THEO LES 6: Lederhuid - Onderhuid - Zweetklieren

Les 7: Lederhuid - Onderhuid - Zweetklieren
Algemene theorie
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
SchoonheidsverzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Les 7: Lederhuid - Onderhuid - Zweetklieren
Algemene theorie

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
  • Lederhuid / onderhuid / zweetklieren
  • Masterclass
  • Beautylevel online opdracht lederhuid , onderhuid
  • Trainer: huidlagen
  • Samenvattende opdracht 

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel
  • De student kent de bouw, functie en huidlagen van de lederhuid
  • De student kent de bouw en functie van de onderhuid
  • De student kent de bouw en de functies van de zweetklieren 

Slide 3 - Tekstslide

Welke lagen vormen de laag van Malpighi?
(Kiemlaag)
A
Stratum cylindricum en stratum granulosum
B
Stratum cylindricum en stratum spinosum
C
Stratum cylindricum en stratum corneum

Slide 4 - Quizvraag

In welke cellaag begint het verhooningsproces?
A
In de doorschijnende laag
B
In de korrellaag
C
In de hoornlaag

Slide 5 - Quizvraag

Wanneer vormt zich keratine?
A
In de doorschijnende laag
B
In de korrellaag
C
In de hoornlaag

Slide 6 - Quizvraag

Pigmentvormende cellen noemen we ook wel ...
A
Keratinocyten
B
Lipocyten
C
Melanocyten

Slide 7 - Quizvraag

De lederhuid

Slide 8 - Tekstslide

Wat is de latijnse benaming voor de lederhuid?
A
Dermis
B
Epidermis
C
Subcutis

Slide 9 - Quizvraag

Wat is de latijnse benaming voor de onderhuid?
A
Corium
B
Epidermis
C
Subcutis

Slide 10 - Quizvraag

Functies lederhuid
  • Steun
  • Elasticiteit
  • Belangrijk voor de stofwisseling
  • Belangrijk voor het opnemen van prikkels
  • Belangrijk voor het immuunsysteem
  • Belangrijk voor herstel
  • Belangrijk voor temperatuur 

Slide 11 - Tekstslide

In de lederhuid liggen ...
  • Bloed - en lymfevaten

  • Receptoren en zenuwen

  • Zweet - en talgklieren 

Slide 12 - Tekstslide

Lagen van de lederhuid
  • Papillenlaag = Stratum papillaire

  • Netlaag = Stratum reticulaire 

Slide 13 - Tekstslide

Papillenlaag
  • Coriumpapillen 

De coriumpapillen worden van elkaar gescheiden door cutislijstenhuidlijsten/ lijnen

Slide 14 - Tekstslide

De netlaag
  • Is de dikste laag van de lederhuid

Deze laag bestaat uit een dicht netwerk van elastinen en collagenen. 
 

Slide 15 - Tekstslide

Samenstelling van de lederhuid
  • Cellen

  • Vezels

  • Tussenstof = grondsubstantie 

Slide 16 - Tekstslide

Welke cellen liggen volgens jou in de lederhuid?

Slide 17 - Woordweb

Cellen
  • Fibroblasten

Maken vezels, tussenstof, bindweefsel

  • Mestcellen

Maken weefselhormonen, weefselenzymen

  • Macrofagen / histiocyen

Cellen die allerlei stoffen (b.v. ziektekiemen) kunnen verteren = fagocytose

Slide 18 - Tekstslide

Voorbeeld van een weefselhormoon
Histamine

Werking:
Bloedvatverwijdend = vasodilitatie

Gevolg:
Er ontstaat vlekkerige roodheid

Slide 19 - Tekstslide

Voorbeeld van een weefselenzym
Hyaluronzuur

Belangrijk voor de tussenstof en de vezels

Hoe jonger het bindweefsel, hoe rijker de tussenstof is aan water

Slide 20 - Tekstslide

Receptoren
  • Tast
  • Druk 
  • Pijn
  • Koude
  • Warmte 

Slide 21 - Tekstslide

Tast 
  • Tastlichaampjes van Merkel 
Lichte aanraking en zachte druk

  • Tastlichaampje van Meissner voor tast

Plaats:
Grensgebied opperhuid en papillenlaag

Slide 22 - Tekstslide

Zwaardere druk
  • Tastlichaampje van Vater - Pacini
  • Tastlichaampje van Golgi Mazzoni

Plaats:
Grensgebied lederhuid en onderhuid 

Slide 23 - Tekstslide

Pijn
  • Pijnreceptoren

Plaats:
De vrije zenuwuiteinden van de receptoren liggen in de opperhuid = epidermis 

Slide 24 - Tekstslide

Koude
  • Tastlichaampjes van Krause (koude)

Plaats:
Papillenlaag

Als het lichaam het koud krijgt vernauwen (vasoconstrictie) de bloedvaten en de haarspiertjes en trekken de haren overeind. Er wordt minder zweet geproduceerd.

