6V LPM Massaspectrometrie werking en spectrum verklaring voor TW3
Analyse
SK @ LPM
Massaspectrometrie
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5
In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Analyse
SK @ LPM
Massaspectrometrie
Slide 1 - Tekstslide
Massaspectrometrie
Paragraaf 10.5 uit Chemie Overal
deze les kun je gebruiken om je kennis te testen
- MS apparaat (werking)
- MS spectrum uitpluizen en verklaren
Slide 2 - Tekstslide
massa spectrometrie is een...
A
analyse methode om structuur te bepalen
B
analyse methode om massa te bepalen
C
analyse methode om lading te bepalen
D
vorm van chromatografie
Slide 3 - Quizvraag
Dit gebeurt er allemaal met een monster (sample) als het de massaspectro-meter in gaat.
Slide 4 - Tekstslide
Het molecuul-ion is:
A
Negatief geladen
B
Positief geladen
C
Neutraal geladen
D
Kan zowel positief als negatief geladen zijn.
Slide 5 - Quizvraag
Het molecuul-ion valt in fragmenten uiteen omdat...
A
het in een elektrische veld komt.
B
het in een magnetische veld komt.
C
het instabiel is geworden.
D
doordat het in de gasfase zit.
Slide 6 - Quizvraag
Het molecuul-ion ontstaat na...
A
beschieting met elektronen.
B
beschieting met protonen.
C
door het elektrische veld.
D
door het magnetische veld.
Slide 7 - Quizvraag
Het elektrisch veld...
A
zorgt voor dat er brokstukken ontstaan.
B
buigt de fragmenten af.
C
detecteert de fragmenten.
D
versnelt de fragmenten.
Slide 8 - Quizvraag
Het magnetisch veld...
A
zorgt voor dat er brokstukken ontstaan.
B
buigt de fragmenten af.
C
detecteert de fragmenten.
D
versnelt de fragmenten.
Slide 9 - Quizvraag
De detector registreert...
A
de massa van de brokstukken.
B
hoe vaak een bepaald brokstuk voorkomt.
C
hoe snel een brokstuk gaat.
D
de massa en hoe vaak een brokstuk voorkomt.
Slide 10 - Quizvraag
Massaspectrometrie gebruiken we om...
A
te bepalen hoe zwaar een stof is.
B
te meten uit hoeveel fragmenten een stof bestaat.
C
de structuur van een stof te bepalen.
D
de molecuulformule van een stof te bepalen.
Slide 11 - Quizvraag
De hoogste piek in een massaspectrometer...
A
is het fragment dat het meest voorkomt.
B
is het fragment dat het zwaarst is.
C
is het molecuul-ion.
D
is alle drie voorgaande antwoorden.
Slide 12 - Quizvraag
Uit een massaspectrum kun je direct de structuur van een molecuul bepalen.
A
Ja, je telt gewoon alle fragmenten op.
B
Ja, daarvoor heb je BT 39D.
C
Nee, met behulp van de verschillende fragmenten moet je puzzelen.
D
Nee, daarvoor moet je super slim zijn.
Slide 13 - Quizvraag
Massaspectrum
uit een spectrum haal je informatie over welke fragmenten zijn afgesplitst van het molecuul-ion.
Slide 14 - Tekstslide
Massaspectrometrie mbv Binas 39D
Hier kun je uithalen welke fragmenten zijn afgesplitst
Slide 15 - Tekstslide
Massaspectrometrie mbv Binas 39D
Hier kun je uithalen welke fragmenten in het spectrum staan (dus waarvan de m/z gemeten zijn)
Slide 16 - Tekstslide
bekijk dit spectrum voor de volgende vraag
Slide 17 - Tekstslide
Het gaat om het MS spectrum van pentaan-3-on. Wat kan het fragment zijn dat van het molecuulion (m/z = 86) is afgesplitst, waardoor een fragment met m/z van 57 is ontstaan?
pentaan-3-on
tekenen helpt!
Teken de structuur van pentaan-3-on en bekijk welk fragment van 86-57 = ...? eraf kan zijn gesplitst?
spectrum
A
-CH₂ en -CH₃
B
-CH₂CH₃
C
-C=O en -H
D
-C-OH
Slide 18 - Quizvraag
bekijk dit spectrum van methoxyethaan
Slide 19 - Tekstslide
wat is de juiste structuur van methoxyethaan?
A
B
C
D
Slide 20 - Quizvraag
bedenk nu welke fragmenten de pieken bij 60, 45 en 29 kunnen verklaren
Slide 21 - Tekstslide
Wat is waar? I. m/z 60 staat voor het molecuul-ion II. m/z 29 staat voor het CH₃-O- fragment
A
alleen I
B
alleen II
C
beiden
D
geen van beiden
Slide 22 - Quizvraag
I=waar:
60 = molecuul-ion
II = onwaar
29 staat voor het afsplitsen van het CH₃-O- fragment (m=31) dus voor 60-31 = 29. M=29 blijft over en dit wordt gemeten. Het fragment dat eraf gaat, is niet gemeten!
Slide 23 - Tekstslide
Isotopen in een MS spectrum
Binas Tabel 25
Isotopen zorgen voor pieken die een hogere of lagere m/z hebben.
Je kan de verhouding isotopen aflezen in het spectrum en vergelijken met BT25.
Vooral met halogenen gaat dat mooi.
Slide 24 - Tekstslide
Verklaar dit spectrum in de volgende slide
MS spectrum van Broom (Br₂)
Slide 25 - Tekstslide
Verklaar het spectrum van broom (Br₂)
Slide 26 - Open vraag
Isomeren.
Is dit het spectrum van propaan-1-ol of propaan-2-ol? Leg uit.
m/z
Slide 27 - Tekstslide
Isomeren, dit is het spectrum van propaan-1-ol of propaan-2-ol.