De student:
1. Kan de koppeling maken naar de functie van muziek in identiteitsvorming, socialisering en het dagelijks leven [met betrekking tot het lichamelijke, geestelijke en emotionele welzijn van (groepen van) mensen].
2. Kan de functies van muziek op de wereld omschrijven.
3. Kan de vertaling van de theorie binnen de hybride projecten toepassen en/of voorbeelden ervan geven (hoe deze te vertalen).