klas 1 U7 avoir en uitleg pc

le programme
- verbe avoir (herhalen)
- grammaire (uitleg)
- oefenen met Passé Composé 
- werkblad Passé Composé maken
- werken in Unité 7 (werkboekje)
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmbo t, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

le programme
- verbe avoir (herhalen)
- grammaire (uitleg)
- oefenen met Passé Composé 
- werkblad Passé Composé maken
- werken in Unité 7 (werkboekje)

Slide 1 - Tekstslide





 Tu as regardé la télé hier soir?

- Non, j'ai joué aux jeux vidéos.

Slide 2 - Tekstslide

tu as regardé
gekeken

= voltooid deelwoord

Slide 3 - Tekstslide

Jeux avec le verbe 'avoir'


bit.ly/wwhebben

Slide 4 - Tekstslide

vocabulaire 

QUIZ

over appr. 1+2


Choisis la bonne traduction et

fais de ton mieux!

Slide 5 - Tekstslide

télécharger
A
tv kijken
B
telefoneren
C
downloaden
D
opladen

Slide 6 - Quizvraag

le texto
A
de tekst
B
het sms'je
C
het verhaal
D
de link

Slide 7 - Quizvraag

de herinnering
A
le souvenir
B
la connection
C
le message
D
la souris

Slide 8 - Quizvraag

Welk woord past niet in het rijtje?
A
le timbre
B
le clavier
C
la carte postale
D
la lettre

Slide 9 - Quizvraag

Wat is het tegenovergestelde van
"avec" ?
A
plein
B
sans
C
accro
D
chargé

Slide 10 - Quizvraag

ik maak, ik doe
A
je vais
B
je suis
C
je fais
D
je vois

Slide 11 - Quizvraag

Vous ... les devoirs?
A
faites
B
faisez
C
faisons
D
font

Slide 12 - Quizvraag

Ma mère est habité à Bruxelles.
Nous avons chanter une chanson.
Les élèves ont visité le musée.
Je ne suis pas allé à la plage.
Elles sont donné un beau cadeau.
Je suis été en vacances en Espagne.
Vous avons regardé le film?
La dame a ne pas acheté un billet.

Slide 13 - Tekstslide

het rijtje van AVOIR
WOORDWEB

Hoeveel vormen ken jij nog in het Frans?
Zet elke vorm (ow+pv) in een nieuw woordveld.

Slide 14 - Tekstslide

AVOIR
(ow+pv)

Slide 15 - Woordweb

Slide 16 - Tekstslide

COMBINEZ
il, elle, on
nous
vous
ils, elles
tu
j'
avons
ont
ai
avez
as
a

Slide 17 - Sleepvraag

le passé composé
de voltooide tijd

HULPWERKWOORD + VOLTOOID DEELWOORD

ik heb gekeken
jij hebt gegeten
hij heeft gewoond 

Slide 19 - Tekstslide

HULPWERKWOORD
= de persoonsvorm

je gebruikt vaak het werkwoord 'hebben'
(soms ook het werkwood 'zijn')

wij hebben gezwommen - nous avons nagé
(wij zijn gevallen - nous sommes tombés)

Slide 20 - Tekstslide

VOLTOOID DEELWOORD
= maak je van het hele werkwoord

wij hebben gezwommen 

gezwommen komt van zwemmen : nager

nous avons nagé

Slide 21 - Tekstslide

VOLTOOID DEELWOORD
WERKWOORDEN OP -ER

neem het hele werkwoord in het Frans:
bv   habiter
haal -er van het hele ww af
plak é achter de stam

Slide 22 - Tekstslide

exemples
1 - tu as regardé la télé
2 - il a habité à Paris
 3 - nous avons mangé des frites
4 - ils ont dansé à la fête
5 - vous avez visité le musée

6 - il a pris le train

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

voltooid deelwoord van:
nager

Slide 25 - Open vraag

voltooid deelwoord van:
parler

Slide 26 - Open vraag

voltooid deelwoord van:
travailler

Slide 27 - Open vraag

ik heb gezwommen
A
je suis nagé
B
j'ai fait nager
C
j'ai nagé
D
tu as nagé

Slide 28 - Quizvraag

wij hebben pizza gegeten
A
vous avez mangé une pizza
B
nous avons mangé une pizza
C
vous avons manger une pizza
D
je ne sais pas

Slide 29 - Quizvraag

les devoirs
maken: taak 7.5
+ oefen op quizlet!

zelfstandig afmaken: taak 7.4 

Slide 30 - Tekstslide