14/10 2ha Spelling §10 Engelse werkwoorden

Maak opdracht 1 en 2 op blz. 260-261.
Log alvast in op LessonUp
(de code staat  linksonder in beeld).

§10 De spelling van Engelse (leen)werkwoorden 

Voordat we beginnen:
2HA
SPELLING
timer
10:00
CURSUS 7:
w
werkwoord-
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Maak opdracht 1 en 2 op blz. 260-261.
Log alvast in op LessonUp
(de code staat  linksonder in beeld).

§10 De spelling van Engelse (leen)werkwoorden 

Voordat we beginnen:
2HA
SPELLING
timer
10:00
CURSUS 7:
w
werkwoord-

Slide 1 - Tekstslide

In deze les:
  • Resultaten van de herhalingsopdrachten.
  • Uitleg over de spelling (vervoeging) van Engelse werkwoorden in het Nederlands.
  • Oefenen.
  • Afronden.

Slide 2 - Tekstslide

  • Je hebt je kennis over werkwoordspelling van leerjaar 1 opgefrist.
  • Je weet hoe je Engelse werkwoorden in het Nederlands moet spellen.
Lesdoelen

Slide 3 - Tekstslide

Herhaling leerjaar 1
  • Persoonsvorm tegenwoordige tijd (pvtt).
  • Persoonsvorm verleden tijd (pvvt).
  • Voltooid en onvoltooid deelwoord (vd en od).
  • Werkwoordstijden: ott, ovt, vtt, vvt.

Slide 4 - Tekstslide

Planning tot de herfstvakantie
Maandag 14-10
dinsdag 
15-10
donderdag 
17-10
maandag 21-10
dinsdag
22-10
donderdag 24-10
§10 De spelling van Engelse leen(werk)woorden
§11 Persoonsvorm in een samengestelde zin    

§11 Persoons-vorm in een samengestelde zin 
Oefenen en vragen stellen voor de toets.
Toets over Cursus 7: Spelling.
Techniek tastbaar

Slide 5 - Tekstslide

Timo is afgelopen winter schaatsend
van Belt-Schutsloot naar Giethoorn gegaan.

is
A
pv tt
B
pv vt
C
od
D
vd

Slide 6 - Quizvraag

Timo is afgelopen winter schaatsend
van Belt-Schutsloot naar Giethoorn gegaan.

schaatsend
A
pv tt
B
pv vt
C
od
D
vd

Slide 7 - Quizvraag

Timo is afgelopen winter schaatsend
van Belt-Schutsloot naar Giethoorn gegaan.

gegaan
A
pvtt
B
pvvt
C
od
D
vd

Slide 8 - Quizvraag

Engelse werkwoorden
Het Nederlands heeft veel werkwoorden uit het Engels overgenomen. We vervoegen deze leenwoorden net als Nederlandse woorden, en dat ziet er soms gek uit. 




Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Engelse werkwoorden
  • De ik-vorm t.t. van een Engels werkwoord schrijf je meestal door -en van het werkwoord af te halen. Let op bij timen.
speechen-speech, rugby-rugbyen, timen-time.
  • Als het woord in het Engels eindigt op een dubbele medeklinker, schrijf je een enkele medeklinker. let op bij paintball
flossen-flos, focussen-focus, paintballen-paintball
  • Engelse werkwoorden zijn in het Nederlands zwak, je kunt in de verleden tijd dus 't ex kofschip gebruiken.






Zo spel je




Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Wat?
Cursus 7, paragraaf 10: Engelse leenwoorden (blz. 260-261. Opdracht 1 en 2.
Hoe?
In je boek. Lees de opdracht eerst goed door.
Hulp
De theorie op blz. 260 en de uitlegvideo's.
Tijd
Tien minuten.
Waarom?
Om te oefenen met de spelling van Engelse werkwoorden in het Nederlands.
Klaar?
Neem de theorie van paragraaf 11 alvast door.
Opdracht 1 en 2
timer
10:00

Slide 13 - Tekstslide

Maken: 
Klaar?
Volgende les(sen):
Opdracht 3  t/m 5 
op blz. 260-261.



Nakijken en bespreken! 

Reflecteren op het aantal lessen waarin we in drie groepen hebben gewerkt. 
Paragraaf 11:
Persoonsvormen in een samengestelde zin.

Daarna een proefwerk  over (werkwoord)spelling.
Cursus 7 Spelling, paragraaf 10 (blz. 260-261).

Slide 14 - Tekstslide

  • Je weet hoe je Engelse werkwoorden in het Nederlands moet spellen.
  • Je herkent het verschil tussen de tegenwoordige, verleden en voltooide tijd.
Lesdoelen

Slide 15 - Tekstslide

Neem deel onze LessonUp klas
Wat kun je hier vinden?
  • LessonUps
  • Video's
  • Handige websites 

Klassencode
u2ha: ihcqy

Slide 16 - Tekstslide