week 4




Vandaag:
- we bekijken hoe we werken met het boek
- we bekijken de taak
- instructie Lees- en luisterstrategieën
- opdrachten 1 en 2 doen we klassikaal
- opdrachten 4 en 5 maak je zelfstandig
- evaluatie





Je legt klaar:
- iPad in de aanslag (dicht)
- agenda
- 2 A4 schriften
- pen
Week 4

timer
1:30
Klaar?
- lezen
- puzzel 1/212/14/20/26
Je legt klaar:
- iPad 
- Nieuw Nederlands
- werkschrift
- etui
hulp? check het eerst 
bij een groepsgenoot!
Spelling §12: 1, 2, 3, 4, 5
Spelling §13: 1, 2, 3, 5, 6
Zakelijke e-mail (schrijfschrift)
Pizzaboekverslag
Vandaag:
- check leerdoelen vorige week
- uitleg gebiedende wijs
- uitleg werkwoordstijden
- zelfstandig werken


Aan het einde van deze week kan jij:
- een zakelijke e-mail schrijven
- de gebiedende wijs spellen
- alle 7 werkwoordsvormen en 8 werkwoordstijden herkennen en gebruiken

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les




Vandaag:
- we bekijken hoe we werken met het boek
- we bekijken de taak
- instructie Lees- en luisterstrategieën
- opdrachten 1 en 2 doen we klassikaal
- opdrachten 4 en 5 maak je zelfstandig
- evaluatie





Je legt klaar:
- iPad in de aanslag (dicht)
- agenda
- 2 A4 schriften
- pen
Week 4

timer
1:30
Klaar?
- lezen
- puzzel 1/212/14/20/26
Je legt klaar:
- iPad 
- Nieuw Nederlands
- werkschrift
- etui
hulp? check het eerst 
bij een groepsgenoot!
Spelling §12: 1, 2, 3, 4, 5
Spelling §13: 1, 2, 3, 5, 6
Zakelijke e-mail (schrijfschrift)
Pizzaboekverslag
Vandaag:
- check leerdoelen vorige week
- uitleg gebiedende wijs
- uitleg werkwoordstijden
- zelfstandig werken


Aan het einde van deze week kan jij:
- een zakelijke e-mail schrijven
- de gebiedende wijs spellen
- alle 7 werkwoordsvormen en 8 werkwoordstijden herkennen en gebruiken

Slide 1 - Tekstslide

Sanne Ilsa Sem Twan Koen Robin Kübra 
Vader en zoon Verstappen ... (racen, pvvt) over het circuit van Zandvoort.
A
racede
B
racete
C
raceden
D
raceten

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leg aan de hand van de spellingsregels uit waarom 'raceten' de goede vervoeging van 'racen' is.

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Twan ... (focussen, pvtt) zich op de spannende thriller in de bioscoop.

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Iedereen van school ... (hebben, pvvt) een leuke verkleedoutfit ... (fixen, vd).

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Toen Wouter op school ... (arriveren, pvvt) met keurig ... (kaften, bn) boeken, ... (willen, pvvt) iedereen weten waar hij het kaftpapier had ... (kopen, vd).

Slide 6 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Gebiedende wijs (gw)
De gebiedende wijs (gw) wordt gebruikt om een bevel, een advies, een instructie of een waarschuwing te geven. In een zin met een gebiedende wijs staat geen onderwerp. De gebiedende wijs schrijf je als de ik-vorm, ook als je meerdere personen aanspreekt.
Sluit alle ramen en deuren.
Verwarm de oven voor op 180 graden en pak de ingrediënten.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

... (maken, gw) je taakwerk voor het einde van de week af.

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

... (lopen, gw) naar de maan!

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

helpen...

Slide 10 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

wedden...

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

kiezen...

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

springen...

