kommagetallen les 3

                Kommagetallen
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenPraktijkonderwijsLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 25 min

Onderdelen in deze les

                Kommagetallen

Slide 1 - Tekstslide

de waarde van getallen
Tekst
   1      2    4    5    6    ,    5     8   7

 5/10    8/100  7/1000

Slide 2 - Tekstslide

Hoe spreken we het uit?

0,09
A
9
B
9 hondersten
C
9 tienden

Slide 3 - Quizvraag

Hoe spreken we het uit?

0,2
A
2 tienden
B
2 hondersten
C
2

Slide 4 - Quizvraag

Hoe spreken we het uit?

0,96
A
96
B
96 tienden
C
96 honderdsten

Slide 5 - Quizvraag

Hoe spreken we het uit?

0,42
A
42 honderdsten
B
42
C
42 tienden

Slide 6 - Quizvraag


Welk cijfer in het getal 14,35 geeft de tienden aan?
A
1
B
4
C
3
D
5

Slide 7 - Quizvraag


Welk getal wijst de pijl op de getallenlijn aan?
A
5,23
B
5,25
C
5,26
D
5,28

Slide 8 - Quizvraag

Klik op het juiste antwoord!
33 en honderdtwaalfdduizendste
A
33,012
B
33,12
C
33,112
D
112,33

Slide 9 - Quizvraag

Is 2,3 hetzelfde als 2,33 ?
A
ja
B
nee

Slide 10 - Quizvraag

Is 0,7 hetzelfde als 0,70 ?
A
ja
B
nee

Slide 11 - Quizvraag

2,3 is meer dan 2,33 ?
A
ja
B
nee

Slide 12 - Quizvraag

Klik op het juiste antwoord!
Welk getal is het kleinst?
A
33,012
B
33,12
C
3,112
D
3,1

Slide 13 - Quizvraag

Klik op het juiste antwoord!
Welk getal is het grootst?
A
33,012
B
33,12
C
3,112
D
3,1

Slide 14 - Quizvraag

Klik op het juiste antwoord!
Hoe schrijf je het getal 0,054 voluit?
A
vierenvijftig honderdsten
B
vierenvijftig tienden
C
vijfenveertig duizendsten
D
vierenvijftig duizendsten

Slide 15 - Quizvraag

Klik op het juiste antwoord!
Schrijf het getal 'zeven tienden' als kommagetal.
A
0,07
B
17
C
0,7
D
7

Slide 16 - Quizvraag

Wat is minder?
A
B

Slide 17 - Quizvraag

Wat is meer?
A
B

Slide 18 - Quizvraag