B4.2 Het centrale zenuwstelsel
1 / 29
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Wanneer iemand zijn evenwicht niet kan bewaren, kunnen de kleine hersenen zijn beschadigd.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 8 - Quizvraag
Het centrale zenuwstelsel bestaat alleen uit de kleine hersenen en het ruggenmerg.
A
Ja
B
Nee
Slide 9 - Quizvraag
kleine hersenen
hersenstam
grote hersenen
Slide 10 - Sleepvraag
Nummer 2 geeft de grote hersenen aan.
A
Ja
B
Nee
Slide 11 - Quizvraag
Hersenen
Ruggenmerg
Zenuw
Slide 12 - Sleepvraag
welk onderdeel word aangegeven met 1
A
1= kleine hersenen
B
3= kleine hersenen
C
2= kleine hersenen
Slide 13 - Quizvraag
In de afbeelding zijn met de letter R de kleine hersenen aangegeven.
A
Ja
B
Nee
Slide 14 - Quizvraag
Ruggenmerg
Zenuwen
Hersenen
Slide 15 - Sleepvraag
Spelen de kleine hersenen een rol bij bewuste waarneming?
A
Ja
B
Nee
Slide 16 - Quizvraag
Welke onderdelen horen bij:
Centrale zenuwstelsel
Zenuwstelsel
zenuwen
Hersenen
Hersenen
ruggenmerg
Ruggenmerg
Slide 17 - Sleepvraag
Is de hersenstam een deel van de hersenen?
A
Ja
B
Nee
Slide 18 - Quizvraag
Als je bewusteloos bent, verwerken je grote hersenen impulsen
A
Juist
B
Onjuist
Slide 19 - Quizvraag
In de grote hersenen
A
Worden prikkels vanaf je zintuigen verwerkt
B
Worden impulsen vanaf je zintuigen verwerkt
C
Worden bewegingen op elkaar afgestemd
D
Zetten prikkels om in impulsen
Slide 20 - Quizvraag
ruggenmerg
wervel
zenuw
Slide 21 - Sleepvraag
Grote hersenen, kleine hersenen, hersenstam en ruggenmerg vormen samen het...
A
zenuwen
B
zenuwstelsel
C
centrale zenuwstelsel
D
hypofyse
Slide 22 - Quizvraag
Wat doen de kleine hersenen?
A
Zorgen ervoor dat je spieren werken en je in evenwicht blijft
B
Zorgen ervoor dat je dingen in je omgeving waarneemt, zoals licht
C
Sturen bliksemsnelle reacties naar je lijf (reflex)
D
Verdelen de impulsen die binnenkomen vanuit je romp en ledematen naar de rest van je hersenen
Slide 23 - Quizvraag
Ontstaan impulsen voor bewuste bewegingen in de kleine hersenen?
A
Ja
B
Nee
Slide 24 - Quizvraag
In de wervelkolom ligt je ruggenmerg. Wat doet het ruggenmerg?
A
schokken opvangen.
B
Signalen van de hersenen naar de zenuwen sturen.
C
zorgen voor goede beweging.
D
het is geel beenmerg, dus vetopslag
Slide 25 - Quizvraag
De taak van de hersenstam is ...
A
het regelen van bewegingen
B
het vastleggen van herinneringen
C
het regelen van allerlei automatische processen in het lichaam
D
het verwerken van impulsen
Slide 26 - Quizvraag
Wat is het nut van de wervelkolom voor het ruggenmerg?
A
De wervelkolom beschermt het ruggenmerg.
B
De wervelkolom geeft impulsen door aan het ruggenmerg.
C
De wervelkolom geeft prikkels door aan het ruggenmerg.
Slide 27 - Quizvraag
De hersenstam behoort tot het centrale zenuwstelsel:
A
Juist
B
Onjuist
