Dubbelop

Formuleren
Dubbelop
1 / 52
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 52 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Formuleren
Dubbelop

Slide 1 - Tekstslide

Stof toets
  • Fouten op woordniveau
  • Fouten op zinsniveau
  • Hoofd- en bijzinnen
  • Dubbelop
  • Incongruentie
  • Foutieve samentrekking, beknopte bijzin en inversie

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel
Aan het einde van de les kun je onjuiste herhalingen, tautologieën, pleonasme, contaminaties en dubbele ontkenningen herkennen en verbeteren.

Slide 3 - Tekstslide

Onjuiste herhaling
Als een vast voorzetsel ten onrechte twee keer wordt gebruikt, is dat een onjuiste herhaling.


In de plannen van het kabinet om de hypoyheekrenteaftrek af te schaffen zien de meeste Nederlanders niets in.

Slide 4 - Tekstslide

Tautologie
Bij tautologie wordt hetzelfde nog eens gezegd met andere woorden. 
Deze woorden moeten tot dezelfde woordsoort behoren 
Een tautologie werkt versterkend. 

Een voorbeeld van tautologie is: mijn ouders blijven voor eeuwig en altijd bij elkaar.

Slide 5 - Tekstslide

Pleonasme
Bij pleonasme wordt aan een zelfstandig naamwoord een 
bijvoeglijk naamwoord toegevoegd, met dezelfde eigenschap 
als het zelfstandig naamwoord. 

Een voorbeeld van pleonasme is: Buiten ligt er heel veel witte sneeuw.

Slide 6 - Tekstslide

Contaminatie
- Als twee woorden of uitdrukkingen worden verward en ten onrechte worden vermengd, heet dat een contaminatie.

Het kost duur
Ik zal dat nachecken (nakijken of checken).
De docent print de antwoorden uit.


Slide 7 - Tekstslide

Een ontkennend woord wordt ten onrechte gecombineerd met nóg een ontkennend woord. 

Ik drink nooit geen cola. 
Ik ben daar nooit niet geweest.

Slide 8 - Tekstslide

Welke zin heeft dubbele ontkenning?
A
De schoolleiding wil voorkomen dat er geen introducees op het feest komen.
B
Ik ontken dat ik daar ben geweest.
C
Mijn broer zal dit jaar over moeten doen tenzij hij beter zijn best doet.
D
Met deze grote paraplu voorkom je dat je nat wordt.

Slide 9 - Quizvraag

Waar is sprake van een pleonasme?
A
roze etui
B
houten stoel
C
ronde cirkel
D
gouden ring

Slide 10 - Quizvraag

In welke zin komt een contaminatie voor?
A
We hebben de kast uit het huis getild met behulp van de jongen.
B
Excuses uwerzijds zouden zeer welkom zijn.
C
Vroeger of later zal de economische crisis wel afgelopen zijn.
D
Hij kreeg ongenadeloos op zijn kop.

Slide 11 - Quizvraag

In welke zin staat een tautologie?
A
Ik snoep meestal in de nacht
B
Ik drink nooit tijdens het rijden
C
Ik eet enkel en alleen friet
D
Ik slaap meer dan acht uur

Slide 12 - Quizvraag

In welke zin is sprake van een pleonasme?
A
Deze man is depressief omdat hij door herinneringen uit het verleden wordt gekweld.
B
Het beste dat je kunt doen met die lelijke wond is naar de dokter gaan.
C
De nieuwe leden werden gevraagd de contributie steeds voor het einde van de maand te betalen.
D
Pieter studeert nu veel langer, maar de nieuwe studie bevalt hem echter beter.

Slide 13 - Quizvraag

In welke staat geen tautologie?
A
Niettemin ben ik toch tevreden
B
We wisten dit reeds weken al.
C
De wielrenner is vliegensvlug omhoog gestegen.
D
Want dat is immers duidelijk.

Slide 14 - Quizvraag

In welke zin staat een contaminatie?
A
Ik besef me dat ik mijn telefoon vergeten ben.
B
John liep hoestend en proestend de klas uit.
C
Ik erger me ontzettend aan hem.
D
Die nieuwe i-phone kost verschrikkelijk veel.

