Toets WO2 voor V5

Welke omschrijving klopt niet als je gelooft in de 'dolkstootlegende' ?
A
Duitse leger was verraden
B
Duitse leger was verslagen
C
Duitsland tekende de wapenstilstand
D
Regering is niet te vertrouwen
1 / 26
volgende
Slide 1: Quizvraag
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Welke omschrijving klopt niet als je gelooft in de 'dolkstootlegende' ?
A
Duitse leger was verraden
B
Duitse leger was verslagen
C
Duitsland tekende de wapenstilstand
D
Regering is niet te vertrouwen

Slide 1 - Quizvraag

Wat is de juiste chronologische volgorde van de stappen richting WO2 die door Hitler werden genomen?

A
Leger in Rijnland - Inval Polen - Anschluss
B
Leger in Rijnland - Anschluss - Inval Polen
C
Anschluss - leger in Rijnland - Inval Polen
D
Inval Polen - leger in Rijnland - Anschluss

Slide 2 - Quizvraag

Welke omschrijving past het beste bij de appeasement politiek?
A
politiek van concessies
B
politiek van waarschuwingen
C
politiek van wraak
D
stevig optreden tegen agressor

Slide 3 - Quizvraag

Wat was GEEN reden voor de appeasement politiek?
A
Traumatische ervaring WO1
B
GB achtte zich niet sterk genoeg voor een nieuwe oorlog
C
GB wilde niet samenwerken met de SU
D
Duitsland vormde een bondgenootschap met de SU

Slide 4 - Quizvraag

Wat is de naam van deze bijeenkomst?
A
Verdrag van Versailles
B
Conferentie van München
C
Operatie Barbarossa
D
Wannsee Conferentie

Slide 5 - Quizvraag

Welk begrip past het beste bij deze afbeelding?
A
Verdrag van Versailles
B
Totalitaire staat
C
Appeasement politiek
D
Duitse opmars

Slide 6 - Quizvraag

Welk gebied eiste Hitler op in 1938?
A
Polen
B
Elzas
C
Sudetenland
D
Engeland

Slide 7 - Quizvraag

Als reactie op welke gebeurtenis verklaarden GB en FR de oorlog aan Duitsland?
A
Duitse inval Tsjecho-Slowakije
B
Duitse inval Frankrijk
C
Duitse inval België
D
Duitse inval Polen

Slide 8 - Quizvraag

Welk begrip past het best bij deze afbeelding?
A
Appeasement
B
Conferentie van München
C
Niet-aanvalsverdrag
D
Battle of Britain

Slide 9 - Quizvraag

De Duitse aanval op de SU staat bekend als ...
A
D-day
B
Operatie Barbarossa
C
Operatie Red
D
Battle of the SU

Slide 10 - Quizvraag

Welk begrip past het beste bij deze afbeelding?
A
Asmogendheden
B
Appeasement
C
Totale oorlog
D
WO2

Slide 11 - Quizvraag

Welk begrip past het beste bij deze afbeelding?
A
Battle of Britain
B
D-day
C
Operatie Barbarossa
D
Slag bij Koersk

Slide 12 - Quizvraag

Welk begrip past het beste bij deze afbeelding?
A
Totale oorlog
B
Blitzkrieg
C
Totalitaire staat
D
Holocaust

Slide 13 - Quizvraag

Welk begrip past het beste bij deze afbeelding?
A
Holocaust
B
Einsatzgruppen
C
SA
D
Getto's

Slide 14 - Quizvraag

Wat betekent 'Holocaust' letterlijk?
A
Jodenvervolging
B
Brandoffer
C
Antisemitisme
D
Vernietiging

Slide 15 - Quizvraag

Hoe noemen Joden zelf de holocaust?
A
Genocide
B
Pogrom
C
Shoah
D
Ook holocaust

Slide 16 - Quizvraag

Wanneer namen de nazi's het besluit tot het inrichten van vernietigingskampen
A
1933
B
1940
C
1941
D
1942

Slide 17 - Quizvraag

In de nacht van 9 op 10 november 1938 vond in Duitsland een pogrom plaats. Noteer de naam waarmee deze bekend staat.

Slide 18 - Open vraag

Onder welke term wordt de 'definitieve oplossing van het Jodenvraagstuk' door de nazi's weergegeven

Slide 19 - Open vraag

Welke persoon had de hoogste macht in Nederland tijdens de Duitse bezetting?

Slide 20 - Open vraag

Welk begrip past het best bij (vooral) de beginfase van de Duitse bezetting van Nederland?
A
Collaboratie
B
Accomodatie
C
Verzet
D
Terreur

Slide 21 - Quizvraag

Welk begrip past NIET bij de jaren 1944/1945
A
Hongerwinter
B
Oosten al bevrijd
C
Anti-Duitse gevoelens steeds sterker
D
Landelijke spoorwegstaking

Slide 22 - Quizvraag

De naam van dit formulier?
A
Loyaliteitsverklaring
B
Ariërverklaring
C
Persoonsbewijs
D
NSB-verklaring

Slide 23 - Quizvraag

Wat is GEEN goed voorbeeld van accomodatie?
A
Tekenen van een loyaliteitsverklaring
B
Bevelen van de Duitsers opvolgen
C
Burgemeester neemt geen ontslag in mei 1940
D
Meevechten met de SS aan het oostfront

Slide 24 - Quizvraag

Voor onderzoek naar de misdragingen van het Duitse leger in de
Sovjet-Unie worden vaak brieven van Duitse soldaten aan hun
familieleden gebruikt.
Noem twee redenen om te twijfelen aan de bruikbaarheid van de
soldatenbrieven als bronnen voor onderzoek naar de misdragingen van
het leger.

Slide 25 - Open vraag

Noem zoveel mogelijk verschillende oorzaken voor WO2.

Slide 26 - Open vraag