Mavo 4 - Adverbs of frequency/time/place, prefixes and suffixes, being polite and asking for information

Word order and prefixes & suffixes
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Word order and prefixes & suffixes

Slide 1 - Tekstslide

Today's plan
- Uitleg  prefixes and suffixes
- Uitleg word order
- Zinnenpuzzel in tweetallen
- Zelfstandig werken

Slide 2 - Tekstslide

Prefixes
Een prefix komt vóór een woord en veranderd de betekenis.

dis- (niet, on-)               disagree = oneens zijn
re- (opnieuw, her-)      rewriting = herschrijven
un- (niet, on-)                unfair = oneerlijk


Slide 3 - Tekstslide

Suffixes
Een suffix komt achter een woord en voegt iets toe aan de betekenis.

-ful (met, -vol)                         careful (voorzichtig)
-less (zonder, -loos)             careless (zorgeloos)
-ly (met, op die manier)      happily (op een vrolijke manier)

Slide 4 - Tekstslide

Welke plakken we achter het woord?
A
Suffix
B
Prefix

Slide 5 - Quizvraag

Welke plakken we vóór het woord?
A
Suffix
B
Prefix

Slide 6 - Quizvraag

Hoe maken we van het woord 'pain' het woord 'pijnlijk'?
A
Painly
B
Painless
C
Painstakingly
D
Painful

Slide 7 - Quizvraag

Hoe maak je van het werkwoord 'to write' het werkwoord 'herschrijven?
A
to unwrite
B
to rewrite
C
to herwrite
D
to write again

Slide 8 - Quizvraag

Word order
Adverbs of frequency: hoe vaak gebeurt iets?
Adverbs of place: waar gebeurt iets?
Adverbs of time: wanneer gebeurt iets?

Slide 9 - Tekstslide

Adverbs of frequency
Adverbs of time
Adverbs of place
Last year
Sometimes
Never
Here
In the garage
Two days ago
Yesterday
always
In France

Slide 10 - Sleepvraag

Waar komt de adverb in de zin?
Adverbs of frequency komen vóór het hoofdwerkwoord.
  I never shout at my dog

In vraagzinnen na het onderwerp.
Do you always go to school by bus?

Slide 11 - Tekstslide

Adverbs of place
Meestal aan het einde van de zin.
They left for France.


Slide 12 - Tekstslide

Adverbs of time
Komen achteraan de zin. Als er plaats en tijd is, komt tijd helemaal achteraan. (Patatje voor toetje)
They left for Paris two months ago.

Als de tijd heel belangrijk is, kun je die ook vooraan zetten. 
Yesterday I did my homework.

Slide 13 - Tekstslide

Zinnenpuzzel (10 min.)
- In twee- of drietallen.
- Envelop met 6 zinnen.
- Samen in de goede volgorde puzzelen! 
- Klaar? Steek je hand op, dan krijg je een antwoordenblad. 


Hulp nodig? Werkboek blz. 189

Slide 14 - Tekstslide

Zelfstandig werken
Blz 156/157 opdrachten 12 en 14
Blz 162/163 opdracht 6 a, b en c




Niet af? Huiswerk voor dinsdag 19/11

Slide 15 - Tekstslide