Kapitel 6 & 7 - Zusammenfassung [Neue Kontakte, klas 2]

Kapitel 6 & 7 - Zusammenfassung 
[Neue Kontakte, klas 2]
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 25 min

Onderdelen in deze les

Kapitel 6 & 7 - Zusammenfassung 
[Neue Kontakte, klas 2]

Slide 1 - Tekstslide

Grammatik
Kapitel 6

werkwoorden vervoegen, stam op -d/-t

Slide 2 - Tekstslide

(fotografieren) Ich .... gern.

Slide 3 - Open vraag

(bedeuten) Was .... dieses Wort?

Slide 4 - Open vraag

(kosten) Wie viel .... diese Gitarre?

Slide 5 - Open vraag

(warten) Wie lange .... ihr schon?

Slide 6 - Open vraag

(schneiden) .... du bitte das Bild aus?

Slide 7 - Open vraag

(denken) Wie oft .... du an deine Freundin?

Slide 8 - Open vraag

(arbeiten) .... deine Mutter auch am Wochenende?

Slide 9 - Open vraag

(hören) Meine Schwestern .... den ganzen Tag Musik.

Slide 10 - Open vraag

(spielen) Wir .... jeden Mittwoch.

Slide 11 - Open vraag

Vertaal en vul de juiste vorm in.

[paardrijden] Wie oft ... du?

Slide 12 - Open vraag

Vertaal en vul de juiste vorm in.

[zwemmen] Was ... dort?

Slide 13 - Open vraag

Vertaal en vul de juiste vorm in.

[vinden] Wie ... du die neue Lehrerin?

Slide 14 - Open vraag

Vertaal en vul de juiste vorm in.

[bezoeken] Ich ... meine Oma.

Slide 15 - Open vraag

Vertaal en vul de juiste vorm in.

[praten] ... ihr nicht zu viel?

Slide 16 - Open vraag

Vertaal en vul de juiste vorm in.

[antwoorden] Wie schnell ... deine Lehrer auf deine Mails?

Slide 17 - Open vraag

Wörter
Kapitel 7

woordenlijst NL-D, D-NL

Slide 18 - Tekstslide

Vertaal en vul in.

de banken - Wie viel kosten ... ...?

Slide 19 - Open vraag

Vertaal en vul in.

thuis - Ich bin um drei Uhr ... ...!

Slide 20 - Open vraag

Vertaal en vul in.

de boerderijen - Ich finde, ... ... sehen so alt aus.

Slide 21 - Open vraag

Vertaal en vul in.

de deur - Kannst du bitte ... ... öffnen?

Slide 22 - Open vraag

Vertaal en vul in.

de eengezinswoning - Meine Familie gehört ... ...?

Slide 23 - Open vraag

Vertaal en vul in.

schoonmaken - Komm, lass uns zusammen ... ...!

Slide 24 - Open vraag

Vertaal het markeerde woord naar het Nederlands.

Findest du es SCHLIMM?
A
slim
B
krap
C
erg
D
klaar

Slide 25 - Quizvraag

Vertaal het markeerde woord naar het Nederlands.

Bist du HÄUFIG im Garten?
A
nooit
B
zelden
C
af en toe
D
vaak

Slide 26 - Quizvraag

Vertaal het markeerde woord naar het Nederlands.

Wir sind noch nicht ganz FERTIG.
A
klaar
B
geleden
C
veertig
D
eenvoudig

Slide 27 - Quizvraag

Vertaal het markeerde woord naar het Nederlands.

Wir müssen nächstes Jahr UMZIEHEN.
A
omkleden
B
verhuizen
C
nodig hebben
D
irriteren

Slide 28 - Quizvraag

Welk woord past in de zin?

Wir wohnen in einem Hochhaus im elften ... .
A
Holz
B
Jahrhundert
C
Nachbarn
D
Stock

Slide 29 - Quizvraag

Welk woord past in de zin?

Das Haus ist sehr alt, es stammt aus dem 17. ... .
A
Beispiel
B
Jahrhundert
C
Stockwerk
D
Ort

Slide 30 - Quizvraag

Welk woord past in de zin?

Ist der Tisch aus ... ? - Ja, und zwar aus Eiche.
A
Holz
B
umweltfreundlich
C
gerade
D
Stockwerk

Slide 31 - Quizvraag

Welk woord past in de zin?

Sind eure ... nett? - Ja, sie sind immer sehr freundlich.
A
Holz
B
Jahrhundert
C
Nachbarn
D
Stock

Slide 32 - Quizvraag

Grammatik
Kapitel 7

voorzetsels met de 4e naamval
persoonlijke voornaamwoorden in de 4e naamval

Slide 33 - Tekstslide

Voorzetsels met 4e naamval
durch
gegen
für
um
ohne
entlang
bis
voor
door
langs
tegen
tot
zonder
om

Slide 34 - Sleepvraag

Ken je de persoonlijk voornaamwoorden in de 4e naamval nog?
mich
es
uns
euch
sie (mv)
sie (ev)
dich
Sie
ihn
wen?
mij
haar
wij
jou
hen
het
jullie
u
hem
wie?

Slide 35 - Sleepvraag

Vertaal en vul de juiste vorm in.

zonder hem - Es ist nicht so lustig ... ... .

Slide 36 - Open vraag

Vertaal en vul de juiste vorm in.

tegen wie - Wisst ihr, ... ... ich spielen muss?

Slide 37 - Open vraag

Vertaal en vul de juiste vorm in.

door jullie - Wir haben das Spiel ... ... kennengelernt .

Slide 38 - Open vraag

Vertaal en vul de juiste vorm in.

zonder mij - Er denkt, er kann ... ... nicht leben.

Slide 39 - Open vraag

Vertaal en vul de juiste vorm in.

voor u - Dieses Zimmer wurde ... ... reserviert.

Slide 40 - Open vraag

Vertaal en vul de juiste vorm in.

om haar - Es dreht sich nicht alles immer nur ... ... !

Slide 41 - Open vraag