Herhalen Spelling 1.9, 2.9 en 3.9 en leren voor de toets

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Herhalen e Spelling 1.9, 2.9 en 3.9 en leren voor de toets

Blok 1.9 Spelling

Je hebt geoefend met punt, komma, dubbele punt aanhalingstekens en de puntkomma.

Maak de volgende 4 vragen die betrekking hebben op deze leerstof 

Plaats waar nodig een punt, een komma en aanhalingstekens.
Als ik klaar ben met de havo zei Isa wil ik graag naar het hbo.

Plaats waar nodig een punt, een komma en aanhalingstekens.
Houd je mond nu eens Nico waarschuwde de leraar anders stuur ik je er zo nog uit

Neem de zinnen over. Plaats waar nodig aanhalingstekens. Ach, zei Meymouna gelaten, het kan me eigenlijk niet zoveel schelen wat je doet.

Neem de zinnen over. Plaats waar nodig aanhalingstekens.
Dat is een feit, beweerde Teun bij hoog en laag, ook al had hij vanmorgen op het nieuws gehoord dat er nieuwe elementen ontdekt waren in deze zaak.

Blok 2.9 Spelling

Persoonsvorm in de tegenwoordige tijd (pvtt) 

Persoonsvorm verleden tijd (pvvt)

Engelse werkwoorden spellen

Meervouds -n bij verwijzingen

Vooraf

Stappenplan werkwoordspelling:

Stap 1: Is het gezochte werkwoord een persoonsvorm?

Stap 2a: Indien ja: is het een pvtt of pvvt?

Stap 2b: Indien nee: Wat is het wel: een vd, od, bn, inf of geb.wijs?

Stap 3: Bepaal de stam en -als de ik-vorm anders is dan de stam- ook de ik-vorm.

Stap 4: Pas eventueel een trucje toe (bijvoorbeeld: werkwoord vervangen door lopen, 't ex-fokschaap) en gebruik vervolgens de juiste spellingsregel.

't Ex-fokschaap kan ik alleen maar gebruiken in de verleden of voltooide tijd om vast te stellen of ik het werkwoord met een 'T' of een 'D' moet spellen.

1. Ja
2. Nee

De regel 'stam+t' gebruik je in de verleden tijd.

1. Ja
2. Nee

Het trucje waarbij ik het werkwoord vervang door 'lopen' om te zien of een werkwoord op een -d of
-dt eindigt, gebruik ik alleen in de tegenwoordige tijd.

1. Ja
2. Nee

Het registreren van persoonsgegevens is een bezigheid die moet worden .... (beperken).

1. Beperkd
2. Beperkt
3. Beperkdt
4. Beporken

Sterke werkwoorden

Zwakke werkwoorden

Vluchten

Dromen

Kopen

Stelen

Duiken

Rennen

Bevinden

Aansteken

Werken

Schieten

Bederven

Weten

Lunchen

Rugbyen

Veel mensen .... (ontvluchten) Afghanistan de afgelopen weken.

Dat kan die gozer wel mooi zeggen, maar ik heb hem gisteren toch echt .... (mailen).

.... (vergoeden) de verzekering deze schade wel?

vraagsoort: pvtt

Hij .... (crossen) met zijn fiets door de duinen.

Vraagsoort: pvtt, ENG

Ondanks Netflix ... (downloaden) hij nog altijd veel films.

Vraagsoort: ENG, pvtt

In een oude printer vond Pieter nog een .... (faxen) factuur uit 1980.

Vraagsoort: bn, ENG

Als je eenmaal je bestanden uit je prullenbak hebt .... (deleten), krijg je ze nooit meer terug.

3.9 Spelling

Spellen van het voltooid deelwoord

Spellen van het tegenwoordig deelwoord deelwoord

Wanneer je een hoofdletter moet schrijven

Als je twijfelt of een voltooid deelwoord op een -d of op een -t eindigt, kun je een ezelsbruggetje gebruiken zoals het ’T eX -KoFSCHaaP . Wat kun je ook doen als je geen ezelsbruggetje wilt gebruiken?

Noteer de juiste vorm van de werkwoorden tussen haakjes.
Zij moesten [berekenen] omgaan met hun kleine inkomens, waardoor de kinderen qua decembercadeautjes [verwaarlozen] dreigden te worden.

Noteer de juiste vorm van de werkwoorden tussen haakjes. Stichting De boodschappenmand heeft deze winter arme gezinnen een hoop ellende [besparen].

Noteer de juiste vorm van de werkwoorden tussen haakjes. De vrijwilligers reageerden dan ook enthousiast op alle extra giften, [weten] dat men [geloven] dat er in Nederland geen echte armoede meer bestaat.

Schrijf alleen de woorden op die met een hoofdletter moeten beginnen.
prinses margriet en haar man pieter hebben hun 50-jarig huwelijksjubileum gevierd.

Schrijf alleen de woorden op die met een hoofdletter moeten beginnen.
margriet was de eerste prinses die haar jawoord gaf aan een burger.

Dicteewoorden 

De woorden van blok 1.9, 2.9 en 3.9 

In de volgende dia's woorden enkele woorden uitgesproken die je moet leren voor de toets. 

Schrijf het woord dat je hoort

Schrijf op wat je hoort

einde van de proeftoets

Controleer je antwoorden

Ga verder met leren van blok 1.9 2.9 en 3.9