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Werkwoordsvormen
inf
infinitief; hele werkwoord
slapen; koken
pvtt
persoonsvorm tegenwoordige tijd
slaap - slaapt - slapen 
(ik-vorm - ik-vorm+t - hele ww)
pvvt
persoonsvorm verleden tijd
sterk: sliep - sliepen
zwak: kookte - kookten
('t ex-fokschaap)
vd
voltooid deelwoord
geslapen; gekookt
(ge/be/ver & 't ex-fokschaap)
od
onvoltooid deelwoord
lachend
(hele werkwoord + d)
gw
gebiedende wijs
slaap; kook
(ik-vorm)
bn
bijvoeglijk naamwoord
afgebrande
lachende

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werkwoordstijden
ott
onvoltooid tegenwoordige tijd
verhuizen jullie?
ovt
onvoltooid verleden tijd
verhuisden jullie?
vtt
voltooid tegenwoordige tijd
zijn jullie verhuisd?
vvt
voltooid verleden tijd
waren jullie verhuisd?
ottt
onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd
zullen jullie verhuizen?
ovtt
onvoltooid verleden toekomende tijd
zouden jullie verhuizen?
vttt
voltooid tegenwoordige toekomende tijd
zullen jullie zijn verhuisd?
vvtt
voltooid verleden toekomende tijd
zouden jullie zijn verhuisd?

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werkwoordstijden

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inhoudsopgave stageverslag

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inhoud stageverslag

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spelling stageverslag
- hoofdletters en interpunctie!
- samenstellingen uit zelfstandige naamwoorden schrijf je aan elkaar: 
stage verslag -> stageverslag; auto bedrijf -> autobedrijf

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij wat voor bedrijf heb
jij stage gelopen?

Slide 20 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Door mijn stage weet ik nu dat ik in zo'n bedrijf/sector zou willen werken later.
Ja, dat wilde ik al en na de stage nog steeds
Ja, dat wist ik eerst niet zeker maar nu wel
Nee, eerst wel maar na de stage niet meer
Misschien wel, ik weet het nog niet

Slide 21 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Persoonsvorm tegenwoordige tijd
ik-vorm = hele werkwoord (infinitief) - en
soms moet je een letter toevoegen, weglaten of veranderen
ik
ik-vorm
speel
word
zit
jij
ik-vorm + t
speelt
wordt
zit
hij/zij/het
ik-vorm + t
speelt
wordt
zit
wij/jullie
hele werkwoord
spelen
worden
zitten
....... jij?
ik-vorm
speel
word
zit

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe bepaal je of je -te(n) of -de(n) moet gebruiken in de persoonsvorm verleden tijd?

Slide 23 - Tekstslide

1F
Sterke werkwoorden
Veranderen als je ze in de verleden tijd zet:

lopen - liepen; roepen - riepen

Slide 24 - Tekstslide

fluiten - floten
ontbijten - ontbeten
schrikken - schrokken
bewegen - bewogen
Zwakke werkwoorden; pvvt (1)
De meeste werkwoorden zijn zwak. Deze veranderen niet van klank in de verleden tijd.

Om de persoonsvorm in de verleden tijd te zetten, moet je -de(n) of -te(n) toevoegen. Dan maak je dus de pvvt.

Enkelvoud: ik-vorm tt + de of te: beweerde, landde, danste, berichtte.
Meervoud: ik-vorm tt + den of ten: beweerden, landden, dansten, berichtten.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zwakke werkwoorden; pvvt (2)
Om te bepalen of er de(n) of te(n) achter de ik-vorm komt, gebruik je als ezelsbruggetje ’t (e) x – f (o) k s ch (aa) p. In dat woord zitten de medeklinkers t, x, f, k, s, ch en p. Haal van de infinitief (het hele werkwoord) en af en kijk naar de laatste letter. Als dat een van deze zeven medeklinkers is, gebruik je te(n). In alle andere gevallen gebruik je de(n):
– blaffen → de hond blafte; kuchen → zij kuchten;
– antwoorden → de leerling antwoordde; bloeien → de plant bloeide; geloven → hij geloofde het niet; peinzen → wij peinsden lang over de lastige vraag.

.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maar hoe zit dit nou met Engelse werkwoorden?

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hetzelfde!
pvtt: ik-vorm; ik-vorm+t; infinitief (ik mix; hij mixt; wij mixen)
pvvt: 't ex-fokschaap (ik mixte; wij mixten)

!! Maar soms niet -en, maar alleen -n: racen - race !!
- Dus: hij racet, en niet hij ract; en dus ik time en niet ik tim.

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies