In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Talent hoofdstuk 5 les 5.3
Slide 1 - Tekstslide
Les 1
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen
Overtuigende teksten lezen:
Relaties leggen tussen tekstdelen (inleiding, kern, slot) en teksten;
De bedoeling van tekstgedeelte en/of specifieke formuleringen duiden;
De bedoeling van de schrijver verwoorden;
Een eenvoudige tekst beknopt samenvatten.
Slide 3 - Tekstslide
Let op!
Probeer aantekeningen te maken. Op papier of op je laptop.
Slide 4 - Tekstslide
Overzicht: Activerende teksten
Het doel van is dat je de mening van de schrijver overneemt. Voorbeelden van een overtuigende tekst is: een ingezonden brief, een artikel of een recensie.
Het doel van een activerende tekst is dat je iets gaat doen of kopen. Voorbeelden: advertentie of uitnodiging.
Een overtuigende tekst heeft vaak de volgende opbouw:
inleiding: het standpunt van de schrijver;
kern: de argumenten (Wat zijn ook alweer argumenten?);
slot: de conclusie.
Slide 5 - Tekstslide
Ik lees voor:
Tekst 1 en 2. Jullie lezen mee.
Vervolgens maken jullie in je werkboek opdracht 1 t/m 7 van blz. 176 t/m 180.
Slide 6 - Tekstslide
Afsluiting les. Laatste 5 minuten.
Geef 3 voorbeelden van een overtuigende tekst.
Geef 2 voorbeelden van een activerende tekst.
Slide 7 - Tekstslide
Les 2
Slide 8 - Tekstslide
Leerdoelen
Overtuigende teksten lezen:
Relaties leggen tussen tekstdelen (inleiding, kern, slot) en teksten;
De bedoeling van tekstgedeelte en/of specifieke formuleringen duiden;
De bedoeling van de schrijver verwoorden;
Een eenvoudige tekst beknopt samenvatten.
Slide 9 - Tekstslide
Overzicht signaalwoorden
In overtuigende en activerende teksten komen de volgende tekstverbanden vaak voor: Tekstverband Signaalwoorden
voorbeeld zo, zoals, ter illustratie, een voorbeeld (hiervan) is, bijvoorbeeld
reden of argument want, omdat, daarom, vanwege, immers, namelijk
standpunt of conclusie dus, dan ook, kortom
Slide 10 - Tekstslide
Je gaat straks tekst 2 samenvatten
Het is belangrijk dat je tekst 2 weer doorleest.
Vervolgens ga je bij opdracht 9 de tekst samenvatten in 40 woorden. Begin met de titel. Besteed aandacht aan de volgende punten:
Het standpunt van de schrijver;
Het argument hiervoor voor de gezondheid;
Het argument hiervoor voor het milieu;
De conclusie van de schrijver. Het is belangrijk dat er samenhang in het verhaal zit. Benoem geen onnodige voorbeelden.
Slide 11 - Tekstslide
Ik lees voor:
Tekst 3 en 4. Jullie lezen mee.
Vervolgens maken jullie in je werkboek opdracht 8 t/m 13 (opdracht 14 hoeft niet) van blz. 180 t/m 184.
Slide 12 - Tekstslide
Les 3
Slide 13 - Tekstslide
Leerdoelen
Overtuigende teksten lezen:
Relaties leggen tussen tekstdelen (inleiding, kern, slot) en teksten;
De bedoeling van tekstgedeelte en/of specifieke formuleringen duiden;
De bedoeling van de schrijver verwoorden;
Een eenvoudige tekst beknopt samenvatten.
Slide 14 - Tekstslide
Leestaak
Vandaag maken we de opdrachten van de leestaak.
Maar voordat jullie gaan starten..........
Slide 15 - Tekstslide
Nog een aantal quiz vragen. Log in.
Slide 16 - Tekstslide
Informeren
A
column
B
ingezonden brief
C
artikel
D
advertentie
Slide 17 - Quizvraag
Wat is het doel van verkennend lezen?
A
De tekst uit je hoofd leren
B
Elk detail in de tekst begrijpen
C
Een algemeen idee van de tekst krijgen
D
De tekst vertalen
Slide 18 - Quizvraag
Welke tekstdoelen ken je?
A
informeren, amuseren en overhalen
B
informeren, amuseren, overtuigen, uitleggen, activeren en betogen
C
informeren, amuseren, overtuigen en activeren
D
ik ken geen tekstdoelen
Slide 19 - Quizvraag
informeren
A
recensie
B
moppenpagina
C
reclametekst
D
krantenbericht
Slide 20 - Quizvraag
Is informeren een tekstdoel of een tekstsoort?
A
Tekstsoort
B
Tekstdoel
C
Beide
D
Geen van beide
Slide 21 - Quizvraag
Bij welke tekstvorm past het tekstdoel activeren?
A
stripverhaal
B
leesboek
C
reclamefolder
D
nieuwsbericht
Slide 22 - Quizvraag
Leestaak
Tekst 5 lees ik voor. Jullie lezen mee.
Vervolgens maken jullie opdracht 15 t/m 21 van blz. 185 t/m 188.