Slide 15 - Quizvraag

Welke zin heeft een dubbele ontkenning?
A
Gisteren ben ik naar de bioscoop geweest
B
Mijn vader is truckchauffeur
C
Ik ben nooit niet ziek
D
Mijn moeder is kapster

Slide 16 - Quizvraag

Waar staat geen pleonasme?
A
Het vliegtuig daalde langzaam omlaag.
B
€400,- is mijn uiterste limiet.
C
De jongens voetballen op het groene gras
D
Maar dat is echter niet waar.

Slide 17 - Quizvraag

Welke vorm van dubbelop staat dan in de zin 'Maar dat is echter niet waar'?
A
Contaminatie
B
Dubbele ontkenning
C
Tautologie
D
Onjuiste herhaling

Slide 18 - Quizvraag

Aan haar heb ik echt een hekel aan.
A
Dubbele ontkenning
B
Onjuiste herhaling
C
Contaminatie
D
Tautologie

Slide 19 - Quizvraag

Tijdens deze vakantie lees ik graag boeken over de toekomst van de samenleving, zoals bijvoorbeeld '1984' van George Orwell.
A
Contaminatie
B
Correct
C
Pleonasme
D
Tautologie

Slide 20 - Quizvraag

De import van vlees uit het buitenland is de laatste maanden met meer dan 300 procent gestegen.
A
Contaminatie
B
Correct
C
Pleonasme
D
Tautologie

Slide 21 - Quizvraag

Die nieuwe sneakers van Nike zijn prachtig, maar ze kosten toch echt veel te duur.
A
Contaminatie
B
Correct
C
Pleonasme
D
Tautologie

Slide 22 - Quizvraag

Misschien moet je er toch maar van afzien om op die kleine flat geen hond te nemen.
A
Contaminatie
B
Dubbele ontkenning
C
Pleonasme
D
Tautologie

Slide 23 - Quizvraag

Als overheid zijnde ontkomen we er niet aan om de coronamaatregelen wekelijks te evalueren.
A
Contaminatie
B
Correct
C
Pleonasme
D
Tautologie

Slide 24 - Quizvraag

Ik heb toestemming van de directeur van het verzorgingshuis om mijn oma volgende week te mogen bezoeken.
A
Contaminatie
B
Correct
C
Pleonasme
D
Tautologie

Slide 25 - Quizvraag

Hoe zou je de volgende zin verbeteren?
Bij de tandarts kreeg je vroeger een gratis cadeautje na de halfjaarlijkse controle.

Slide 26 - Open vraag

1. De familie Delfgaauw was dolgelukkig, want op het winnen van de straatprijs in de postcodeloterij had ze absoluut niet op gerekend.
2. De titel van het nieuw tv-programma dat morgen voor het eerst wordt uitgezonden, heet Vertrouwen in de toekomst.
3. Voor de supporters zullen Feyenoord en Ajax altijd elkaars grootste aartsrivalen blijven.
Contaminatie
Dubbele ontkenning
Onjuiste herhaling
Pleonasme
Tautologie

Slide 27 - Sleepvraag

Wat is een pleonasme?
A
Twee woorden die ten onrechte worden vermengd
B
Twee woorden in één zin die allebei een ontkennend zijn.
C
Hetzelfde woord wordt twee keer genoemd met dezelfde betekenis.
D
Een deel van het woord wordt door een ander woord uitgedrukt.

Slide 28 - Quizvraag

Wat is een dubbele ontkenning?
A
Hetzelfde woord wordt twee keer genoemd met dezelfde betekenis.
B
Een voorzetsel wordt twee keer ten onrechte in één zin gebruikt.
C
Twee woorden in één zin die allebei een ontkennend zijn.
D
Twee woorden die ten onrechte worden vermengd

Slide 29 - Quizvraag

Wat is een tautologie?
A
Hetzelfde woord wordt twee keer genoemd met dezelfde betekenis.
B
Twee woorden in één zin die allebei een ontkennend zijn.
C
Twee woorden die ten onrechte worden vermengd
D
Een deel van het woord wordt door een ander woord uitgedrukt.

