleed je altijd in een bepaalde volgorde.
Zo'n volgorde noemen we ook wel een "stappenplan"

Slide 4 - Tekstslide

Lijdend voorwerp
Een lijdend voorwerp komt voor in zinnen waarin iets/iemand iets 'overkomt', dus als het ware 'lijdt'. 

Regel: het lijdend voorwerp begint nooit met een voorzetsel;

Slide 5 - Tekstslide

PV?
Ze kunnen volgende week een flexuur kiezen.
A
kiezen
B
week
C
ze
D
kunnen

Slide 6 - Quizvraag

WG?
Ze kunnen volgende week een flexuur kiezen.

Slide 7 - Open vraag

OW?
Ze kunnen volgende week een flexuur kiezen.

Slide 8 - Open vraag

LV?
Ze kunnen volgende week een flexuur kiezen.
A
Ze
B
volgende week
C
kunnen kiezen
D
een flexuur

Slide 9 - Quizvraag

PV?
Steeds meer volwassenen willen een kleurboek aanschaffen voor hun kinderen.

Slide 10 - Open vraag

WG?
Steeds meer volwassenen willen een kleurboek aanschaffen voor hun kinderen.

Slide 11 - Open vraag

OW?
Steeds meer volwassenen willen een kleurboek aanschaffen voor hun kinderen.

Slide 12 - Open vraag

LV?
Steeds meer volwassenen willen een kleurboek aanschaffen voor hun kinderen.
A
Steeds meer volwassenen
B
willen aanschaffen
C
een kleurboek
D
voor hun kinderen

Slide 13 - Quizvraag

PV?
Aan de kleurboeken hebben de makers inmiddels veel geld verdiend.

Slide 14 - Open vraag

wg?
Aan de kleurboeken hebben de makers inmiddels veel geld verdiend.
A
aan de kleurboeken
B
hebben veel geld
C
de makers
D
hebben verdiend

Slide 15 - Quizvraag

OW?
Aan de kleurboeken hebben de makers inmiddels veel geld verdiend.
A
inmiddels
B
aan de kleurboeken
C
de makers
D
veel geld

Slide 16 - Quizvraag

LV?
Aan de kleurboeken hebben de makers inmiddels veel geld verdiend.

Slide 17 - Open vraag

PV?
Onze buurjongen gaf zijn bioscoopkaartje aan zijn zus.

Slide 18 - Open vraag

WG?
Onze buurjongen gaf zijn bioscoopkaartje aan zijn zus.

Slide 19 - Open vraag

OW?
Onze buurjongen gaf zijn bioscoopkaartje aan zijn zus.

Slide 20 - Open vraag

LV?
Onze buurjongen gaf zijn bioscoopkaartje aan zijn zus.

Slide 21 - Open vraag

LV?
Willen jullie mij nu dat leesboek teruggeven?

Slide 22 - Open vraag

LV?
Hebben zijn ouders Frank een heel dure sterrenkijker gegeven vanwege zijn hobby?

Slide 23 - Open vraag

Lesdoel:

Na deze les:

  • kun je het lijdend voorwerp  in een zin herkennen.

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Link

Slide 26 - Link