Slide 25 - Tekstslide

Warmte
  • Lichaampjes van Ruffini

Plaats:
Papillenlaag

Als het lichaam het warm krijgt verwijden (vasodilitatie) de bloedvaten. Er wordt zweet uitgescheiden zodat de warmte weg kan.

Slide 26 - Tekstslide

Onderhuid 
  • Bestaat uit een losmazig netwerk van elastinen en reticulinen = onderhuids bindweefsel

In het netwerk liggen:

  • Lipocyten
  • Bloed- en lymfevaten
  • Zenuwen 

Slide 27 - Tekstslide

Functies onderhuid
  • Veerkracht bieden aan de huid
  • Bescherming
  • Energievoorraad
  • Opslagplaats voor o.a. vitamine ADEK
  • Bepalend voor lichaamsvormen 

Slide 28 - Tekstslide

Bepalend voor de hoeveelheid vet ...
  • Erfelijke factoren
  • Hormonale factoren
  • Voeding
  • Leeftijd

De dikte van de onderhuid is persoons- en plaatsgebonden. 

Slide 29 - Tekstslide

Huidlagen van buiten naar binnen
  • Hoornlaag (stratum corneum)
  • Doorschijnende laag (stratum lucidum)

  • Huid barrière

  • Korrellaag (stratum granulosum)
  • Stekelcellenlaag (stratum spinosum)
  • Basaalcellenlaag (stratum cylindricum) 

  • Basale membraan (via dit vlies vindt voeding van de basaalcellenlaag plaats)

  • Papillenlaag (stratum papillaire)
  • Netlaag (stratum reticulaire)

  • Onderhuid

Slide 30 - Tekstslide

Zweetklieren 
  • Buisvormig

  • Exocrien = MET afvoerbuis

  • Zweet is een exreet = afvalstof

  • Zweetklier poriën zijn NIET zichtbaar

Slide 31 - Tekstslide

Functies zweetklieren
  • Temperatuurregeling
  • Uitscheiden van afvalstoffen (melkzuur, ureum, urinezuur)
  • Belangrijk voor de vorming van de zuurmantel en de zuurgraad
  • Medebepalend voor de N.M.F. = Natural Moisturizing Factor = vochtigheidsgraad 

Slide 32 - Tekstslide

Eccriene zweetklieren
Kleine zweetklieren

Plaats:
Gehele lichaam maar vooral handpalmen en voetzolen (reageren  sterk op emotionele prikkels)

Ze zijn NIET aan haar gebonden en spelen een grote rol bij de temperatuurregeling (vooral op de romp)

Staat onder invloed van het onwillekeurige = autonome = vegetatieve zenuwstelsel

Ze zijn al werkzaam vanaf de geboorte

Slide 33 - Tekstslide

Apocriene zweetklieren
Grote zweetklieren

Ze zijn vaak verbonden aan haar

Ze komen pas tot ontwikkeling in de puberteit

Adrenaline werkt activerend op deze klieren

Plaats:
Oksels, uitwendige geslachtsdelen, tepels, rand van oogleden

Slide 34 - Tekstslide

Samenstelling zweet
99% water met: 

  • Keukenzout (NaCI)
  • Afvalstoffen: ureum, urinezuur, melkzuur, amoniak

De sterke geur van zweet ontstaat door: 

  • Zuurstoftekort
  • Micro - organismen die een chemische reactie kunnen opwekken

Slide 35 - Tekstslide

Factoren die een rol spelen bij de zweetuitscheiding
  • Psychische invloeden

  • Temperatuur

  • Hormonen 

Slide 36 - Tekstslide

Volgende les
  • Formatieve toets huidlagen

Nieuwe les:

  • Stofwisseling

Slide 37 - Tekstslide