Welke drie vormen waren er? Weet je ook nog een voorbeeldje?
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3
In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Stijlfiguren.
We hebben het vorige week over beeldspraak gehad.
Welke drie vormen waren er? Weet je ook nog een voorbeeldje?
Slide 1 - Tekstslide
Beeldspraak
Vergelijking = Deze fietstocht lijkt wel de Tour de France.
Metafoor= Is deze Tour de France bijna afgelopen (zegt leerling zeurend als hij/zij naar kamp fietst).
Personificatie: De zon verbergt zich achter de wolken.
Slide 2 - Tekstslide
Formuleren: stijlfouten, dubbelop
Vandaag gaan we het hebben over stijlfouten. Namelijk over de volgende drie: pleonasme, tautologie en contaminatie.
En over formuleerfouten: Onjuiste herhaling, dubbele ontkenning en incongruentie.
Slide 3 - Tekstslide
Aan het einde van de les...
...kan je de volgende stijlfouten herkennen:
een pleonasme
tautologie
contaminatie
...kan je de formuleringsfouten herkennen:
dubbele ontkenningen
onjuiste herhalingen
Incongruentie
Slide 4 - Tekstslide
Pleonasme
Komt van het Griekse woord 'pleonasmos', betekent: overvloed.
Bij een pleonasme is er sprake van twee verschillende woordsoorten, waarbij het ene woord iets uitdrukt wat al in het andere woord besloten ligt.
Het witte sneeuw.
Slide 5 - Tekstslide
Tautologie
Een tautologie lijkt op een pleonasme, maar in dit geval herhaal je de hele betekenis van een woord. Een tautologie wordt soms gebruikt als een uitdrukking. Dan is het gebruik van een tautologie goed: gratis en voor niets, na lang wikken en wegen.
Fout is een tautologie als het overtollig is:
Zodra hij mijn bericht kreeg, is hij onmiddellijk op de fiets gestapt.
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Video
Tautologie
Twee dezelfde woordsoorten samen gebruikt.
Je kan er 1 weglaten en dan is de zin correct.
Twee mogelijkheden.
Voor altijd en eeuwig
Misschien wellicht komen ze erachter.
Pleonasme
Twee verschillende woordsoorten overlappen elkaar, ze zijn niet beide nodig. --> kenmerk, zit al in het woord besloten. Maar 1 mogelijkheid.
De rode tomaat
De bitcoin is omlaag gekelderd.
Slide 8 - Tekstslide
Pleonasme en tautologie
Slide 9 - Tekstslide
Wat is hier het pleonasme?
?
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Video
Hoorde je hier een pleonasme of een tautologie?
A
Pleonasme
B
Tautologie
Slide 14 - Quizvraag
Contaminatie
Een contaminatie is een verhaspeling van twee woorden of uitdrukkingen. Deze worden dan door elkaar gebruikt, waardoor dus een contaminatie ontstaat.
bijv.
Je moet dat overnieuw doen! (overnieuw is de contaminatie)
Je moet dat opnieuw doen.
Je moet dat over doen.
Slide 15 - Tekstslide
Contaminatie
1 contaminatie: medeklasgenoot
2 contaminatie: de prijs is duur
3 contaminatie: zwaar wegen
4 contaminatie: volgens mijn mening
5 contaminatie: nachecken
6 contaminatie: behoort tot een van de
7 contaminatie: optelefoneren
8. De temperatuur is warm.
Slide 16 - Tekstslide
Voorbeelden!
1 contaminatie: medeklasgenoot - klasgenoot
2 contaminatie: de prijs is duur - is te hoog
3 contaminatie: zwaar wegen - veel wegen / is zwaar
4 contaminatie: volgens mijn mening - volgens mij / naar mijn mening
5 contaminatie: nachecken - checken / nakijken
6 contaminatie: behoort tot een van de - is één van de / behoort tot