Slide 30 - Quizvraag

Na korte tijd wisten de eerste docenten even later toch binnen te komen.
Welke stijlfout staat in deze zin?
A
Pleonasme
B
Dubbele ontkenning
C
Tautologie
D
Dubbele ontkenning

Slide 31 - Quizvraag

We moeten onze eigen cijferlijst uitprinten.
A
contaminatie
B
pleonasme
C
tautologie

Slide 32 - Quizvraag

Het rijst de spuigaten uit.
A
pleonasme
B
tautologie
C
contaminatie
D
correct

Slide 33 - Quizvraag

Bij deze brief ontvang je de nieuwste concertagenda en kun je ons natuurlijk bellen voor meer informatie.
A
onjuiste begrenzing
B
foutieve samentrekking
C
onjuiste herhaling
D
onjuiste inversie

Slide 34 - Quizvraag

'Rood bloed' is een:
A
tautologie
B
X
C
pleonasme
D
hyperbool

Slide 35 - Quizvraag

De extreem lage rente ontmoedigt veel trouwe spaarders aan om niet langer geld op de bank te zetten, maar te beleggen in veilige obligaties.
A
tautologie
B
contaminatie
C
onjuiste herhaling
D
dubbele ontkenning

Slide 36 - Quizvraag

De plakkerige kauwgom bleef aan mijn schoenzool kleven.
A
contaminatie
B
pleonasme
C
tautologie

Slide 37 - Quizvraag

Wij zijn genoodzaakt u te moeten ontslaan.
A
tautologie
B
pleonasme
C
dubbelop
D
contaminatie

Slide 38 - Quizvraag

Ik moet de opdracht helemaal overnieuw maken. Dit is een ...
A
Pleonasme
B
Contaminatie
C
Tautologie
D
Dubbele ontkenning

Slide 39 - Quizvraag

Gisteren is er veel witte sneeuw gevallen.
Welke stijlfout staat er in deze zin?
A
Pleonasme
B
Tautologie
C
Dubbele ontkenning
D
Incongruentie

Slide 40 - Quizvraag

Welke stijlfout herken je in de volgende zin?
Hij houdt veel van snoepjes, zoals bijvoorbeeld chocolade, drop en toffees.
A
pleonasme
B
contaminatie
C
tautologie
D
onjuiste herhaling

Slide 41 - Quizvraag

Veel Nederlandse gezinnen kijken naar de kerstdagen en oud-en-nieuw, die zij als de gezelligste tijd van het jaar beschouwen, al maandenlang naar uit.
A
tautologie
B
foutieve samentrekking
C
onjuiste herhaling
D
losstaand zinsgedeelte

Slide 42 - Quizvraag

Aan dat gedrag van die jongen erger ik me aan.
A
Onjuiste herhaling
B
tautologie
C
pleonasme
D
contaminatie

Slide 43 - Quizvraag

De secretaris zal nog even nachecken of we de juiste datums hebben opgegeven.
A
Onjuiste herhaling
B
tautologie
C
pleonasme
D
contaminatie

Slide 44 - Quizvraag

Vermoedelijk moet de wedstrijd misschien opnieuw gespeeld worden zonder publiek.
A
Onjuiste herhaling
B
dubbele ontkenning
C
tautologie
D
contaminatie

Slide 45 - Quizvraag

De schaatser haalde op het laatste moment de uiterste limiet voor de Olympische Spelen.
A
Dubbele ontkenning
B
Pleonasme
C
Tautologie
D
Contaminatie

Slide 46 - Quizvraag

Op zo'n nare opmerking heb ik niets op te zeggen.
A
Pleonasme
B
contaminatie
C
Dubbele ontkenning
D
Onjuiste herhaling

Slide 47 - Quizvraag

Ook het verplichten van winterbanden kan niet voorkomen dat er geen ongelukken meer tijdens sneeuwval zullen gebeuren.
A
Pleonasme
B
Contaminatie
C
Dubbele ontkenning
D
Onjuiste herhaling

Slide 48 - Quizvraag

Ik heb er nooit geen zin in om naar een concert van klassieke muziek te gaan.
A
Dubbele ontkenning
B
Tautologie
C
Pleonasme
D
Onjuiste herhaling

Slide 49 - Quizvraag

Hij moest het profielwerkstuk helemaal overnieuw doen.
A
Contaminatie
B
Onjuiste herhaling
C
Dubbele ontkenning
D
Pleonasme

Slide 50 - Quizvraag

Tijdens het onderzoek vonden ze inderdaad het dode lijk van de vermiste.
A
Dubbele onkenning
B
Tautologie
C
Onjuiste herhaling
D
Pleonasme

Slide 51 - Quizvraag

Hij zal dat never nooit meer doen.
A
Tautologie
B
Pleonasme
C
Onjuiste herhaling
D
Contaminatie

Slide 52 - Quizvraag