Leereenheid 4, Verpleegkunde week 1, les 1

Leerdoelen deze les
  • Je kent de verschillen in anamnese tussen spoed en geplande zorg

  • Je kunt benoemen welke controles afgenomen worden bij een opname

  • Je kunt benoemen met welke methodiek zorgdoelen of zorgvragen tot stand komen

  • Je weet welke protocollen gebruikt worden bij een verpleegplan
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerpleegkundeMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Leerdoelen deze les
  • Je kent de verschillen in anamnese tussen spoed en geplande zorg

  • Je kunt benoemen welke controles afgenomen worden bij een opname

  • Je kunt benoemen met welke methodiek zorgdoelen of zorgvragen tot stand komen

  • Je weet welke protocollen gebruikt worden bij een verpleegplan

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
- Afspraken doornemen
- Introductie van zorg in het ziekenhuis door video
- Voorkennis activeren door vragen
- Opdracht maken in groepjes
- Opdracht nabespreken
- Evalueren

Slide 2 - Tekstslide

Afspraken
1.    Kom op tijd
2.    Wees voorbereid (maak je huiswerk)
3.    Niet eten en drinken in de les behalve water
4.    Stil zijn bij de uitleg
5.    Niet door elkaar heen praten
6.    Overleg op een rustige manier (niet te hard praten)

Slide 3 - Tekstslide

Ik heb in de afgelopen 10 jaar in het ziekenhuis gelegen?
Ja
Nee

Slide 4 - Poll

Ik zou later in het ziekenhuis willen werken?
Ja
Nee
Nog een idee

Slide 5 - Poll

Als je aan het werken in een ziekenhuis denkt wat zullen dan jouw taken zijn denk je?

Slide 6 - Open vraag

Beschouwend
Snijdend
Cardiologie
Maag, darm en leverziekten interne (MDL)
Dermatologie
Intensive care
Longafdeling
Neurologie
Orthopedie
Gynaecologie
KNO
Urologie
Vaatafdeling
Spoedeisende hulp

Slide 7 - Sleepvraag

Een opname en operatie hoe gaat dat?

Slide 8 - Tekstslide

Voorkennis activeren
Doe mee met de quizvragen

Slide 9 - Tekstslide

Wat zijn de stappen van het verpleegkundig proces?
A
anamnese-doelen-evaluatie- diagnose
B
diagnose- doelen- interventies- evaluatie
C
anamnese- doelen - diagnose- interventies
D
anamnese-diagnose- interventies-evaluatie

Slide 10 - Quizvraag

Wat is een anamnese?
A
Gesprek tussen zorgvrager en zorgprofessional om gegevens te verzamelen
B
Een manier om te evalueren met de zorgvrager
C
Overleg tussen meerdere disciplines
D
De hulpvraag van de zorgvrager noteren

Slide 11 - Quizvraag

Tijdens de anamnese verzamel je gegevens om...
A
inzicht te krijgen in het ziektebeeld
B
de arts te ondersteunen
C
te leren van fouten
D
een verpleegplan op te stellen

Slide 12 - Quizvraag

Wie is verantwoordelijk voor de juiste informatie mbt anamnese en zorgdoelen in het EPD?
A
Arts
B
Patiënt
C
Verpleegkundige
D
Ziekenhuisorganisatie

Slide 13 - Quizvraag

Welke controles voer je altijd uit bij een opname?
A
Pols, bloeddruk
B
Temperatuur
C
Lengte en gewicht
D
Allemaal

Slide 14 - Quizvraag

In het ziekenhuis wordt meestal gebruik gemaakt van standaarden in het formuleren van zorgvragen
Juist
Onjuist

Slide 15 - Poll

In stap 1 gegevens verzamelen spreken we over een Anamnese, wat betekent dit?
A
Een gesprek met de huisarts
B
Een gesprek met de zorgvrager
C
Een online intakegesprek
D
Een schriftelijke overdracht

Slide 16 - Quizvraag

Na het formuleren van een zorgprobleem formuleer je:
A
Een PES
B
Een Zorgvraag
C
Een anamnese
D
Een SMART zorgdoel

Slide 17 - Quizvraag

Welke anamnesevragen stel je bij een spoedopname?

Slide 18 - Open vraag

Het verpleegproces

Slide 19 - Tekstslide

Klinisch redeneren
Het ‘klinisch redeneren’ wordt beschreven in het beroepsprofiel Verpleegkunde 2020  als een continu proces, waarbij het gaat om risico-inschatting, vroeg-signalering, probleemherkenning, interventie en monitoring. 
Daarmee gaat het bij klinisch redeneren om de vaardigheid de eigen observaties en interpretaties te koppelen aan medische kennis (fysiologie, anatomie, pathologie, farmacologie). Zo kun je als verpleegkundige goed onderbouwen welke verpleegkundige interventies je moet inzetten bij een gezondheidsvraagstuk voor het behouden van eigen regie en het versterken van zelfredzaamheid om bij te kunnen dragen aan het dagelijks functioneren van de cliënt in zijn of haar situatie. Voor de verpleegkundige is dit proces van kritisch en klinisch redeneren een continu en doorlopend proces.

Slide 20 - Tekstslide

Wat is klinisch redeneren?
Klinisch redeneren is het continue proces van gegevensverzameling en analyse gericht op de vragen en problemen van een individu en zijn naasten, in relatie tot ziekte en gezondheid.

Slide 21 - Tekstslide

Klinisch redeneren
Vaardigheid:
-  om eigen observaties en interpretaties aan medische kennis te koppelen, 
- om zodoende te beredeneren welke volgende stappen je moet nemen in het verpleegkundig handelen.

Slide 22 - Tekstslide

Waarom doe je dat dan?
Klinisch redeneren heeft verschillende voordelen:
  • Het biedt overzicht in (complexe) gezondheidssituaties.
  • Het helpt je om je waarnemingen van de zorgvrager onder woorden te brengen.
  • Het helpt je om de juiste keuzes te maken in je zorgverlening.
  • Het geeft een verantwoorde onderbouwing voor je eigen handelen.
  • Het biedt houvast voor je communicatie met de arts of andere disciplines.





Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Link

Aan de slag met de opdracht
Ga met je groepje bij elkaar zitten
Maak de opdracht van Meneer Mokkink
Je hebt 45 minuten de tijd
maak gebruik van Thieme: boek ziekenhuis
Volgende les opdracht nabespreken en presenteren

Slide 25 - Tekstslide

 Volgende les Nabespreken opdracht

Slide 26 - Tekstslide

Evalueren

Slide 27 - Tekstslide

Wat ging er goed deze les?

Slide 28 - Open vraag

Wat moet of kan er beter?

Slide 29 - Open vraag

Graag tot de volgende keer

Slide 30 - Tekstslide