2.3 Athene en Sparta

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

De Griekse wereld

2.3 Athene en Sparta

Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga

Herhaling

Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen waarom de stichting van koloniën heeft geleid tot de Perzische oorlogen en wat de gevolgen hiervan waren.

Opdrachten werkboek

Leerdoel

Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen wat de oorzaken en gevolgen waren van de Peloponnesische oorlog.

Waar denk je aan
bij de Peloponnesische oorlog?

De Peleponnesische oorlog (431-404 v.Chr)

• Sparta: sterkste landleger, Athene: sterkste vloot 
  
  
• Pericles, leider van Athene, kwam met een strategie: hoge stadsmuren bouwen rondom de stad en haven zodat de Spartanen er niet in konden komen > uithongeren van de tegenstander. 
  
  
• Wanneer Sparta verzwakt was ging de vloot van Athene graan roven in Sparta. 
  
  
• Deze strategie werkte 2 jaar lang erg goed! 
  

• Kansen keren voor Athene: grote pestepidemie in de stad.
  
  
• Pericles en veel Atheners sterven aan de ziekte.
  
  
• Athene weet niet zo goed meer wat ze nu moeten; ze besluiten Sparta aan te gaan vallen > grote nederlagen, Sparta veroverd de stad.
  
  
• Sparta voert de oligarchie in > 'de dertig' aan de macht.
  
  
• Na een jaar van opstanden binnen Athene toch weer een democratie > echter geen militaire en politieke macht meer in Athene.
  

• Na de Peloponneschische oorlog bleven er conflicten tussen de Griekse stadsstaten.
• In 338 v. Chr verslaat de Macedonische koning Philippos de verdeelde Griekse stadsstaten.
  
  
• De periode van de zelfstandige Griekse poleis was daarmee voorbij.

Sparta had de sterkste vloot, Athene het sterkste landleger.

1. Dit is waar
2. Dit is niet waar

Wat was de reden van de ondergang van Athene?

1. Ze verloren een grote veldslag
2. De pest kwam de stad in
3. Pericles gaf de strijd op
4. Alexander de Grote veroverde de stad

Welk land neemt uiteindelijk de macht over in Griekenland?

1. Perzië
2. Romeinen
3. Macedonië
4. Thracië

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Huiswerk 

Lezen: § 2.3 

Maken: § 2.3: 1, 4, 5, 7