Femtoseconde: één triljoenste van een seconde
Picoseconde: één biljoenste van een seconde
Nanoseconde: één miljardste van een seconde
Microseconde: één miljoenste seconde
Milliseconde: één duizendste seconde
Centiminuut: 1/100 van een minuut, 0,6 seconden
Seconde: de internationale standaardeenheid voor tijd (duurt ongeveer even lang als dat je “eenentwintig” zegt)
Minuut: 60 seconden
Kwartier: 15 minuten
Kiloseconde (ks): 1000 seconden ( = 16 minuten en 40 seconden)
Uur: 60 minuten of 3600 seconden of 3,6 ks
Dag of etmaal: 24 uur of 86400 seconden of 86,4 ks
Week: zeven dagen: 604800 seconden
Decade: 10 dagen : 864000 seconden
Maand: 28, 29, 30 of 31 dagen
Kwartaal of trimester: 3 maanden of een kwart jaar
Semester: 6 maanden
Jaar: 365 of 366 dagen
Zonnejaar: 365,2425 dagen
Juliaans jaar: 365,25 dagen
Lustrum: 5 jaar
Decennium: 10 jaar
Eeuw: 100 jaar
Millennium of ka: 1000 jaar
Ma: 1 000 000 jaar
Ga: 1 000 000 000 jaar